Jeugdtheater

Mortel Dries Notelteirs / Liesbeth De Clercq

(Un)risky business

Jeugdtheater met enthousiast spel en knappe vondsten is een zegen voor de mensheid: het wint een nieuw publiek voor álle theater. ‘Mortel’ van Dries Notelteirs en Liesbeth De Clercq is daar een schoolvoorbeeld van. Met heerlijk stunt- en valwerk riskeren twee broers op een rommelige scène hun leven om viraal te gaan, al is hun echte strijd zichzelf te leren zien. Samen biedt dat het perfecte recept voor een publiek vol pubers, zeg maar. Toch wringt er iets.  

Mortel
Wouter Hillaert De Studio, Antwerpen
01 april 2025

Adrenaline op scène werkt altijd. ‘Mortel’ begint als een spetterend feestje in een overvol atelier. Onder hardstyle techno zien we twee jonge gasten gensters maken met de slijpschijf, tegen elkaar op hakken met snelle voetjes en met pingpongballen gekke trucs uithalen richting een basketbalnetje rond hun kop. “Wij zijn de Twix Brothers!” Blijkbaar staan ze in het Guinness Book of Records met de meest verorberde Twix-repen per halve minuut (welgeteld 122, voor wie beter wil doen). Daarna konden ze een week lang niet kakken, tot Red Bull met véél suikerklontjes redding bracht. “Red Bull geeft je vleugels? Red Bull geeft je schijterij, ja!” Zo pompen beide boys maar door: lekker druk doen met steeds nieuwe stoten en knutsels als circushoepels of uitschietende stokken. De puls ligt hoog. Na vijf minuten hebben we al een hele voorstelling gezien. 

Ook het plaatje is snel duidelijk: Dries Notelteirs en Lucas van der Vegt spelen twee broers die zich veel cooler voordoen dan ze zijn. Als eeneiige tweeling zijn ze gemakshalve Eén en Twee genoemd om ze uit elkaar te houden, maar zelfs hun vader slaagt daar niet in. Ze doen alles samen, zijn compleet inwisselbaar, denken als één geest. “Als ik porno kijk, krijgt hij een stijve!” Eén en Twee vullen hun dagen met stunts filmen die viraal moeten gaan, maar die pogingen eindigen vaker in een ziekenhuisbed met breuken, bijensteken en vast gemortelde lichaamsdelen. Zelfs hun bewuste fails – pijnlijke mislukkingen waarmee je extra scoort op internet – mislukken meer dan eens. De Twix Brothers zijn The Marx Brothers van het TikTok-tijdperk: ze doen aan slapstick met dyslexie, onnozele werpdingen en elastieken die in hun kruis knallen. Hun falen gebeurt met veel succes. 

‘Mortel’ biedt een hele etalage aan creatieve strategieën om het moeilijke tienerpubliek toch in te pakken.

 

Voor jeugdprogrammatoren is dat alvast een meevaller. Veel van hen vinden dat er te weinig producties gemaakt worden die echt werken voor tieners. ‘Mortel’ daarentegen, een eindregie van Peter Monsaert in coproductie met De Studio en HET LAB, biedt een hele etalage aan creatieve strategieën om die moeilijke leeftijd toch in te pakken. Niet alleen de speedcore uit de boxen speelt direct in op springerige puberhormonen. Ook de grappige seksuele toespelingen in Notelteirs’ snedige tekst doen moeiteloos hun werk, net als het amusante vlotte-jongens-spel tussen beide acteurs. Van der Vegt en Notelteirs excelleren in energieke een-tweetjes.

Zowel de inspiratie als het ritme van deze creatie is dus uit het jonge leven gegrepen. ‘Mortel’ surft op de flitsende creativiteit van influencers, de do’s en dont’s van daten en de fascinatie voor straffe stoten op het randje van cringe. Ironie met crashpop? Check. Lachen met je sullige pa? Check. Indruk maken door juist niet te scoren? Check. Zoals Van der Vegt op zijn hoverboard tussen alle chaos op scène rolt, met een pokerface om af te likken, zo glijdt ook de voorstelling door de virtuele tienerwereld: als een mes door de boter.

Tegelijk bewijst ‘Mortel’ ten volle de meerwaarde van live theater wanneer Van der Vegt aan het slot op een laddertje klimt om van twee meter hoog een zware bowlingbal los te laten boven de grijnzende tronie van Notelteirs, die plat op de grond ligt. Hier valt niets te faken of te monteren. Het levert voorlopig dé kippenvelscène van het seizoen op.

‘Mortel’ doet er dus alles aan om de mortel te doen pakken, maar niet zonder ook de ongeschreven regels van het betere jeugdtheater in ere te houden. Zo komen er halfweg dan toch gevoelige barsten in de coole façade en de hechte twee-eenheid van beide broers. Ze blijken (eens te meer) het product van gescheiden ouders. Ze missen hun mama, die ooit met de noorderzon vertrok en het contact sindsdien beperkt tot verjaardagkaartjes – zogenaamd uit Hollywood, als stuntvrouw. De schreeuw van de broers om gezien te worden, net als al hun littekens, blijkt dus een cover-up voor een diepere psychologische wonde. Wie zijn ze? Wie zijn ze mét, maar ook zonder elkaar? Langzaam worden hun dialogen ingeruild voor monologen. Eén van zijn kant twijfelt tussen zijn verantwoordelijkheid voor zijn broer en zijn verlangen naar zelfwording. Ook Twee wil eindelijk een naam die zijn uniciteit bevestigt.

Voor echte verrassingen blijft ‘Mortel’ te zeer de perfect uitgevoerde ‘how to’-handleiding voor hoe je mortel maakt.

 

Zo vormt ‘Mortel’ een blauwdruk van wat al ruim twintig jaar het podium voor jongeren beheerst: (familiaal) gemis verstopt achter grootspraak en vrolijke verbeelding, waaruit dan een complex individualiseringsproces ontstaat. Zoals zovele tienervoorstellingen geeft ook deze vorm aan een rite-de-passage, met bijhorende boodschap aan de zaal. Maak jezelf zichtbaar door gewoon meer jezelf te worden, in plaats van de kopie van anderen. Vertrouw op wie je bent, zelfs met je breuken. Het verschil met de reclameslogans van commerciële bedrijven is soms verrassend klein.

Dat is het dubbele aan ‘Mortel’. Dit stuk doet alles wat je verwacht van een geslaagde jeugdvoorstelling, en zelfs beter: verrassen, entertainen, een kwetsbaar thema in een eigen vorm gieten, zijn gekozen metafoor mooi volhouden én verdiepen. Tekst, spel, dramaturgie, scenografie: allemaal voelen ze mooi af. Te af, eigenlijk. Zeker voor een voorstelling die in de grond over mislukken gaat. Welk risico hebben de makers zelf proberen te nemen in hun voorstelling? Welke stunt riskeren ze zelf voor de continue zelfwording van de theaterkunst? ‘Mortel’ ziet er vooral uit als de perfect uitgevoerde handleiding voor hoe je mortel maakt. Wat eraan wringt, is dat er eigenlijk weinig wringt. Het is een knappe receptvoorstelling. Of een mislukte fail

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login