Toneel

Arme tante Danni Janne Desmet / Martha!tentatief

Van boerenbuiten naar 't stad: expeditie waxsalon

Martha!tentatief staat erom bekend graag nieuwe verhalen over de stad te vertellen en dat voor een breed publiek. Voor ‘Arme tante Danni’ ging het Antwerpse gezelschap de samenwerking aan met actrice Janne Desmet om het tragikomische verhaal van een strubbelende, opgroeiende vrouw te tonen. Het werd een levendige monoloog waarvoor Desmet in haar eigen verleden duikt. 

Arme tante Danni
Elke Huybrechts De Studio, Antwerpen
05 maart 2025

Actrice Janne Desmet (momenteel ook te zien op tv in ‘Expeditie Namibië’) en Martha!tentatief-regisseur Johan Petit schreven samen ‘Arme tante Danni’. Desmet nestelt zich met deze nieuwe solovoorstelling in de traditie van nieuwe vertellingen met een link met de stad. In ‘Arme tante Danni’ schetst Desmet een komisch portret van haar jeugd als vroom meisje in Zwevegem, opgegroeid in een West-Vlaams gezin waar voorzichtigheid en ‘uppassen’ (oppassen) de levenswandel bepalen. Van meet af aan zet ze het beeld neer van de bange West-Vlaming, met bezorgde ouders en de schaduw van de kerktoren nog voelbaar. De wantrouwige stemmen van haar ouders zijn als duiveltjes in haar oren blijven hangen en vormen de rode draad in het verhaal van de worsteling met haar roots.

Net zoals haar tante Danni zaliger kiest Desmet ervoor om haar vleugels uit te slaan en trekt naar het – in de ogen van haar ouders – onbetrouwbare Antwerpen. In Antwerpen ontpopt Desmet zich tot iemand die probéért om geen enkel avontuur, klein of groot, uit de weg te gaan. ‘Arme tante Danni’ wordt zo het relaas van uiteenlopende ‘eerste keren’. Van een eerste bezoek aan een waxsalon tot een eigen woning verbouwen in de stad: elk avontuur begint met een groot, naïef enthousiasme. Maar dan slaat dat enthousiasme steeds weer om in West-Vlaamse voorzichtigheid en neemt het ‘uppassen’ de overhand, boezemt het haar angsten in en bezorgt het haar een minderwaardigheidsgevoel. Desmet drukt dat gevoel weer in de kop in: zij wil zelfbewust en soeverein leven. Desmet illustreert hoe ze van het bange vogeltje uit de boerenbuiten uitgroeit tot grootstedelijke vrouw die ‘den buiten’ enkel nog opzoekt voor tantraweekends en ayahuasca-retraites.

Wie ben je echt, los van de (Vlaamse) streek waar je vandaan komt?’ en ‘wat kan je doen om jezelf (terug) te vinden?’ Het zijn de vragen waarop deze voorstelling gebouwd is.

Desmet slaag erin om dat interne conflict zodanig uit te spelen dat heerlijk op de lachspieren werkt. De anekdote van haar bezoek aan het waxsalon is er één van vele die tijdens deze meer dan twee uur durende one-womanshow voorbijkomen en waarmee ze haar komische talent en verteltechnische kwaliteiten glansrijk ten tonele brengt. Met een overtuigend Antwerps accent zet ze treffend een portret neer van een oude en groezelige schoonheidsspecialist Verhaaltechnisch weet ze hierbij de verwachtingen van het publiek te doorbreken: is de schoonheidsspecialist echt een vies mannetje of niet? Telkens wanneer we denken het antwoord te weten, blijken we op het verkeerde been gezet.

Ook de wisselwerking tussen de muzikanten, Ephraim Cielen en Linde Carrijn, en Desmet als vertelster brengt een extra laag aan het geheel. De muzikanten staan op een stelling en leggen zo letterlijk de constructie van Desmets leven bloot. Cielen en Carrijn leveren steeds korte, muzikale commentaartjes op de anekdotes die de actrice vertelt. Het lijkt wel een tweekoppig Grieks koor. Soms leveren ze hun commentaar door op verschillende manieren een schreeuw (‘aah’) te zingen en te begeleiden met uiteenlopende instrumenten.  Op die manier dragen zij ook bij tot de humor in deze voorstelling en illustreren zij op gebalde wijze de innerlijke transformatie van de verteller. Daarnaast functioneren zij als toehoorders van Desmets verhaal die zichtbaar oprecht mee lachen, waardoor de zelfspot ingebouwd is in deze voorstelling. Het maakt van Desmet echt de tragikomisch figuur, waarvan van buitenaf meewarig en hartelijk mee gelachen wordt.

Zo overstijgt ‘Arme Tante Danni’ de pure anekdotiek. Het gevecht tussen het super ego (de geïnternaliseerde stemmen van je ouders waarmee je je als individu identificeert) en het id (je echte verlangens en driften die vaak te lijden hebben onder de verboden van het super ego) is er één die veel mensen ervaren in hun leven. ‘Arme tante Danni’ verhaalt over de krachtmeting tussen die twee interne polen. ‘Wie ben je echt, los van de (Vlaamse) streek waar je vandaan komt?’ en ‘wat kan je doen om jezelf (terug) te vinden?’ Het zijn de vragen waarop deze voorstelling gebouwd is. Het zijn herkenbare vragen. Voor het overwegend witte publiek van De Studio zijn ze duidelijk vertrouwd, aan het gelach en de reacties te horen.

Ook al gaat het in dit geval om best ongevaarlijke clichés, toch voelt het soms als mikken op de makkelijke lach.

Deze voorstelling teert dus voornamelijk op herkenbaarheid en die herkenbaarheid steunt met momenten te sterk op stereotypen. Regionale stereotypen over West-Vlamingen, Antwerpenaren, maar ook genderstereotypen: ze passeren rijkelijk de revue. De vraag is in welke mate het nodig is om stereotypen te blijven herhalen in het theater? Waar draagt dat toe bij? Ook al gaat het in dit geval om best ongevaarlijke clichés, toch voelt het soms als mikken op de makkelijke lach. ‘Arme tante Danni’ mag dan wel doorspekt zijn van zelfspot, de stereotypen zelf of de identificatie daarmee wordt niet in vraag gesteld. Het ene cliché wordt gewoon vervangen door het andere: de voorzichtige West-Vlaming door de vrouw die zichzelf kwijtraakt en daarom op tantraweekend gaat.

We hebben die stereotypen eigenlijk niet nodig om iets herkenbaars, grappigs en wezenlijks te vertellen. Het is jammer dat ‘Arme tante Danni’ vaak teruggrijpt naar die clichés om het publiek mee te krijgen zonder daar een zelfkritische noot bij te zetten. Het sterkst is deze voorstelling dus niet als gewone comedy, maar wel als tragikomedie. Wanneer voelbaar wordt welk verdriet dat onder al die zelfspot schuilt, wordt de voorstelling onontkoombaar. Meermaals toont Desmet hoe de afwijzing van een familie kraters kan slaan in eigenwaarde. Op zulke momenten verstomt de bulderlach en ruimt die plaats voor een traan bij de toeschouwers. Dat je met één anekdote, één verhaal die beide, hevige emoties bij een publiek kan oproepen, is krachtig.        

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login