Vechtstuk Hof van Eede
With a spoonful of sugar, the medicine goes down...
‘Vechtstuk’, een tekst van Wannes Geyselinck en Ans van den Eede begint als een wrange screwball comedy, gaat door als een relaas van relatieproblemen en depressie en eindigt op een bitterzoete verzoening. Heel wat bochten in één stuk dat uitloopt op een aanklacht tegen de sociale condities die leven en liefde aanvreten. Van den Eede en Greg Timmermans verdedigen die pirouette met verve.
‘Vechtstuk’ ensceneert een situatie die zich in
werkelijkheid nooit zou kunnen voordoen: een koppel dat ruzie maakt in de
huiskamer, maar toch het publiek als getuige neemt. Het zegt iets over de
kwaliteit van deze voorstelling dat je dat grif aanneemt. De scenografie helpt
daarbij: ze verbeeldt de situatie door een soort non-decor: een wit zeil op de
vloer, met trekken en spots die tot vlak boven de vloer neergelaten zijn. Versta:
als kijker moet je zelf maar invullen wat de context is. Om de woorden gaat het
hier.
Om beurt proberen Ans Van den Eede en Greg Timmermans er ons
inderdaad van te overtuigen dat zij het juist voor hebben en de andere niet. Dat
heet: onvolwassen gedrag. ‘Meester, hij deed het’. De perfecte methode om al
wat onbespreekbaar is te bedelven onder bergen kleine verwijten.
Hun gesprekken lijken de eerste helft van de voorstelling dan
ook sprekend op de bittere relatiekomedies als ‘Silicone’, ‘Pick-Up’ en vooral ‘Tulpen
Vulpen’ die Gerardjan Rijnders op het einde van de jaren 1980 schreef. Woorden
werden er steekwapens omdat de spelers elkaars uitspraken systematisch verkeerd
lazen: letterlijk als ze figuurlijk of als beleefdheidsvorm bedoeld waren,
figuurlijk als het om een letterlijke aanwijzing ging.
Ruzie zoeken dus. In de stijl van: ‘Ja’ zeggen als iemand
vraagt: ‘Kan je mij even de boter geven’ maar toch niets doen. De vraag
letterlijk beantwoorden dus, niet naar zijn intentie om die boter te krijgen. Naar
het schijnt de beste manier om zelfs je beste vrienden tot gezworen vijanden te
maken.
In ‘Vechtstuk’ ligt het evenwel ingewikkelder. Bij Rijnders
zit de bittere strijd alleen in de verkeerd begrepen woorden, hier heeft
ze ook aanknopingspunten in zeer herkenbare situaties. Vrouw wil naar feestje
bij Joost en Lien, man heeft een hartsgrondige hekel aan dat stel. Hij vindt ze
aanstellers. Poseurs, die feestjes houden of gaan surfen om de innerlijke
leegte van hun bestaan te verhullen.
Maar de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet, want ook het
leven van Greg en Ans zit op een dood spoor, zo blijkt. De man is een neuroot,
en wellicht een bangerik. Weken lang bestudeerde hij de IKEA catalogus om de kaduke
woonst -het is een metafoor van belang- toch van een behoorlijke keuken te voorzien. En van
heel veel kasten. Zo zal er minstens visueel rust heersen in het huis.
Dit deel van de conversatie is om te gieren: de vrouw krijgt
het heen en weer van al die kasten zonder grepen die onzichtbaar in de wand
verwerkt zijn. ‘Ik wil handvaten’ schreeuwt ze uit. ‘Ik wil iets dat naar me
toekomt zonder dat ik eraan moet sleuren’, repliceert hij.
De vrouw ziet in de kasten een symbool voor de neiging van
de man om alles waar hij niet mee om weet te gaan weg te stoppen. Inclusief haar
depressie. Het hoge woord is er plots uit. De vrouw blijkt maar net van een depressie
verlost te zijn, en wil nu terug beweging, wil dansen, mensen zien. Maar de man
heeft daar geen oren naar. Die komt afgepeigerd terug van zijn werk.
Plots begrijp je nu ook de openingsscène: Ans Van den Eede
imiteert daarin glansrijk een legendarische ‘over the top’ vertolking
van ‘Seasons’ door de band Future Islands. Greg Timmermans wil haar daar
voortdurend van weerhouden. ‘Stel je zo niet aan’ zegt zijn nerveuze gedoe. De
balans van de publiekssympathie slaat zo van meet af aan uit in het voordeel
van Van den Eede.
Als een deus ex machina verstoort een gelijktijdig water- en stroomlek dan de ruzie. Plots moeten de ruziënde echtelieden samenwerken om het probleem op te lossen. Ook dat levert voorspelbaar hilarische scènes op, met disfunctionele noodlijnen in de hoofdrol, en een pijnlijke afgang van de man als fixer als gevolg.
Een scherpe bocht van wancommunicatie naar voorzichtige toenadering
Het is de aanloop naar de scherpe bocht die het stuk nu neemt van wancommunicatie naar voorzichtige toenadering. Die loopt, niet toevallig, via herinneringen aan mooie momenten aan het begin van hun relatie, toen het huwelijksbootje nog niet lek was, toen seks nog leuk was. Ook el dienden zich toen al de voortekenen van een depressie af bij de vrouw.
Het levert een bijzonder moment op als Timmermans, na een
derde mislukte poging om de lekkende waterleiding te herstellen, een liedje
zingt. Op vraag van Van den Eede trouwens: ze werd verliefd op hem als hij zong.
Het is een mooie vertolking van ‘Signed Curtain’ van Robert Wyatt en zijn band ‘Matching
Mole’uit 1971, één van de meest ontroerende, ten onrechte vergeten, love songs
, uit de popgeschiedenis.
Dreinerig
en traag gaat die song: ‘This is the first verse (eindeloos herhaald), and this
is the chorus, or perhaps it’s a bridge / And this is the second verse (alweer
eindeloos herhaald) or perhaps it’s a bridge, or just another – key change (waarop
de song van majeur naar mineur gaat) / Never mind, it only means that I/ Have
lost faith in this song/ ‘cause it won’t help me reach you’.
Timmermans pakt de falset stem van Wyatt precies, al zingt
hij een in het Nederlands. Onverhoeds slaat de balans in de sympathie van het
publiek hier in zijn richting door, zeker als hij er daarna voor pleit om het
huwelijksbootje te repareren door vaak en met overtuiging ‘ik hou van jou’ te
zeggen Hij leunt hier op de Oosterse gedachte dat een boot die vaak genoeg
hersteld is uiteindelijk een andere boot is, maar toch dezelfde, omdat ze
steeds dezelfde naam bleef dragen.
Gerardjan Rijnders is hier aan de einder verdwenen. De toon
wordt nu onbeschaamd sentimenteel. Alsof de makers nattigheid voelen sturen ze
die toon toch weer bij in het filmpje waarmee het stuk eindigt. Het zeil dat al
die tijd doelloos de speelvloer bedekte gaat nu omhoog, en wordt een projectiedoek. We zien het stel door Oostende
dwalen, om uiteindelijk aan de branding van de zee uit te komen. In harmonie en
misschien ook gedeelde droefenis.
Ook hier telt de klankband: ‘Hearts a mess’ van Gotye gaat,
net als ‘Seasons’ en ‘Signed Curtain’ over
verwarde gevoelens en communicatiestoornissen. Het leven zelf dus. Maar het
filmpje voegt daar een extra tekst aan toe, die je zou kunnen verwarren met een
karaoke streamer. Ze zegt iets als -ik parafraseer- ‘minder werken en
minder stress komen ons seksleven en ons welbevinden ten goede’.
Als een donderslag bij heldere hemel wordt de bittere onmin van
de echtelieden zo in de laatste rechte lijn maatschappelijke gesitueerd. Mensen
staan teveel onder druk om nog tijd voor elkaar te vinden, zoiets. Daar zit
natuurlijk een grond van waarheid in zit, maar het lijkt toch ook verdacht veel
op een intellectueel excuus voor de
sentimentele bocht op het einde neemt.
Maar is dat excuus wel nodig? De sentimentele draai in het stuk bot de scherpte van het initiële, bittere taalspel zeker af. Maar de maatschappelijke draai die dan volgt maakt het stuk niet scherper, integendeel, want ze negeert even goed het blote feit dat woorden altijd misverstanden veroorzaken, dat we elkaar nooit volledig begrijpen. Bovendien: die ‘uitleg’ zet de kijker, die heel de tijd de scheidsrechter was van de twist tussen de echtelieden; plots nodeloos buitenspel.
Uiteindelijk zegt het stuk, ook zonder dat opgestoken
vingertje op het einde, gewoon dat je altijd wel een verstandhouding kan vinden
met het leven en de ander, desnoods met wat sentiment erbij. Het leven is, als
situatie, zeker hopeloos, maar daarom niet ernstig. Daar houd ik het voorlopig
maar op.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz