Freud Ivo Van Hove / Jean-Paul Sartre
Hoe Freud zichzelf vond
‘Freud’, de nieuwe voorstelling van Ivo Van Hove voor TGA, naar een filmscenario uit 1958 van Jean-Paul Sartre, is een boeiend portret van de jonge Freud op zoek naar de sleutel van de ziel. Sartre koos de evolutie van afhankelijkheid naar zelfstandigheid als centraal thema. Stef Aerts als Freud draagt de voorstelling, omringd door sterke spelers. Hélène Devos blinkt uit in de uitbeelding van een vrouw, schommelend tussen haat en liefde. Terwijl ik ‘Les Damnés’, recent in Antwerpen te zien, barok van intensiteit zou noemen, laat Van Hove hier een verstilde kant van zijn persoonlijkheid zien.
Jean-Paul Sartre was
in 1958 zo gefascineerd door de biografie van de jonge Freud , dat hij een tekst
van 95 pagina’s afleverde. John Huston draaide op basis daarvan wel een film, maar
enkel na al te drastische ingrepen in het scenario. Jean-Paul Sartre was dan
ook erg ontgoocheld. Ivo van Hove grijpt nu terug naar het originele scenario dat
hij voor het eerst op de planken zet. Het is dus een creatie lang na datum. Ironisch
genoeg brengt het stuk dat we in Amsterdam te zien krijgen evenmin de volledige
tekst. Maar Van Hove laat wel recht wedervaren aan de visie van de Franse
filosoof.
Sartre concentreert
zich op de jaren voor negentien honderd.
Van Freuds sleutelwerk ‘Die Traumdeutung’ is dus nog geen sprake, maar het scenario
zit wel dicht op de historische feiten. Alleen de figuur van Cäcilie Körtner
heeft niet werkelijk bestaan, maar is een synthese van karaktertrekken van verschillende
vrouwelijke patiënten van Freud.
We zien hoe Freud
eerst het fenomeen hysterie wil bestuderen, hoe hij dan sceptisch wordt over
het gebruik van hypnose, en zo tot het inzicht komt dat hij zijn patiënten niet
kan begrijpen als hij niet eerst zichzelf analyseert. Pas dan kan hij
doordringen tot de geheime wereld van Cäcilie Körtner en ontdekt hij de
mechanismen van haat en liefde binnen de familie.
Een andere lijn krijgt
daarnaast grote aandacht: Freud als Jood in Wenen. Zijn vader verliest in zijn
ogen zijn ‘goddelijke’ status als hij failliet gaat. Voor de jonge Sigmund is
het echter nog veel traumatischer om te zien hoe zijn vader de vernedering van
een mishandeling op straat door een antisemiet lijdzaam ondergaat.
Een ander thema is
daarmee verweven. Bij Sartre leren we Freud kennen als iemand die op zoek is naar
een vaderfiguur, iemand die hij kan bewonderen. Hij vindt zo’n surrogaat-vader bij
collega Breuer en bij Fliess. Maar na een tijd ontgoochelen ook zij hem. Zo leert
Freud zijn psychologisch probleem onder
ogen te zien. Hij begrijpt dat hij op eigen benen moet staan: alleen maar
sterk. Dat is de visie van Sartre.
De voorstelling wisselt documentaire fragmenten af met confrontaties met patiënten. Jan Versweyveld bedacht daarvoor een grote , witte ruimte, met die prachtige ruimtewerking waar hij een patent op heeft. In het eerste deel van de voorstelling zien we overal kleine, sprekende details: didactische prenten, een terrarium op een vensterbank, kamerplanten. De architectuur evoceert de Weense stijl van de late negentiende eeuw. In het tweede deel wordt alles tijdens een ballet van alle spelers opgeruimd, en ontstaat de immense witte leegte waarin geschiedenis geschreven zal worden. Pas dan zal Freud een therapeutische doorbraak forceren.
Dan ontstaat de immense witte leegte waarin geschiedenis geschreven zal worden
De vertoning wordt
gedragen door Stef Aerts : hij verlaat het speelvlak nooit. We zien hem als jonge frêle man staan tegenover imposante
tegenspelers als Hans Kesting (Meynert) of Steven van Watermeulen (Breuer). Hij
biedt een portret van de twijfelende wetenschapper die zijn onderzoek toch doorzet.
Dat geeft een complex portret van een koppige doorzetter. Bij Stef Aerts is
daar ook een portie naïviteit bij. De onderzoekers spelen in hun zoektocht naar
de waarheid met het leven van hun patiënten . Die worden meer dan eens tot
zelfmoord gedreven. Maar dat bekoelt de ijver niet.
Matteo Simoni (Fliess)
is de stille kracht, en een lange tijd de trouwe vriend die mee denkt en
stimuleert. ‘Alles is seks ‘ is zijn devies. Mooi is hoe de seksuele
aantrekkingskracht tussen deze twee geleerden wordt uitgebeeld. Fliess zal Freud
ook bijstaan als die beslist een zelfanalyse uit te voeren. Maar op het einde
van het stuk komt Freud tot het inzicht dat hij moet afzien van substituut-vaders.
Helemaal alleen op het toneel zet hij zijn zoektocht naar (zijn) psychologische
drijfveren verder.
De voorstelling
eindigt op dit punt, zodat je dit stuk eigenlijk ‘De jonge Freud’ zou moeten
noemen. De grote doorbraak in zijn onderzoek naar de menselijke psyche kwam er
pas na 1900. Als publiek weten we dat Freud uiteindelijk zal triomferen, maar
in het stuk is dat nog lang niet zeker. Misschien mis ik bij Aerts een donkere
kant, want tenslotte woelen er in zijn binnenste ook geweldige emoties. Die
laag kan Aerts nog verder opzoeken tijdens de lange tijd dat hij in huid van
Freud kruipt.
In de voorstelling krijgen
ook de patiëntes van Freud een belangrijke plaats. Terecht, want het voortschrijdend
inzicht van Freuds psychoanalyse ontwikkelde zich dank zij hun psychische nood,
al dan niet onder de vorm van hysterie. Zo is Marie Vinck onder meer Dora en
Emma, patiënten bij wie Freud geen uitkomst kan bieden.
Sartre heeft vooral het gefingeerde personage Cäcilie Körtner uitgewerkt. Bij de grote confrontatie én doorbraak wordt de scene verkleind tot een donkere slaapkamer waar de emoties hoog oplaaien. Hélène Devos speelt één van de emotionele hoogtepunten van de avond. Het is de innerlijke strijd tussen haat en liefde. Dat gaat zover dat ze haar moeder wil vermoorden. Ze komt pas terug tot evenwicht als ze uiteindelijk begrijpt dat haar psychologische kwelling ontstond door een ontgoochelende vader en een laffe moeder. De waarheid geneest, is de optimistische boodschap.
Van Hove heeft de
figuur van Freud met veel respect benaderd. Zijn voorstelling heeft daardoor een
sterk didactische kant. Het is een uitstekende inleiding tot het fenomeen
Freud. Achteraf blijft de figuur in het geheugen spoken, want de problemen die
hij aansneed zijn niet tot Freud en zijn Weense patiënten beperkt.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz