Cuerpos Celestes El Conde de Torrefiel
Regen, grafstenen en een zachte stem
De Zuiderbegraafplaats is het oudste en kleinste kerkhof van Gent. Het ligt enigszins verborgen tussen de huizen van Nieuw-Gent, op een steenworp van het Universitair Ziekenhuis. Het Spaans-Zwitsers collectief El Conde de Torrefiel maakte een audiowandeling voor kerkhoven die nu onlangs deze Gentse plek aandeed. ‘Cuerpos Celestes’ gaat niet in op de Zuiderbegraafplaats zelf. Het is eerder een mijmering over eindigheid en vergankelijkheid. Het regende tijdens mijn wandeling, en dat versterkte het melancholische gevoel, maar die ervaring kan je op om het even welke stilteplek hebben, met minder pretentieuze diepzinnigheid. Mager.
Zaterdagochtend, het regent. Ik ben de tweede bezoeker, en ik blijf vrijwel op mijn eentje gedurende de veertig minuten van de vertelling op Soundcloud. De zachte stem van Nathalie vraagt dat ik even terug naar buiten ga, voor de poort ga staan en mijn ogen sluit. Voor zover een begraafplaats niet vanzelf rustgevend is, zijn nu alle mogelijke spanningen weg. Een minimale meditatie als vertrekpunt, daarna kan het letterlijk alle kanten op. ‘Cuerpos celestes’ (‘Hemelse lichamen’) is een audiowandeling, maar ze wijst nergens de weg. De stem zegt nadrukkelijk dat het niet belangrijk is of ik links of rechts afsla. Ik wandel langs de hoofdlanen, zonder veel na te denken.
De Zuiderbegraafplaats ontstond ooit uit de Sint-Pietersabdij, toen Jozef II begraafplaatsen rond kerken verbood. Voordien was het kerkhof een verzamelplaats voor de gemeenschap, dood én levend, zowel agora als marktplaats, maar die functie verdween noodgedwongen. Nu ligt de begraafplaats verstopt tussen de bescheiden woningen van Nieuw-Gent. Er is hier bijna niemand, zeker niet op een druilerig weekend. Hoogstens enkele nabestaanden die een graf reinigen, want volgende week is het Allerzielen.
Ik heb mij een beetje voorbereid Ik weet dus dat Hippolyte Van Peene hier begraven ligt. Van Peene was zowat de meest productieve (en ook de meest stereotype) burgerlijke toneelauteur van de 19de eeuw in Vlaanderen, én hij was de tekstdichter van de Vlaamse hymne – “ze zullen hem niet temmen”, elke strofe een strijdkreet – waarvoor zijn aangetrouwde neef Karel Miry de muziek componeerde. Maar de stem stuurt mij niet naar het (bescheiden) monument van Van Peene. Ik word niet aangesproken als toerist. Ze deelt met mij wel haar gedachten over de omvang van de ‘dodenstad’ die een begraafplaats eigenlijk is. Stel dat al die doden levend waren, en verzamelden op dezelfde plaats: dat zou een voetbalstadium vullen. Ze laat het gebrul horen dat daar dan zou weerklinken.
De stem vraagt me nog andere dingen, maar nooit iets over deze concrete plek.
Ze vraagt me ook om vanop een bankje de luchten te beschouwen. Ze laat mij lopen met gestrekte armen, en merkt op dat ik op een zombie lijk. Ze vraagt mij om een selfie met de foto van een overleden vrouw, die ik naar iemand mag sturen – het lukt mij niet om een goede pose te vinden. Ze laat de laatste woorden horen van een man die verongelukte met zijn motor – ik mocht een graf kiezen van een veertigjarige. Met mijn vingers maak ik een frame, waarmee een uitgebalanceerd beeld van lucht, bomen en graven ontstaat, met de regen als enig geluid. Ze vraagt nog andere dingen, maar nooit iets over deze concrete plek, niet over de strooiweide met koperen naamplaatjes, niet over de ‘vlindertuin’, waar kleurrijke keramieken vlinders (antiek symbool voor de dood) de asurnen bedekken.Ook niet over de weide met kleine kindergraven, van pasgeborenen tot peuters, die niet keurig op een rijtje liggen – de treurigste wijk van deze dodenstad. Vlak naast de zwart uitgeslagen, soms scheefgezakte praalgraven van de burgerij van weleer.
Zonder de uitnodiging van NTGent voor deze audiowandeling had ik wellicht nooit de Zuiderbegraafplaats bezocht. Ik heb nochtans een zwak voor begraafplaatsen. Als ik een stad aandoe bezoek ik er altijd wel een. De Zuiderbegraafplaats stelt niet teleur. De veertig minuten die de stem van Nathalie mij gunt geven mij ruim de tijd om stil te staan bij plaatsen, bij namen, bij vormen en kleuren die ik anders niet zou opmerken. Maar ‘Cuerpos celestes’ is geen gids voor deze unieke plek, het is een generieke formule, die ik net zo goed zou kunnen beluisteren, op een Brusselse begraafplaats, enkele straten verwijderd van de plaats waar ik dit schrijf. Je kan het zelf uitproberen (als het nog werkt), dit is de link:
https://soundcloud.com/ntgent/cuerpos-celestes-nederlands-1.
Veel ervaring heb ik niet met audiowandelingen, maar Rimini Protokoll, het Duits-Zwitserse collectief, liet mij ooit wandelen door Oost-Berlijn, langs alle plekken waar de repressie en de bekrompenheid van het DDR-regime sporen hadden nagelaten. Zoals de plek waar een ballonvaarder was neergestort, in een mislukte poging naar het Westen te ontsnappen. De plek bracht het verhaal op gang, via geolocatie: ik wandelde, keek en luisterde. En ik zag een flits van vertwijfeling. ‘50 Aktenkilometer’ legde een subtiel verband tussen een concrete plaats en een concreet verhaal. Dat ontbreekt bij ‘Cuerpos celestes’.
Heeft El Conde de Torrefiel het format van Rimini Protokoll gewoon overgenomen? Het lijkt er soms op.
Hetzelfde Rimini Protokoll maakte vijf jaar geleden – we waren nauwelijks bekomen van covid –het brede audio- en wandelproject ‘The Walks’, waar ook een wandeling op het kerkhof bij hoort. Een podcast die je op om het even welke begraafplaats kan beluisteren, even generiek dus als ‘Cuerpos celestes’: ook een zachte stem, maar wel rauwer, meer doorleefd, dichter bij de dood. Met een minder zweverige ondertoon, al is speculatie over vergankelijkheid wellicht onvermijdelijk spiritueler dan een bittere confrontatie met politieke nostalgie in Berlijn of elders.
Heeft El Conde de Torrefiel het format van Rimini Protokoll gewoon overgenomen? Het lijkt er soms op, al is hun boodschap meer op de context gericht, zowel de stad (waaruit de doden verwijderd zijn) als de open lucht (waar de zielen vervluchtigd zijn), terwijl Rimini Protokoll zich op het (parasitaire) leven van planten en dieren in en op de grond concentreert. Maar het verschil is niet echt groot. De manier waarop ‘Cuerpos celestes’ zich aankondigt – op welbepaalde dagen – deed vermoeden dat het een unieker evenement zou zijn, dat de concrete omgeving van Nieuw-Gent in het verhaal zou betrekken. Dat is dus niet het geval, en dat vind ik nogal gemakzuchtig. Hier is weinig research ter plaatse aan voorafgegaan, ik heb er althans amper iets van gemerkt.
Toch keer ik terug, terwijl de regen aan mijn lichaam blijft kleven, met een rustig gevoel. Een zaterdagochtend op een begraafplaats, met slechts een handvol levenden, dat is een deugddoende ervaring, inclusief de melancholie waaraan je niet ontsnapt. Bij de graven van de kinderen én bij Hippoliet Van Peene, die dacht dat hij tijdloos toneel kon schrijven. Al heb ik dat laatste elders vernomen, niet in mijn hoofdtelefoon, die ochtend.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz