DRUK BRONKS / Gina Beuk, Linde Carrijn, Eleonore Van Godtsenhoven
Onder de lat
‘DRUK’ (8+) is gemaakt door drie theatermakers in residentie bij het Brusselse jeugdtheater BRONKS en met ondersteuning van drie andere professionele theaterhuizen. Toch is de voorstelling niet meer dan een voorbereidende schets voor wat misschien ooit een volwaardige productie zal worden. Hoe is het zo weinig ver kunnen komen?
Het opzet van ‘DRUK’ is kraakhelder. De bühne is verdeeld in een voor- en een achterplan, gescheiden door een houten afrastering met daarin een deur. Van achter de schutting stijgt rook op, er is een verblindende lichtshow van kleuren aan de gang en telkens de deur opengaat waait een afgrijselijk lawaai binnen. Vier personages rennen deurenkomediegewijs binnen en weer buiten langs deze deur. Wij kijken als publiek naar het achterplan, de backstage van hun drukke en overprikkelde levens. Die backstage, hun binnenwereld, heeft geur noch kleur. Ze ziet eruit als de non-ruimtes van wachtzalen of vliegvelden: lelijk vasttapijt, een koffietafeltje, wat plastic groen.
De vier (Gina Beuk, Linde Carrijn, Gudrun Moreau en Victor Vermaerke) zijn er niet goed aan toe. Bij elke nieuwe entrée zien ze er gejaagder uit, al hebben ze elk zo hun copingmechanismes. De gabber (Vermaerke), gekleed in een opgeblazen bomberjack en bijpassende broek, blaast zich telkens op tot een soort Michelinmannetje voor zijn confrontatie met ‘buiten’. De strenge rechter verbergt met haar heimelijke snoepen een hang naar zoet en zachtheid. De huisvrouw met het hondje is verslaafd aan cafeïne. Het jonge meisje denkt in haar voortdurend wisselende outfits een stabiele identiteit te vinden. Ze draven maar door, op de been gehouden door hun rituelen, tot er iets knapt. In een straffe scene ziet de huisvrouw haar keffertje uitgroeien tot een monsterlijk wezen – de psychose slaat toe. De deur gaat toe, en wordt gebarricadeerd. Héhé. Eindelijk is het stil.
Verder dan de oppervlakte van de oorspronkelijke metafoor springen deze makers niet.
Tot zover de treffende analyse – via fysiek spel en groteske uitvergroting – van een maatschappelijk fenomeen waarmee veel mensen te kampen hebben: burn-out, angststoornissen, depressie, uitputting. Maar dit is niet meer dan de intro. Nu moet het verder gaan: wie zijn deze mensen voorbij hun typetje, wat zoeken ze in deze binnenwereld, ontmoeten ze daar ook elkaar, is er mogelijkheid tot transformatie of heling en wat veroorzaakt die? Geen van deze vragen wordt uitgediept, laat staan beantwoord. Symptomatisch voor dit gebrek aan ideeën rond wat er nu moet gebeuren is het feit dat het personage van Beuk in de voorheen vrijwel woordloze voorstelling plots existentiële vragen begint uit te spreken terwijl ze haar outfits bekijkt: “Ben ik dit allemaal, of ben ik dit helemaal niet?” Het volgende moment gaan de vier weer de buitenwereld in – blijkbaar zijn ze veranderd, is er iets verschoven, maar hoezo? Waarom? Verder dan de oppervlakte van de oorspronkelijke metafoor springen deze makers niet, noch in ontwikkeling van personages, noch in thematiek.
Ik heb geen zicht op de ontstaansgeschiedenis en het maakproces van DRUK, maar er waren tekenen aan de wand. Een veelheid aan ‘regiefuncties’ (Gina Beuk, Jonas Baeke, Eleonore Van Godtsenhoven) met een soms onbestemde inbreng? Een premièrereeks die bestaat uit welgeteld één voorstelling – en dan niets meer tot februari? Wacht eens, is dat geen toonmoment? Ik check en dubbelcheck maar neen, ik ben wel degelijk uitgenodigd voor een première.
Was er dan werkelijk niemand wakker in het huis aan de Varkensmarkt?
Het is simpel: DRUK is onder de lat. Dat is sneu voor het jonge publiek, maar meer nog voor de makers. Niet alleen bij hen, maar ook bij de tekortschietende omkadering ligt verantwoordelijkheid. Was er dan werkelijk niemand wakker in het huis aan de Varkensmarkt? Of bij CAMPO, hetpaleis en viernulvier, die allemaal vermeld staan? Is dit wat BRONKS verstaat onder ‘in residentie zijn’? Is dit hoe de producerende theaterhuizen zorg dragen voor hun makers? En is de ironische overeenkomst tussen de thematiek van deze voorstelling – een wereld waarin iedereen in de credits wil staan maar niemand zich echt betrokken voelt – en het maakproces niet héél erg wrang?
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz