Babel Steve Salembier / Muziek LOD
Gedicht van een desolate stad
Na de voorstellingen ‘Bildraum’ (2014) over het huis en ‘In between violet & green’ (2017) over het landschap, schetst architect-theatermaker Steve Salembier in ‘Babel’ zijn portret van de stad. Op de klanklandschappen van ZONDERWERK, Linde Carrijn en Dijf Sanders, toont Salembier met videoprojecties van prachtig gedetailleerde maquettes een

Steve Salembier werd opgeleid als architect, maar is sinds 2014 met zijn ensemble Atelier Bildraum vooral actief als theatermaker, of juister, kunstenaar die werkt op het snijvlak van beeldende kunst en performance Dat merk je hier meteen. Een
Dan gaat het licht uit en begint een klankband te lopen. Salembier, die zich eerst verschool in de schaduw van het metalen rek, loopt nu naar het midden van het podium. Een lichtje gaat aan. Hij richt een camera op een eerste maquette. Het beeld dat groot geprojecteerd wordt op de achterwand van de zaal toont een blauwgrijze massa van grootstedelijke wolkenkrabbers. De schaduwen van de maquette vallen er over, als bladeren van een boom die beschermt tegen de zon.
Salembier stapt vervolgens op het grote rek af. Dat heeft wat weg van een archiefkast. Stukje per stukje, steen voor steen als het ware, voegt hij maquettes, langwerpige bouwwerken die vooral uit raamkaders samengesteld zijn, toe aan de kast. Vervolgens laat hij een camera op een kraanstatief glijden langs de maquettes. Eerst van beneden naar boven waardoor je op het scherm gestapelde rechthoeken ziet, dan verticaal. Het ene na het andere appartementsblok verschijnt op het grote projectiescherm. Het detail is verbluffend, appartementen met bijhorend terras of zonder, gordijnen gesloten of open, met halve en kapotte luifels of zonneschermen, soms met tafeltjes, hier een daar zelfs asbak.
Salembier gaat traag maar gestaag verder. Één voor één brengt hij nu ronde maquettes naar de archiefkast en plaatst ze op een draaiend statief en zet er een camera op. Hij geeft ons een inkijk in lege ruimtes, salons gevuld met boekenkasten, lege slaapkamers, badkamers en keukens, desolate bureaus vol archiefkasten, tafels met rondslingerende papieren en computerschermen. Tegen dat draaiende statief staat een scherm met een typisch beeld vol wolkenkrabbers van een hedendaagse metropool. De combinatie van deze beelden verschijnt dan op het grote projectiescherm. Het resultaat van die verstrengeling van aparte beelden heeft een grote poëtische kracht. Het geheel is meer dan de som der delen.
Alles blijft langzaam, gestaag, rustig draaien. Ik word meegezogen in op en neer gaande beeldgolven van desolate ruimten getekend door wat nog het best omschreven kan worden als langzame afbraak en verval. Toch is doemdenken niet aan de orde. Salembier toont vooral de schoonheid die daarvan uitgaat. Een schoonheid die je kan ontwaren dankzij de gezapige werkwijze van Salembier. Keer op keer brengt hij een maquette van de kartonnen doos waar ze opgesteld staan naar het metalen rek, richt er dan een camera op en zet nadien de maquette weer op zijn plek. Zo krijg je tussen de beelden door tijd en ruimte om het geziene een plek te geven, tot je door te laten dringen.
Het is alsof ik deel uit te maak
De voorstelling gaat rustig verder, draaiend, zachtjes meanderend als een Japans waterornament. ‘Babel’ heeft geen apocalyptische toon, ondanks de duidelijke afwezigheid van mensen en de vele tekenen van verval. Eerder draagt het een zekere tristesse of melancholie in zich. Een verlaten wereld, zonder enig teken van leven, mooi en ontroerend in beeld gebracht. ‘Babel’ heeft geen woorden nodig. De poëzie van de desolate ruimten en achtergelaten materialen doet genoeg.
Maar dan, plots,
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz