Toneel / Muziektheater

Jeanne Sanderijn Helsen & De Studio

Jeanne d'Arc tussen middeleeuwse maagd en superwoman

Verbazend hoe de heilige Jeanne d’Arc tot de verbeelding blijft spreken. Tom Lanoye (‘Bloed en Rozen’) ensceneerde de tegenstelling tussen haar maagdelijkheid en de wreedheid van Gilles de Rais, generaal in haar leger. De voorstelling ‘Jeanne’ van Sanderijn Helsen zocht elders inspiratie, namelijk in de leefwereld van jonge mensen, adolescenten. 

Jeanne
Klaas Tindemans De Studio, Antwerpen
05 februari 2025

Wat maakt Jeanne d’Arc tot één van de meest tot de verbeelding sprekende historische figuren? Zo populair dat zoveel theaterauteurs en filmmakers, van Shakespeare tot Brecht, van Dreyer tot Bresson, het nodig vonden zijn (of haar, al te zelden) visie op de ‘maagd van Orléans’ te geven. Al tijdens haar korte leven (1412-1431) schreef Christine de Pizan een lofdicht op Jeanne d’Arc, en het zou nooit ophouden. Jeanne d’Arc zou door de meest uiteenlopende politieke figuren, van Jean Jaurès tot Marine Le Pen worden gebruikt. Meestal geromantiseerd, altijd gestold tot een mythologisch symbool, maar zelden met oog voor de machtsstrijd – tussen feodale heersers, tussen kerkelijk en wereldlijk gezag – waarin zij zich liet gebruiken én waarvan zij het slachtoffer werd. Eerst de bevrijdster van Frankrijk, die de slappe koning Charles VII op de troon hielp, daarna een heks waarop de toenmalige theologische elite zijn misogyne angsten kon afreageren. Nauwelijks twintig jaar na haar dood werd Jeanne d’Arc al gerehabiliteerd, hoewel haar beulen ongestraft bleven. In het begin van de 20ste eeuw, in tijden van een reactionair katholiek reveil, werd Jeanne d’Arc zalig en vervolgens heilig verklaard. Met zijn ‘Saint Joan’ schreef George Bernard Shaw een sluwe parabel over intriges in paleizen en sacristieën. Nog sluwer was Bertolt Brechts ‘Die Heilige Johanna der Schlachthöfe’, over een braaf-christelijke weldoenster die zich tot syndicaal militante ontpopt. Iedereen maakt zijn eigen Jeanne. 

Maar Sanderijn Helsen is heel anders vertrokken. Met een groep jongeren resideerde ze een tijdlang in Het Lab, het atelier voor jeugdtheater in Hasselt, waar ze hen confronteerde met de figuur van Jeanne d’Arc. Dat leverde verassende indrukken en ideeën op: de middeleeuwse Jeanne d’Arc deed hen denken aan Greta Thunberg, YouTuber Acid en Martin Luther King, de Inquisitie was zoiets als de Taliban. Duidelijk werd alleszins dat ze Jeanne niet zagen als een fossiel uit een ander tijdperk, maar als een figuur die blijft inspireren. Opmerkelijk is wel dat haar moed, haar onverzettelijkheid, haar uitgesproken meningen gewaardeerd en herkend werden door de jongeren. Maar je komt weinig meer te weten over waar Jeanne d’Arc daadwerkelijk voor stond, behalve voor die strijdlust. Welke zaak verdedigde ze écht? Een geïdealiseerd beeld van Frankrijk, een uitgezuiverd geloof, een aanklacht tegen feodale structuren? Die stap zetten de jongeren, te oordelen aan de moodboards en notities die ze deelden, net niet. De voorstelling doet dat ook niet echt, en dan blijft de eerste vraag hangen: waarom spreekt Jeanne nog steeds zo tot de verbeelding? 

Beeld en klanken in ‘Jeanne’ verwijzen nauwelijks naar de Middeleeuwen. We zien drie vrouwen aan een tafel met elektronica (maar ook met blokfluiten) die muziek maken die aarzelt tussen vlotte elektropop en de donkerte van iemand als Fever Ray. Op de achtergrond worden beelden geprojecteerd die soms abstract zijn, soms vaag verwijzen naar een werkelijkheid van oud en nieuw geweld. Maar die visuals in een scenografie van Eric Engels hebben nooit de pretentie om een historisch kader te scheppen. De scherpte van de stemmen valt meteen op, zet letterlijk de toon.

Sanderijn Helsen kondigt zichzelf aan als Jeanne, in casual kleren met een beetje glamour. Ze spreekt in de eerste persoon, maar ze is zich ervan bewust dat ze zich in 2025 bevindt en niet meer in de Middeleeuwen. Die actualiteit zal ze de hele voorstelling volhouden. Ook al lijken sommige elementen in haar verhaal misschien vandaag voorbijgestreefd, bij nader inzien zijn ze nog steeds aan de hand. Of het nu gaat over het testen van de maagdelijkheid bij sommige (religieuze) gemeenschappen. Of het feit dat vrouwen zich zo mannelijk mogelijk moeten voordoen om autoriteit uit te stralen (zeker in het leger). Beide zijn helaas nog geen verleden tijd.

Welke zaak verdedigde Jeanne d’Arc écht? Een geïdealiseerde beeld van Frankrijk, een uitgezuiverd geloof, een aanklacht tegen feodale structuren, of iets helemaal anders? Die denkoefening zetten de jongeren die Sanderijn Helsen ondervroeg niet. 

Van bij de opening van het stuk suggereert Jeanne dat het haar niet te doen is om een verslag van een Europese oorlog, maar om wat zich in haar hoofd afspeelt. Hier hoor je onrechtstreeks de stem van de jongeren die Helsen bevroeg. Dat blijkt ook uit de online lesmap met notities van de jongeren. Daar lees je dat ze erg inzitten met mentaal welzijn, ook al valt die term niet: onzekerheid over identiteit, over (gebrek aan) daadkracht, over de relevantie van meningen, over de (vermeende) vijandigheid van de volwassen wereld. Ze klampen zich vast aan het symbool Jeanne d’Arc, en de Jeanne van Sanderijn Helsen is bereid die verantwoordelijkheid op te nemen, zo lijkt het.

Ze hoort stemmen, die haar steeds nadrukkelijker dwingen om Frankrijk te redden, maar ze associeert die niet – zoals het traditionele verhaal wil – met God, heiligen of aartsengelen. Het zijn stemmen die, in het ergste geval, als ‘schizofrenie’ kunnen gediagnosticeerd worden, maar die wellicht iedere jongere hoort die moeizaam leert hoe je indrukken, gedachten en emoties moet filteren. 

Natuurlijk is de ‘goddelijke’ opdracht van een middeleeuws herderinnetje dat een leger moet leiden niet meteen het meest hippe onderwerp voor een adolescent in deze tijden, maar de jongeren van vandaag identificeren zich ook met superhelden uit de comics die bovenmenselijke taken op zich nemen, geholpen door even bovenmenselijke krachten. Niet zo ongewoon dus, Jeanne d’Arc als superheldin. Dat dit soort fascinatie gelinkt wordt aan mentaal welzijn, inclusief het risico om in de psychiatrie te belanden, dat is wel een verrassend inzicht. De tocht van Jeanne van haar schapenweide naar het hof van de kroonprins krijgt ook een scenische vertaling in de bewegingen van de muziektafel, op wieltjes. De stemmen die prominent hoorbaar blijven, zij wandelen mee met de vertelling van Jeanne, steeds meer gejaagd. Tot alles blokkeert, wanneer Jeanne gevangen is genomen. Helsen blijft in het midden van de scène staan.

 Jeanne verdubbelt zichzelf, ze kijkt naar een lege plek waar haar lichaam opbrandt, terwijl ze zelf buiten de tijd en buiten de vergankelijkheid staat, herleid tot haar icoon        

De tafel met klanken, met Diependaele en Brown, wordt achter haar gefixeerd. Zij blijven stemmen produceren, maar die zijn niet meer hemels… ze komen uit de stinkende krochten van de geest. Jeanne vertelt, relatief rustig, waarom alle beschuldigingen onterecht zijn. Ze zegt dat zowel haar persoon als haar bovennatuurlijke opdracht uitgebreid onderzocht werd door de entourage van de dauphin, dat ze ook altijd zelf de keuze had en dat ze de stemmen als oprecht en authentiek beschouwde. Maar de nieuwe stemmen van de Inquisitie hebben die nuances niet gehoord, of ze willen die niet horen. Ze veroordelen haar tot de brandstapel, en ze ondergaat haar lot. Jeanne verdubbelt zichzelf als het ware: ze kijkt naar een lege plek waar haar lichaam opbrandt, terwijl ze zelf buiten de tijd en buiten de vergankelijkheid staat. Ze is herleid tot haar icoon, dat de dood aanschouwt en de as ziet wegwaaien. We zien dit allemaal niet, maar haar woorden zijn beeldrijk genoeg.     

  Meer over de actuele fascinatie voor een krijgszuchtige maagd uit de Middeleeuwen, speelbal van een ingewikkelde strijd tussen feodale heersers en klerikale intriganten, viel er niet te vernemen. Zoals ook de idee van gerechtigheid bij de ‘goede’ superhelden een vaag, zo niet inhoudsloos begrip is, is ook hun moralisme een façade voor een bedenkelijk meritocratische boodschap. Maar ook ik ging ook ooit gretig naar ‘Superman’ kijken, hoewel Fassbinder en Pasolini beter pasten bij het cultureel kapitaal dat ik probeerde te vergaren. Die leegte is misschien de essentie, zolang men maar niet doet alsof de superheld wel iets zinnigs te vertellen heeft. Dat alles maakt het lastig bij deze Jeanne die, ondanks de nonchalante maar geëngageerde verteltoon, toch de dringende behoefte voelt om een boodschap te verkondigen. Iets over mentaal welzijn, over hoe je met die stemmen in je hoofd moet leren omgaan. Of misschien over hoe teveel aan idealisme en daadkracht tot je eigen ondergang leidt? 

De monoloog klinkt (te) vaak didactisch, maar mist focus. Wie of wat hebben we gezien, een uur lang? Ik twijfel geen moment aan de oprechtheid van het onderzoek dat Sanderijn Helsen met de jongeren verrichtte. Ze graven in hun ziel, ze geven dingen prijs die ze anders angstvallig verborgen zouden houden. Kunst emancipeert, om het wat hoogdravend uit te drukken. Maar het eindresultaat bij de minder geëngageerde toeschouwer is nogal mak. We krijgen een verhaal te zien en te horen zoals we verwacht hadden. Maar wat doe je met iconen, anders dan ze wegzetten als figuur uit een ‘Marvel-achtig’ universum? Ook al blijf je ver weg – gelukkig – van de gewelddadige manipulatie van het verleden zoals in bijvoorbeeld een game als ‘Assassin’s Creed’, dan nog moet het spannend blijven, en durven schuren. Het hoofd van Jeanne d’Arc zou op barsten moeten staan, met zoveel elkaar tegensprekende stemmen. De in zichzelf gekeerde afstandelijke Jeanne – kijkend naar de eigen brandstapel – is mooi, maar dit beeld is te weinig het gevolg van een beklijvend gevecht, van een lichamelijke en mentale strijd.         

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login