antigone Barbara T'Jonck / naar Sofokles
antigone: hope for the future
In her version of Sophocles’ ‘Antigone’, Barbara T’Jonck gently inveigles us, as spectators, to take up the role of the choir in a performance that is akin at times to the solemn atmosphere of a Sunday Mass. Whilst creating a bond between herself and us, as spectators-players, she also lures us into the jury’s position, judging the rightfulness of laws. (Nederlandse vertaling onder)
A pilgrimage
up several flights of stairs to reach the lofty summit of the KVS theatre, all-white
walls, sunlight streaming in though the skylights and a soft, reedy voice
singing to us in welcome: the atmosphere of my first post Covid, live, indoor
theatre experience already has a touch of the divine.
Next, we’re
handed a slim, white-bound-volume and, in a whisper prayed to take one of the
stools stacked here and there and choose a place to sit , surrounded by flickering
candles. All this compounds the feeling that we are as much a church congregation
as an audience.
Enter Barbera
T’Jonck: nothing pious or preachy about this figure. Although angelic of face
and clad top-to-toe in white, she takes the floor more as a schools’ games mistress
in plimsoles than a high-priestess.
We’ll be watching
her version of Antigone she explains, up until the point she hangs herself. All
the roles will be played by herself and therefore, lest she stalls, she needs
two volunteer prompters, and, by the way, we can follow the text in our little
white books. After this brisk and chummy presentation complete with spoilers
and even a faux-false start, T’Jonck begins for real. Back pressed into the whitewashed
wall, Antigone waits, creating a silence that has us holding our breath as you might
do when you are expecting some beautiful music to start.
Indeed, this
version is a prodigious, playful, yet fully mastered one-woman-show. T’Jonck
weaves in and out, around and about us, at times directing her delivery straight
at one of the congregated, singling them out, firing a question whilst fixing
them with a glare. She flits from Antigone to Ismene to Creon without losing her way nor our
attention.
When it’s
time for the chorus to interject, she indicates with delicate firmness, that this
is our role. The readers she picks on comply without hesitation, plunging into
their white missals. Bowed heads, monotone admonishments and forewarnings:
we’re back at Sunday mass once more.
T’Jonck’s unaffected
charisma is beguiling. She’s finely tuned the changes of key between jovial
games monitor instructing us to shift seats whilst offering us wine, and her
character switches: Antigone claiming justice for her dead brother and his
right to burial or Creon, furious and raging condemning Antigone to death for
her defiance of the law of the Gods. Artfully, she manages to create a closeness
between herself and us, the audience-cum-players, whilst remaining the wilful captain
in command.
A recent theatre
and philosophy graduate this talented artist is no ingenue. The choice of the
classical text is not unprecedented but chimes, albeit jarringly, with the ongoing
ethical and moral dilemmas our post-Covid, increasingly policed societies beg
to have to examined. And however gently she inveigles our participation, she
forces us to take a jury’s position.
Needs must: a piece worked on during Covid times is a solo. Yet T’Jonck’s paired down, less-is-more persona, her willowy, white-jeans and baggy T-shirted Antigone, has a power, beauty, and resourcefulness that, at risk of sounding mystical, gives us a glimpse of what is sorely wanting now – hope for the future.
(Nederlandse vertaling)
Barbara T'Jonck spoort ons in haar versie van Sofokles' 'Antigone' zachtmoedig aan om de rol van het koor in het stuk op ons te nemen in een voorstelling die soms heel dicht komt bij de plechtige sfeer van een Zondagsmis. Terwijl ze zo een verbond creëert tussen haarzelf en ons, als kijkers-spelers, manoeuvreert ze ons ook in de positie van een jury, die zich uitspreekt over de gegrondheid van wetten .
Na een bedevaart omhoog
langs vele trapvluchten bereik je de imposante 'top' van het KVS
theater. Niets dan witte muren, zonlicht dat door de daklichten naar binnen
stroomt en een zachte, zangerige stem die ons toezingt ter verwelkoming: de
sfeer van mijn eerste live theaterervaring in een zaal na de Covid periode
heeft alvast iets goddelijks. Meteen krijgen we een dun, geniet boekje in de
hand, met daarbij het gefluisterde verzoek om een kruk te nemen en een plaats
te kiezen in de zaal, die omkranst is door flikkerende kaarsen. Het versterkt
allemaal het gevoel dat we net zo goed een kerkgemeente zijn als een publiek.
Dan komt Barbara T'Jonck op: aan haar verschijning is er
niets vroom of prekerigs. Hoewel ze een engelachtig gezicht heeft en van top
tot teen in het wit gekleed is, verschijnt ze eerder als een spelleidster op
gymschoenen dan als een hogepriesteres.
We zullen haar versie van Antigone bijwonen, legt ze uit,
die stopt bij de scène waarin Antigone zichzelf verhangt. Zie zal alle rollen
zelf spelen en daarom heeft zij, mocht ze haperen, twee vrijwillige souffleurs
nodig. We kunnen de tekst in onze kleine witte boekjes trouwens volgen. Na deze
levendige en innemende aankondiging, compleet met spoilers en zelfs een
gemaakt-valse start, begint T'Jonck er echt aan. Met de rug tegen de gewitte
muur, wacht Antigone en laat zo een stilte neerdalen die ons de adem doet
inhouden, zoals je het zou doen wanneer je verwacht dat er prachtige muziek zal
beginnen.
Inderdaad, deze versie is een wonderbaarlijke, speelse, maar
volledig beheerste one-woman-show. T'Jonck zigzagt heen en weer, om ons
heen en tussen ons door, en richt haar tekst daarbij soms direct tot iemand uit
deze gemeenschap die ze er uitpikt om een vraag af te vuren met een woeste
blik. Ze verspringt van Antigone naar Ismene naar Kreoon en verliest daarbij
nooit de draad, noch onze aandacht. Als het tijd is voor het koor om
tussenbeide te komen, geeft ze met zachte drang aan dat dit onze rol is. De
lezers die ze uitkiest, gehoorzamen zonder aarzelen en verdiepen zich in hun
witte misboekjes. Gebogen hoofden, eentonige aansporingen en waarschuwingen: we
zitten opnieuw in de zondagsmis.
T'Jonck's ongekunstelde charisma is betoverend. Ze treft
heel precies de wisselingen van toonaard. Er is die van de joviale spelmonitor
die ons opdraagt van stoel te veranderen terwijl hij wijn aanbiedt en er zijn de karakterwissels:
Antigone die gerechtigheid eist voor haar dode broer en zijn recht op een
begrafenis, of Kreoon, die Antigone woedend en razend ter dood veroordeelt
omdat ze zijn wet tart in naam van de Goddelijke Wet. Behendig slaagt ze er zo
in een band te creëren tussen haar en ons, de kijkers-spelers, hoewel ze toch
de koppige roerganger blijft.
Als pas afgestudeerde theater- en filosofiestudente is deze
getalenteerde artieste allerminst een argeloos wicht. De keuze voor de
klassieke tekst is niet ongebruikelijk, maar schuurt hier aan tegen de slepende
ethische en morele dilemma's die in onze post-Covid samenleving, met zijn
toenemende controledwang, smeken om nader onderzoek. Hoe zachtzinnig ze ons ook
tot deelname aanspoort, ze dwingt ons om een als een jury te oordelen.
Dat moet ook wel: een stuk waaraan in Covid-tijden is
gewerkt, is een solo. Toch heeft T'Joncks sobere, less is more
vertolking haar slanke Antigone in witte joggingbroek en T-shirt met wijde
pijpen, een kracht, een schoonheid en een vindingrijkheid die, op het gevaar af
mystiek te klinken, ons een glimp laten zien van wat we op dit moment zo node
missen - hoop voor de toekomst.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz