Circus / Toneel

Piedestal Het Scheldeoffensief

Het leven is wel wat

Bij Pirandello waren ze met zes, in ‘Piedestal’ zijn ze met zeven: personages op zoek naar een verhaal. In de zomerse buitenlucht, verkleed als clowneske pulcinella’s, zoeken ze hun bestemming op het podium als in het leven: lukraak en onbeholpen, maar ook monter en creatief. Het levert een hoogst ontwapenende voorstelling op, die tegelijk best filosofisch uitpakt. In de geest van het oudste circus vindt Het Scheldeoffensief meer dan ooit een kracht in de beperking.

Piedestal
Wouter Hillaert Op locatie in het Lousbergpark in Gent, in het kader van Miramiro
25 juli 2025

Mocht er vandaag een prijs uitgereikt worden voor de podiumdiscipline met de meest gezonde relatie tot haar traditie, zou circus veel kans maken op de kroon. Opera en klassieke muziek hangen nog te hard vast aan hun heilige repertoire, veel dans en theater leven juist in ontkenning – of toch in Vlaanderen. Hedendaags circus daarentegen schept eer in zijn historische wortels, maar kan daar net zo goed eigentijdse stoemp van koken. Misschien omdat het zijn volkse natuur nooit echt verloochend heeft? Circus houdt van waar de mensen van houden, zoals van oude vertrouwde patronen. Het maakt verrassingen van voorspelbaarheden.

Kijk naar de opening van ‘Piedestal’. Zeven spelers treden aan met het stevig beneusde halfmasker dat al vierhonderd jaar het visitekaartje is van de pulcinella: de gebochelde en eeuwig bedrijvige knecht van de commedia dell’arte. In karakteristieke witte flodderige pakjes stuntelen of huppen ze als onbevangen potsenmakers over het speelvlak, van hot naar her en weer terug. “Ik weet niets”, zegt de een. “Ik zie niets”, puft de ander. Imperfectie is hun wezenskenmerk. Ze missen iets, maar weten niet juist wat. Ook hun gestiek is houterig en harkerig, met uitslaande armen en benen als van lappenpoppen. De één doet het met een wandelstok, de ander met een trechter op zijn kop. En ook al sukkelt dat toebehoren herhaaldelijk tegen de grond, toch houden ze de moed erin. Wat moeten ze anders? 

Een voorstelling lang is dat de spanning die regisseurs Frank Dierens en Jakobe Geens mooi in evenwicht weten te houden: die tussen kleine onnozele grollen en levensgrote betekenis. 

Wie vooral spelers met een beperking ziet, kijkt zelf met een beperkte blik. Eigenlijk zien we een spiegel van het hele mensdom: pulcinella’s zijn we allemaal, geworpen in het leven met elk onze afwijking en zonder horizon. Waarheen met al onze energie? Op scène wordt vergeefs uitgekeken naar een hoger teken, tot één toevallig briefje plots wel richting biedt: “Het verhaal, dat ben je zelf.” Met vereende krachten én in gespreide slagorde zullen onze pulcinella’s eerst proberen te vliegen om aan hun determinatie te ontstijgen, tot en met een raket op de rug. Daarna geven ze toch toe aan hun meest aardse drang: koste wat het kost hun maag vullen. Alleen happen ze van hun bordjes louter lucht. Waarom is het leven toch zo verdomd onvolkomen? 

Een voorstelling lang is dat de spanning die regisseurs Frank Dierens en Jakobe Geens mooi in evenwicht weten te houden: die tussen kleine onnozele grollen en levensgrote betekenis. Visueel putten ze met hun zeven spelers uit een lange traditie van bekende clowneske sketches, van een oneindige slinger uit één mond tot een grote verdwijntruc waarvan je precies te zien krijgt hoe hij werkt. Tekstueel worden die feilbaarheden dan weer telkens veralgemeend tot diepere inzichten over het leven zelf. “Is het iets of niets?”, zo luidt de kernvraag die maar blijft terugkeren. ‘Piedestal’ mag zich dan wel voordoen als een zotternij, uiteindelijk is het vooral een moraliteit. Het wil ons meegeven hoe te (over)leven met onze onvolkomenheden. Op het hoogste schavotje in de titel staat het zijn zelf.

De oertraditie van de commedia dell’arte zorgt niet alleen voor meer lijm tussen alle scènes, maar past ook als gegoten bij het specifieke karakter van de performers.

Het Scheldeoffensief mag er met deze voorstelling gerust naast gaan staan. Na acht jaar bouwen in de luwte blijkt het Merelbeekse gezelschap, dat sinds 2017 “goesting en talent voor theater wil opsporen en uitdagen bij (jong)volwassenen met een beperking”, tot artistieke wasdom gekomen. Toen het in 2023 ‘COLORS’ creëerde met KOPERGIETERY, bleef die kleurrijke jeugdvoorstelling in mijn herinnering nog steken in een mikmak van scènetjes, die de zoekende sfeer van de repetities amper oversteeg. ‘Piedestal’ bouwt op precies dezelfde mozaïekvorm als structurerend principe, maar voelt toch veel coherenter en meer gerijpt. De oertraditie van de commedia dell’arte zorgt niet alleen voor meer lijm tussen alle scènes, maar past ook als gegoten bij het specifieke karakter van de performers. Tegelijk matcht hun enthousiasme ook meer met hun aangesterkte overtuigingskracht als spelers. 

Steeds weer blijkt dat de zoektocht bij participatieve voorstellingen: niet zozeer naar pure spelkwaliteit, maar naar de juiste vorm en het passende kader voor de heel eigen aard van de personaliteiten waarmee je werkt. Het is afstemmen op de juiste golflengte, net zoals dat in de voorstelling gebeurt met een transistorradiootje waar meermaals aan gedraaid om weer schwung in de groep te brengen. Tussen alle geruis en geknetter openbaren zich plots dansante muziekjes. Ook zelf is ‘Piedestal’ zo’n verrassend wijsje: herkenbaar populair door zijn traditionele oervorm, tegelijk heel particulier door zijn art brut in spel én aankleding. Het tunen is gelukt, met dank aan de pulcinella die net van de mislukking een feestje maakt.

Niet toevallig wordt dat ook de slotsom van de voorstelling: de waarde van het bestaan zit in zijn eeuwige pogen, in zijn onvolmaakte proberen. In veel ander theater zou het klef voelen, misschien zelfs cliché. ‘Piedestal’ daarentegen ademt en belichaamt die waarheid van begin tot eind, net omdat zijn clownerie er voortdurend aan probeert te ontstijgen. Zowel de gekozen vorm als de diverse cast maken van deze levensles allesbehalve een tragische wetenschap, maar net een vrolijke noot, een tune die energie geeft. Het leven is niet niets, maar iets om mee te lachen, vlak voor je op je snoet gaat. 

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login