Performance

Dark Kris Verdonck / A two dogs company

Na de mens de machine?

In ‘Dark’ voert Kris Verdonck het publiek met drie installaties binnen in een wereld vol raadselachtige machines die de rol van de denkende en voelende mens trachten over te nemen. Hij snijdt zo belangwekkende onderwerpen aan. Wat is de mens? Wat is de dood? Is er een algoritme dat leven brengt na de dood? Maar ook: is er nog plaats voor de mens in een razendsnel veranderende wereld. Toch blijkt dat algoritmes veel kunnen maar dat denken, voelen en creëren een mensenzaak blijven. Kris Verdonck toont op indrukwekkende wijze wat de verbeelding kan.         

Dark
Johan Thielemans Studio Thor, Sin-Joost-ten-Node
17 april 2025

Als ‘Dark’ begint staan we voor de deur te wachten tot een gids ons ophaalt en uitnodigt om hem te volgen. Mogelijk horen we acteur Jeroen Van der Ven, maar zeker is dat niet, want Van der Ven draagt een zwart mondmasker zodat we zijn mond niet zien. Bovendien klinkt die stem wat mechanisch, en draagt hij een bandopnemer. Achteraf kom ik inderdaad van de acteur zelf  te weten dat hij geen woord live zegt. Hij volgt de instructies van de machine. Hij is dus geen echte gids, maar een gids die zelf gegidst wordt door die machine. Zo begint een voorstelling waarbij mens en machine een wat griezelige verhouding hebben.

Onze ‘gegidste gids’ brengt ons naar een donkere ruimte met een kleine tribune. In het midden van de ruimte hangen acht schermen of zwarte platen. We ontwaren ook een gestalte (Mustaf Ahmeti) in een vreemd pak ontworpen door 113 Maison. Zijn hoofd is ingepakt als een personage uit een sciencefiction film. Het schommelt heen en weer, en doet telkens de zwarte platen mee bewegen. Sensoren op de schedel van de figuur doen vermoeden dat hij zowel mens als machine is. Als mens heeft hij een wil, als machine controleert hij de omgeving. De platen gaan steeds maar sneller ronddraaien, elk op hun eigen as, in een dolle farandole.

Na een vijftien minuten komt de gegidste gids weer tussenbeide. We moeten hem volgen naar een volgende zwarte ruimte. Die is leeg, op stapels netjes opgevouwen soldatendekens op de grond na. Wat een contrast met de gesofisticeerde machinewereld in de eerste ruimte. Tot vier dekens in het duister tot leven komen en naar boven kronkelen, alsof het hier spookte.

Dan klinkt er een stem. Het is onmiskenbaar de stem van Johan Leysen. Hij brengt de laatste tekst uit Becketts ‘Texts for Nothing’. Maar hoe kan dat? Leysen overleed immers twee jaar geleden. Eén van zijn laatste optredens was een voorstelling met fragmenten uit dat werk van Beckett, maar het fragment dat we nu horen was daar niet bij. Het antwoord: Kris Verdonck bracht Leysens stem, dankzij artificiële intelligentie, ‘tot leven’.

Het is het meest ontstellende moment van ‘Dark’. Ik weet dat Johan Leysen overleden is. Hij is dus afwezig. Maar dankzij de nieuwe technieken is hij toch aanwezig. Technologie kan, dankzij het klankmateriaal dat Kris Verdonck aanlevert, een dode laten spreken. Ik herken niet alleen de stem van Leysen, maar ook zijn manier van spreken. Johan Leysen, de woordkunstenaar, is hier zodanig aanwezig, dat het mij niet zou verwonderen als hij plots uit de duisternis naar voor zou treden. Zeker met deze tekst van Beckett, die het heeft over de dood en over sterven. Is er wel een verschil tussen verleden en toekomst? Het is alsof Beckett in een soort nabestaan gelooft – los van enige religieuze context.

Zijn we omringd door manipulaties van algoritmes, die alleen maar kunnen herhalen, die niet creatief zijn, maar imiteren?     

Leysens stem horen is niet alleen ontstellend. Het is ook één van de nieuwe ervaringen die de techniek teweeg brengt. Zijn we omringd door manipulaties van algoritmes, die alleen maar kunnen herhalen, die niet creatief zijn, maar imiteren? Ze lijken almachtig, maar ze zijn alleen formules die zelf niet denken. Zo kon Kris Verdonck zijn geliefde acteur opnieuw laten spreken door een medium, dat ironisch genoeg, niet weet wat het zegt. Betekenis bestaat niet voor de zielloze machine maar ze creëert die wel voor de luisteraar. Als luisteraar en als toeschouwer reageer ik op de woorden – op dezelfde manier als wanneer er een levende acteur in deze ruimte zou staan.

Of niet? Dat is een kapitale vraag. De mens lijkt uitgeschakeld, de machine heerst. Het laatste stukje mens schuilt in de kracht van het denken en de mogelijkheid om te begrijpen. (In wezen is de machine dom).

Als we naar de derde ruimte gaan, zien we drie sousafoons hangen. Het zijn indrukwekkende objecten uit de fanfare, met hun blinkende ventielen en grote, ronde bekers. Plots komt er geluid uit de instrumenten. Dat kan alleen als er lucht door de koperen kronkels geblazen wordt. Maar hier is er alleen lucht zonder mens. Ze produceren wel klank, maar of het muziek is, is een andere vraag.

De opeenvolging van de contrasterende taferelen heeft een logische filosofische lijn. Er blijft een batterij aan wezenlijke vragen over: wat betekent de mens in een tijd van een toenemende macht van de machine. De reflectie over AI opent nieuwe mogelijkheden. Maar de mens komt in de verdrukking. In drie stappen zien we hem verdwijnen – bij de zoete klank van de sousafoon is het instrument autonoom geworden. In de passage met Johan Leysen worden we in de war gebracht, want we maken een soort leven na de dood mee. Een afwezigheid wordt even een aanwezigheid. Bij de sousafoons is de menselijke afwezigheid totaal. De instrumenten hebben geen bespeler nodig, alleen lucht.

De gegidste gids laat ons weggaan met de verontrustende gedachte: we zijn hier, we genieten aan de bar, zegt hij, maar voor hoe lang nog. Zo eindigt deze wandeling van mens naar machine met de gedachte aan onze kwetsbaarheid. Onze aanwezigheid is tijdelijk.

Deze filosofische vragen krijgen in ‘Dark’ een perfecte esthetische vorm. Elke ruimte is mooi en intrigerend. De machine verdrijft dan wel de mens, maar, o paradox, ze is ook een bron van magie en schoonheid. Kris Verdoncks ‘Dark’ is een diepzinnige voorstelling, die zich nestelt in  een hedendaagse wereld vol verontrustende vragen.        

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login