Performance

EXHAUST/Ajax Kris Verdonck / A two dogs company

Spektakel als zuiveringsritueel

 Vanaf de 18e eeuw leidden steeds meer machines tot de aftakeling van zowel het milieu, als van eeuwenoude samenlevingsverbanden. De verbrandingsmotor versnelde dat proces in de 20e eeuw zienderogen. De schade is sindsdien niet meer te overzien. Met het einde van de wereld zoals we die kennen in zicht ensceneert Kris Verdonck daarom in ‘EXHAUST/Ajax’ de publieke executie van de verbrandingsmotor. Benjamin Verdonck leidt als scherprechter de processie die dit monster door de straten van Brussel naar het schavot op het Muntplein voert. Het is een bedrieglijk machtsvertoon: het verheelt de menselijke onmacht tegenover én verantwoordelijkheid voor de catastrofe. Spektakel is niet de remedie, maar de kwaal.         

EXHAUST/Ajax
Pieter T’Jonck Publieke ruimte Molenbeek-Brussel, in het kader van Molenfest 2024
25 september 2024

Onder een mooie herfstzon verzamelen een kleine honderd mensen rond 11u rond een reusachtige dieselmotor. Plaats van samenkomst: het Sint-Jan-Baptist Voorplein in Molenbeek De motot, de steen des aanstoots, staat al te kijk op een afgeknotte piramide van spaanplaten, gemonteerd op een stootkar. Twee kleinere stootkarren dragen luidsprekers. Wie wil mag een zwarte toga, als van een advocaat, aantrekken of zwaaien met een zwarte vlag met een beeld van de motor. Benjamin Verdonck verkleedt zich ondertussen tot een scherprechter uit het ancien régime, compleet met pruik en rode toga en beklimt een schavot om de toegestroomde meute toe te spreken.

Zijn woorden liegen er niet om. In twee talen schreeuwt hij het uit: ‘Welkom bij EXHAUST. Welkom bij de rechtspraak van de eeuw. Welkom bij de executie van deze machine. Vandaag zeggen wij halt aan de misdaden van deze crimineel. Vandaag offeren wij dit gedrocht. Geweld zuivert geweld. Geweld doodt geweld.’ Hij maant ons aan om mee te scanderen en te roffelen op plankjes als hij ‘Ploum Ploum Boem’ schreeuwt.

Meteen weet ik niet meer of ik nog wel wil meelopen in deze stoet die de allure van een middeleeuws heksenproces heeft. ‘Geweld zuivert geweld’: het is alsof deze rechter lak heeft aan tweehonderd vijftig jaar Verlichting in de rechtspraak. Zijn logica is die van ‘oog om oog, tand om tand’, de logica van wraak en vergelding. In deze gemeente klinkt het wrang: hier woonden de IS-leden die zich op zo’n logica beriepen om dood en vernieling te zaaien in Brussel en Parijs.

Wat mij, en wellicht de hele troep die zich op het plein verzamelde, toch over de streep trekt, is dat de verbrandingsmotor onmiskenbaar een eeuw lang de leefruimte van mensen steeds minder leefbaar maakte – en dat zal blijven doen als het aan ene Bouchez lag. Bovendien: het blijft een stomme machine, geen mens, toch? Het blijft een symbolische processie.

Alhoewel… De processie schrijdt voort langs het gemeenteplein van Molenbeek, rukt op naar het kanaal en trekt dan aan de Ninoofse Poort de Brusselse vijfhoek binnen. Daar slingert ze zich door de de benedenstad. Geregeld houdt ze halt voor een nieuwe litanie van wraak van de scherprechter. Hij roept daarbij de omstaanders op om mee op te trekken. Als om de kwaadaardigheid van de motor te demonstreren laat hij die af en toe ook draaien. De stank van de uitlaatgassen is niet te harden.

Steeds meer mensen vervoegen desondanks de stoet, die al snel een paar honderd mensen telt, al is dat aantal steeds moeilijker te bepalen in het drukke toeristische stadshart. Lange tijd lijkt niemand aanstoot te nemen aan de kreet ‘geweld zuivert geweld’. Tot in de Stoofstraat, aan Manneken Pis. Daar trekt een folkloristische groep Manneken Pis net een nieuw pakje aan. Enkele praalwagens rukken ‘onze’ stoet uit elkaar. Hier klinkt plots wel boegeroep bij ‘Geweld zuivert geweld’.

Hier wordt iets vertoond. Het is niet echt. De rechter is een acteur.

Ontstaat daar een moment van twijfel bij de scherprechter? Enkele straten verder, aan Plattesteen, schreeuwt hij nogmaals ‘Geweld zuivert geweld’, maar als Benjamin Verdonck mompelt hij daarna duidelijk hoorbaar in zijn microfoon: ‘Ik weet niet of ik daar zelf wel in geloof’. Nog voor we aankomen op het Muntplein, de executieplek, weet je zo dat dit een charade is, een spel. Hier wordt iets vertoond. Het is niet echt. De rechter is een acteur.

Toch blijft het een eigenaardige situatie. Onze optocht lijkt in veel opzichten op een processie met een zondebok. Dat is op zich al dubbelzinnig, want wie mee stapt in een processie is altijd zowel toeschouwer van een vertoning als getuige van het miraculeuze effect ervan. Als toeschouwer hoef je niet te geloven in de handeling, je moet enkel je ongeloof opschorten. Een processie daarentegen kan niet zonder gelovige getuigen: hun aanwezigheid verwerkelijkt het wonder, in casu het uitbannen van de verbrandingsmotor. De optocht verandert dit publiek echter ook, ongewild, in (een beeld van) een bloeddorstige meute, belust op het spektakel van een executie. Op dat ene, onbewaakte moment na doet Benjamin Verdonck er trouwens alles aan om ons zo op te jutten dat we zowel getuigen als bloeddorstige nieuwsgierigen worden. Wil deze optocht ons dan verleiden (of in de val laten trappen) om aan onze primitiefste gevoelens, bloeddorst of wraakzucht, op een ‘onschadelijke’ manier lucht te geven? Zou het kunnen dat de optocht maar een aanleiding is om daarover een licht te laten schijnen?

Die vraag wordt onontkoombaar bij het ‘moment suprême’ op het met nadars afgezette Muntplein. Nu gaat het beest, het monster, de reuzenmotor eraan. Vooraf houdt Benjamin Verdonck als rechter en beul zijn requisitoir. Hij roept vooreerst de goden en vooral de processiegangers op om hem te aanhoren en in te stemmen met het verdict. Hij somt alle redenen op. Zoals te verwachten was bij zo’n publiek spektakel luistert echter niemand heel aandachtig. De rechter is echter ook moeilijk, soms helemaal niet te verstaan. Zijn oproepen tot instemming krijgen dan ook quasi geen respons.

Dat is jammer want de redenering van deze rechter-beul is erg intrigerend door zijn dubbelzinnige, zelfs kromme redeneertrant . Zijn beschuldiging begint immers als een verkapte lofrede op de motor en de auto. Kris Verdonck, de auteur, inspireerde zich dan ook op het ‘Futuristisch manifest’ (1909) van Filippo Marinetti. Dat zong de lof van de auto, ongelimiteerde snelheid, van oorlog en geweld – van doodsdrift kortom - om de wereld te zuiveren van de krachteloze cultuur van de 19e eeuw. WO I gaf hem lik op stuk. Hier klinkt het zo: ‘De motor beloofde ons eindeloze vooruitgang en eindeloze luxe, beloofde en produceerde eindeloze hoop. Wij waren zo naïef om dat te geloven? Maar is naïviteit fout? Is geloof fout? Is eindeloze groei fout?’ Niet toch, lijkt de rechter te suggereren.

Het probleem, zo zet hij vervolgens vanop een hoog spreekgestoelte uiteen, is dat de collateral damage veel te groot was. Hij voert bewijzen aan: een ellenlange opsomming van alles wat fout loopt met ons klimaat, onze bodem, het ecosysteem. Dat begint met bekende kwalen van motoren als fijn stof, microvezels en schadelijke gassen, maar eindigt in de wildste beschuldigingen, alsof de motor de oorzaak was van alles wat mis gaat. ‘Mensen sterven, de biodiversiteit, ecosystemen verdwijnen. Massaal sterven bodemorganismen. Metalen. Meststoffen. Pesticiden. Stikstofoverschotten. Rioolslib, mest, compost, bioafval, zware metalen, chemische stoffen, microplastics. Contaminanten, minuscule organismen, schimmels, regenwormen, cruciaal voor het leven sterven.’ Zo gaat het maar door.

Dat is geen ernstig betoog, omdat het geldige en ongeldige argumenten door elkaar gooit. Uiteraard schaden motoren het milieu, maar dat doen ook onze manier van huizen verwarmen, van landbouw bedrijven, van vissen, van kleding produceren, van consumeren. De rechter maakt eigenlijk het proces van onze levensstijl, van de ‘eindeloze luxe’ waarin we naïef geloofden, ‘schuldeloos en argeloos’, maar die we toch niet willen of kunnen opgeven. Dus moet er iets of iemand boeten voor de teloorgang van onze dromen, voor onze teleurstelling. De verbrandingsmotor is dan inderdaad de ideale zondenbok. Barbertje moet hangen. Dat het mensen zijn die die motoren bouwen en gebruiken blijft buiten beschouwing. Zolang het puriteinse vuur van de zuivering maar brandt. Dit IS een heksenproces. Al let niemand daar dan op: het is uitkijken naar de executie.

Wat wordt hier ‘gezuiverd’? Niet veel meer dan onze woede. Onze wraaklust over teleurgestelde verwachtingen.

Alweer slaat de motor nu aan. Deze keer wordt ze zover over haar toeren gedreven dat krukassen en zuigers gloeien, olie verbrandt en dus dikke wolken zwarte rook opstijgen uit de cilinders. Zware knallen volgen waarna het motorblok een vlammenzee uitbraakt. Dat laat een dicht dek van zwarte rook na: een schrikwekkend, imponerend zicht. Maar ik voel geen deernis voor de machine, enkel een huivering bij al dat zinloze geweld. Wat vernietigt het immers? Ten koste van hoeveel extra doden door nog meer luchtvervuiling? Wat wordt hier ‘gezuiverd’? Niet veel meer dan onze woede. Onze wraaklust over teleurgestelde verwachtingen. Dat lucht even op, misschien, maar niet heel lang.

In werkelijkheid – vernam ik achteraf – was het hele gebeuren fake. De stank van de motor, de uitlaatgassen, de vlammen, de zwarte rook, het is allemaal een onschadelijke simulatie van wat er gebeurt als een motor te lang over zijn toeren gejaagd wordt. De motor is na deze executie net zo (on-)schadelijk al tevoren. Het ritueel kan van voren af aan herbeginnen.

‘EXHAUST’ is zo een hoogst ambigu werk. Het geeft de deelnemers/kijkers het gevoel dat ze ‘aan de goede kant’ staan, dat ze mee recht laten geschieden, dat ze wraak nemen. Maar als je weet dat de executie fake was, heeft dat een ontnuchterend effect. Het besef daalt in dat hier letterlijk niets, minder dan niets gebeurd is. Terwijl de planeet in razende vaart op de grenzen van leefbaarheid voor de mens afstormt, denken we het gevaar te bezweren met een processie, een schijnproces en een fictieve, zij het schokkend realistisch gebrachte executie. Om daarna rustig naar huis te gaan, terwijl de dag erop de vrachtwagens weer door Brussel en het land zullen razen als tevoren. Het toont dat we nog steeds, tegen beter weten in, magisch denken. Wat de rechter predikte was dat het als vanzelf weer beter zal gaan als we maar lang genoeg wegkijken en de juiste heksen verbranden. We vechten tegen de paniek als tegen de bierkaai. Dat is de gitzwarte conclusie van ‘EXHAUST’.

Dat was tenminste wat ik na afloop dacht. Of Kris Verdonck het ook zo bedoelde leek me echter niet meer zo zeker nadat ik zijn website bezocht. De tekst bij ‘Exhaust/Ajax’ stelt namelijk dat de motor wel onherroepelijk vernield wordt: ‘a non-reversible performance is created here in every instance’. Dat levert een heel andere lezing van het stuk op: het is dan wél een symbolisch (en naïef, want zinloos) zoenoffer, geweld als zuivering. Met Benjamin Verdonck: ik geloof daar niet in.Wat dat dan weer tegenspreekt is de uitleg op de website bij de enigmatische ondertitel ‘Ajax’. Die Griekse held uit de Trojaanse oorlog wilde met blind geweld het onrecht dat hem aangedaan was vergelden, maar in zijn verblinding doodde hij slechts een kudde schapen. Uit schaamte pleegde hij zelfmoord. 

Dat verhaal van vergelding als zinloos geweld tegen het verkeerde ‘slachtoffer’, dat is ook hoe ik dit stuk lees. Maar waarom zou je het publiek dan achteraf verzwijgen dat het ‘maar’ toneel was. Alsof dat niet erg genoeg is. Waarom krijg je dan het requisitoir van de rechter in nauwelijks te begrijpen flarden te horen, zodat je niet merkt dat hij de illusie verkoopt dat een paar krachtige daden het tij nog kunnen keren. Dat alles, bijvoorbeeld, door totale elektrificatie beter zal gaan (een illusie: auto’s en vrachtwagens blijven ruimte slorpen en beton en asfalt eisen, en de productie van die wagens eist ergens ver weg, op andere continenten, nog steeds talloze doden). Die vragen bleven me tergen. Een antwoord heb ik niet. Maar een straf spektakel, dat was het zeker. Helaas: de weg naar de hel is met spektakel geplaveid.         

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login