Die ersten Menschen Rudi Stephan / Calixto Bieito
Gejaagd door de lust
In zijn opera ‘Die ersten Menschen’ gaf de in 1915 op zijn 28e gesneuvelde Rudi Stephan een alternatieve versie van het verhaal van Adam en Eva, met de seksuele drift als centraal thema. De opera raakte in de vergetelheid, maar werd nu herontdekt door het Hollandfestival. Het blijkt een schitterend werk, dat hier gediend wordt door een perfecte cast en een geïnspireerde regie van Calixto Bieito.

De
Amsterdamse Nationale Opera neemt wellicht een groot risico door dit
werk te programmeren. Het is immers quasi onbekend. Het ging postuum in
première in 1924 en werd voor het laatst opgevoerd in 198. Deze uitvoering voelt
daardoor bijna als een première aan. De eerste vraag is dan: loont het de
moeite om deze partituur vanonder het stof te halen? Dat is zeker het geval. ‘Die
ersten Menschen’ was de eerste, en meteen ook laatste opera van Stephan, maar
is van een verbluffende kwaliteit, zeker voor iemand die toen nog maar 27 was.
Stephans carrière hield abrupt op toen hij
opgeroepen werd voor het front en enkele weken later sneuvelde. Zo voegt hij
zich bij de lange stoet grote talenten die de Eerste Wereldoorlog wegmaaide. Mijn
appreciatie heeft echter niets met sentiment te maken. Ze is gewoon bijzonder
overtuigend.
Stephan schreef in de ‘post romantische‘
stijl, in de traditie van Max Reger. Die staat los van het werk van Arnold
Schönberg, die in die periode zijn nieuwe, twaalftonige harmonische taal
ontwikkelde. Stephan hield niet van die ‘dissonante’ klanken. Hij betoonde zich
een volwaardig theatercomponist, die elke partij een andere muzikale insteek
gaf. De sopraan is lyrisch en dramatisch, terwijl de tenor zoetgevooisd klinkt.
Die rol lijkt zang-technisch minder complex, maar krijgt juist door de keuze
van het register wel een bijzondere kleur.
De inhoud van de opera voert me echter naar
een gebied waar ik een vreemde ben en blijf. De stof van het libretto vond
Stephan bij de theaterauteur Otto Borngräber. Die was geboeid door theologie en
filosofische systemen. Het bracht hem ertoe een naar katholieke opvattingen
eerder ketterse visie op het scheppingsverhaal in het boek Genesis te verzinnen.
Borngräber gaf Adam, Eva, kaïn en Abel daartoe
ook andere namen: hij heeft het over Adahm, Chawa Kajin, en Chabel, maar voor
het gemak houd ik het verder bij de gangbare namen. Hij stelde zich de vraag
hoe die ‘eerste familie’ kon functioneren, gezien de samenstelling ervan: drie
mannen en één vrouw. Hoe plantten die zonen zich dan voort, zonder andere vrouw
dan de moeder?
Borngräber geeft die vraag een moderne draai: seksuele
impulsen drijven bij hem alle personages. Passie beheerste de jeugd van Adam,
maar met de jaren verdampte zijn seksuele drift. Hij heeft meer belangstelling
voor zijn werk dan voor zijn vrouw. Zijn zoon Abel heeft God ontdekt, en wil
een godsdienst stichten gebaseerd op een offer. Hij slacht daartoe ritueel een
lam, en betrekt zijn ouders daarbij. Zijn broer Kaïn is getroebleerd. Hij wendt
zich af van het spirituele en gelooft niet in de bevlogen woorden van Abel. Hij
is de materialist, de twijfelaar. Daarom verstoot de familie hem.
Rond Eva, de oermoeder, bedacht Borngräber de
meest verbazende verhaallijn. Zij wordt gedreven door een sterke seksuele
drift. Als ze Adam niet meer kan verleiden drijft haar onvervuld verlangen haar
naar haar zonen. Zij lenigen haar nood en vinden bij haar de ideale vrouw waar
ze naar smachten. Na dit dubbele incest wordt Kaïn jaloers op zijn broer en doodt
hem. Bij het dodenritueel wordt Kaïn definitief
verstoten door Adam en Eva. Hij trekt de wereld in om er geweld, wreedheid en conflict te zaaien. Ondertussen
droomt Adam met Eva van een nieuwe tijd, met nieuwe mensen.
Ondanks de geëxalteerde muziek had ik het
moeilijk met het beperkte emotionele en filosofische veld dat het verhaal zo
schetst. Je kan moeilijk in deze nieuwe tijd geloven, omdat ze gebaseerd is op grote,
maar ondertussen verbleekte ideeën uit een wat vervlogen tijd. Dit is evenmin
geloofwaardig als psychologisch drama.
Borngräber tuigde een intellectuele
constructie op rond de rol van de seksuele energie, en schetst zo een
vrouwbeeld dat zich afzet tegen de burgerlijke en godsdienstige conventies van
zijn tijd. Hij kent vrouwen sterke lustgevoelens toe, en geeft ze macht over
hun kroost. Dat was in 1900 revolutionair. Het blijft ook nu nog relevant, maar
echt hedendaags voelt dit vrouwbeeld toch niet aan. De tekst noemt Eva een’
wild dier’ omdat ze seksueel actief is. Dat maakt haar zowel aantrekkelijk als
gevaarlijk. Daar schemert dan toch weer de mannelijke kijk op de seksualiteit
van de vrouw door. Het laveert intellectueel én psychologisch tussen Freud en
Oscar Wilde’s schandaalstuk ‘Salomé’.
Het libretto volgt het toneelstuk op de voet. Stephan
werd aangetrokken door de controversiële kijk op het Bijbelse Verhaal. Zo’n variaties
waren ook een bekende figuur met een lange traditie. Technisch is het een
eenvoudig werk, omdat er slechts vier scherp onderscheiden personages optreden.
Er is de wat koele autoriteit van Adam tegenover de gepijnigde ziel van de
onbeminde Kaïn en de extatische ontboezemingen van de door religie bezeten Abel.
Tenslotte is er de sensuele, begerende vrouw. Stephan tekende elk van hen in meeslepende
muziek en zanglijnen.
De Spaanse regisseur Calixto Bieito verplaatste
het gegeven radicaal naar het heden, met name een burgerlijke woonst, hier
voorgesteld door een constructie van transparant wit gaas, in de vorm van een
huis met dak. Een enorme witte tafel, volgeladen met exotisch fruit staat
daarnaast. Eva laat haar wellust blijken als ze het sap uit de vruchten knijpt.
Ook de kostumering is hedendaags. De mannen
dragen zwarte pakken. Eva is in haar verschijning nu eens de burgerlijke deftigheid zelf, dan weer een verleidelijke
(en verleidende) vrouw. De abstracte constructie van Borngräber botst zo met
het concrete beeld van een burgerlijke wereld, bezeten door storende gevoelens
van aantrekking, afstoting, lust, en begeerte. Een wereld zonder taboes.
In de mise-en-scene laat Bieito zijn perverse
verbeelding de vrije loop. Zo is het offer van het schaap griezelig, ook al
gebruikt Bieito slechts een speelgoedpop. De buik wordt opengereten en de
bloederige ingewanden worden aan de deelnemers gegeven. Al looft de tekst het
geslachte dier, en al zingt Abel over zijn God, de beelden voegen daar een
negatieve commentaar aan toe. Als Kaïns
offer mislukt, tuimelt zwarte as met bakken naar benden.
Bij Eva onderstreept een actie het centrale
thema: terwijl de animositeit tussen de broers stijgt boetseert Eva een
hermafrodiet met een priemende penis. Deze vruchtbaarheidsafgod zal later in
het incestueuze spel tussen moeder en zonen een rol spelen. Haar god is niet de beschermende Vader maar
de seksuele energie. Dat leidt tot een triootje – moeder en zonen-. Op het
hoogtepunt van hun minnespel klinkt er een triomfantelijke trompet in het
orkest.
De opvoering geeft de intellectuele constructie
van Borngräber zo een sterke lichamelijke pendant, die de opera een grote
emotionele uitstraling geeft. Ze cirkelt in deze interpretatie helemaal rond de
heilige en vernietigende kracht van de seksuele drift.
Bieito had hierbij vier bijzondere zangers tot
zijn beschikking. Adam is bij de bariton Kyle Ketelsen een vanzelfsprekende
autoriteit in dit gezin. Abel beweegt
zich in een ander emotioneel gebied dankzij de betoverende lichte tenor van
John Osborn. Tegenover hem staat de gekwelde, vernederde Leigh Melrose als
Kaïn. Centraal staat een schitterende
Annette Dasch – even overtuigend als sopraan en als actrice. Ze levert een
fascinerende vertolking, heel en al seksueel vuur. Haar overrompelende
aanwezigheid geeft de voorstelling ook een uitgesproken feministische inslag:
deze vrouw domineert haar mannelijke omgeving volledig.
Dat levert een schitterende voorstelling op. Jean-François Rohr ontlokt prachtige klanken aan het Concertgebouworkest, vocaal gezien heb je hier te maken met een perfecte bezetting, en als regisseur levert Bieito hier één van zijn meest overtuigende regies af. In alle opzichten is de opera ‘De eerste mensen’ een revelatie.
Nog te zien op arte concert