IKWILHET ENIKWILHETNU! Simone Milsdochter
Weten we nog wat we willen?
In de lecture-performance ‘IKWILHETENIKWILHETNU’ stelt Simone Milsdochter vast dat onze democratie in zwaar weer terecht gekomen is, ook al zal iedereen die bij zijn verstand is toegeven dat we het hier veel beter hebben dan in welke dictatuur ook. Ze wil ons daarom motiveren om zelf, door concrete daden, een bijdrage te leveren aan het herstel van onze democratie. Theater is haar metafoor voor een goed werkende democratie. Het is een enthousiasmerend verhaal, al heeft het weinig oog voor systemische problemen waar individuele goede wil weinig aan kan verhelpen.

Milsdochter opent haar betoog met een mystificatie: een oorsprongsverhaal over maatschappelijke organisatievormen waar Jean-Jacques Rousseau een puntje aan had kunnen zuigen. De fantast/ideoloog van dienst blijkt hier Ilja Leonard Pfeijffer te zijn. Zijn stichtingsverhaal gaat als volgt. Ooit leefden mensen in kleine groepen, om bij elkaar bescherming te zoeken. Ze wezen de sterkste en de slimste onder hen als leider aan. Die maakte zijn rol als hoeder van het algemeen belang ook waar. Zijn kinderen daarentegen, die de functie slechts erfden, hadden vooral oog voor hun eigen gewin. Gevolg: oproer. Een groep van verzetsstrijders nam het bewind over. Monarchie werd oligarchie. Die oligarchen handelden aanvankelijk alweer vanuit dat algemeen belang, maar ook daar kwam de klad in. Na nog een oproer nam het volk het over: democratie. Tot die democratie uitgehold raakte doordat ook de leden van het volk op de duur enkel oog hadden voor hun eigen profijt. Daardoor ging alles weer vierkant draaien en werd de roep om een sterke man steeds groter. Zo keerde de monarchie terug. Waarna het hele verhaal van voren af aan herbegon.
Milsdochter illustreert die maatschappijvormen met eenvoudige houten blokken. De oer-monarchie is een blok met een groot gat. De erfelijke monarchie: hetzelfde blok, maar met een veel kleiner gat. Oligarchie: twee blokken die tegen elkaar aansluiten. Democratie: twee blokken die in elkaar grijpen als tand en groef.
Meteen daarna veegt ze de theorie van Pfeijffer van tafel als te simpel. Dat is nog zacht uitgedrukt. Als we ‘Het begin van alles’ van Graeber en Wengrow volgen, is ze historisch totaal onjuist. Als je dan toch wil spreken over de oorsprong van democratie zoals wij die kennen – de representatieve democratie dus – dan kan je beter bij ‘De la Démocratie en Amérique’ (1835) van Alexis de Toqueville beginnen. Die had al snel door wat mogelijk de achillespezen van zo’n maatschappelijke orde waren door de prille democratie in de Verenigde Staten te bestuderen.
Simone Milsdochter gaat echter veel verder terug: haar verhaal begint bij de eerste gedocumenteerde democratie: de Atheense. Voor haar is het zo klaar als een klontje dat die democratie tegelijk ontstond met de overgang van epiek naar dramatiek, of dus met het ontstaan van het theater. Dat theater representeert ze alweer met een kleine houten tribune. In de tijd van Kleisthenes vond – volgens de overlevering dan toch – ene Thespis de dialoog uit. Plots kwam niet één stem aan het woord op het toneel, maar kreeg het woord een wederwoord: dialoog! Dat leidt op zijn beurt weer tot empathie. Dialoog en empathie zijn voor haar nog steeds de basisvoorwaarden om een democratie te laten werken.
Democratie, zo betoogt Milsdochter, is geen eenvoudig en zeker geen onfeilbaar systeem, maar in vergelijking met welk ander systeem ook blijkt ze toch het meest bevredigend.
Met zevenmijlslaarzen stapt Milsdochter dan over naar onze tijd. Daar doet ze niet flauw over: ze weet best dat ze een hoop stappen overslaat, maar ze fabuleert er niet op los zoals Pfeijffer. Haar doel is een motivational speech. Democratie, zo betoogt ze, is geen eenvoudig en zeker geen onfeilbaar systeem, maar in vergelijking met welk ander systeem ook blijkt ze toch het meest bevredigend (daar echoot ze Winston Churchill: “No one pretends that democracy is perfect or all-wise. Indeed, it has been said that democracy is the worst form of government except all those other forms that have been tried from time to time.”). Desondanks heerst vandaag steeds meer twijfel over de waarde ervan, en leggen illiberale politici maar wat graag de bijl aan de wortels ervan.
Hoe komt dat, vraagt ze zich af. Dat politici niet altijd zuiver op de graat zijn, het zal wel. Dat ze sluimerende onvrede misbruiken om (onmogelijke) oplossingen te beloven: we zien het elke dag. Het is volgens haar echter al te gemakkelijk om een beschuldigende vinger in hun richting uit te steken. Als we ons zelf als consumenten gedragen, en alleen de vruchten van democratie willen plukken, zonder de lasten te dragen, dan gaat het geheid fout (zie dus ook: de Toqueville). Vandaar de titel van deze voorstelling: ‘IKWLHETENIKWILHETNU’ is de eis van de verwende burger die niet verder denkt dan zijn profijt, en zo een gemakkelijke prooi wordt van politici die beweren dat zij dat wel even snel gaan oplossen.
Milsdochters oplossing: zet je meer in voor het algemeen belang. Neem deel aan buurtvergaderingen, actiegroepen, ga stemmen. Dat is zonder meer terecht, maar lijkt me ook wat kort door de bocht. Op gevaar af hier zelf ook maar wat de amateur-socioloog uit te hangen: ik denk dat de kans groot is dat iemand die zich na deze aansporing enthousiast op vergaderen en actievoeren stort meteen een burn out krijgt. Je mag dan wel zelf empathisch en dialogisch ingesteld zijn, andere (en machtige) maatschappelijke krachten zijn dat daarom niet. Dat gaat van internet- en andere bedrijven met een omzet groter is dan die van veel landen over logge administraties tot ideologische hardliners van bedenkelijk allooi. Je kan dus ook keihard tegen zulke muren oplopen. Eerst goed nadenken is dus geen overbodige luxe… Er zijn ook heel wat mensen – steeds meer zelfs – die het economisch zo moeilijk hebben dat ze de tijd of de energie missen om zich zo te engageren.
Een probaat middel zou kunnen zijn om de representatieve democratie echt representatief te maken. Dat is wat het initiatief G1000 van David Van Reybrouck aanprijst. Een sterk middenveld is zeker ook een basisvoorwaarde (het valt trouwens op hoezeer antidemocratische groepen altijd hun eerste pijlen daarop richten). Ook een robuust sociaal vangnet kan veel betekenen. Enzovoort. Het is zeker waar dat we niet moeten vragen wat de democratie voor ons doet, maar wel wat wij voor de democratie kunnen doen. Maar je moet wel het gevoel hebben dat het wat uithaalt.
Toch is ‘IKWILHETENIKWILHETNU’ een mooi werkstuk. Milsdochter herinnert er ons op een aanstekelijke manier aan dat onze eigen inzet binnen de extreem complexe maatschappelijke organisatie die we vandaag kennen, belangrijk blijft. Ook als ze niet alleen zaligmakend is. Dat vergeten we inderdaad al te gemakkelijk. Goed dat iemand het nog eens klaar en duidelijk zegt.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz