Opera

De bekeerlinge Wim Henderickx / Hans Op De Beeck / Opera Ballet Vlaanderen

Krachtige opera, zwakke regie

De bewerking van Stefan Hertmans’ roman ‘De Bekeerlinge’ bij Opera Ballet Vlaanderen is een ambitieus operaproject. De Poolse regisseur Krystian Lada verzorgde het libretto, beeldend kunstenaar Hans Op de Beeck nam regie, scenografie en kostuums voor zijn rekening, maar het is toch vooral de indrukwekkende partituur van Wim Henderickx die bijblijft, net als de uitstekende vertolking van de hoofdrol door Lore Binon. De theatrale uitwerking steekt daar bleek bij af.


De bekeerlinge
Johan Thielemans Opera Antwerpen meer info download PDF
14 mei 2022

De roman van Stefan Hertmans ontleent zijn complexiteit aan de vermenging van twee momenten in de tijd. Er is ten eerste het verhaal van het katholieke meisje Vigdis die zich rond het jaar 1000 uit liefde voor een Joodse jongen, David, bekeert tot het Jodendom en de naam Hamoutal aanneemt. Zij is de bekeerlinge uit de titel. Daarnaast vertelt Hertmans hoe hij in het heden de reis van Vigdis overdoet – van Rouen over het Zuiden van Frankrijk tot in Egypte. Het ligt voor de hand dat dit parallelle verhaal zich minder leent tot stof voor een opera.

De opera ‘De Bekeerlinge’ wordt dus het verhaal van een vrouw die de wetten van de maatschappij overtreedt omdat ze verliefd is. Haar onafhankelijke opstelling brengt niets anders mee dan ellende. Haar joodse man wordt door kruisvaarders vermoord, ze verliest haar kinderen en ze gaat naar hen op zoek tijdens een tocht door Noord-Afrika en Europa. Die tocht is vol gevaren en blijkt uiteindelijk vruchteloos. Een alternatieve titel voor de roman had ‘Zij die vlucht’ kunnen zijn.

Krystian Lada heeft dit verhaal bewerkt tot korte economische scenes, als een lange ballade. In het eerste deel krijgt Lada de gebeurtenissen effectief verteld, maar in het vervolg wordt de verhaallijn wat te schematisch. We zien vooral de botsing tussen verschillende religies. Dat brengt Henderickx én Lada tot de vraag: ’Bidden, maar tot wie’. De sociale kritiek van Hertmans op het gewelddadige gedrag van de kruisvaarders komt nauwelijks aan bod. Zo dreigt het verhaal naar simplistische contrasten te evolueren.

Componist Wim Henderickx werd sterk aangesproken door de religieuze dimensie van het verhaal. De ontmoeting / botsing tussen Christendom, jodendom en islam gah hem de kan om verschillende muzikale culturen met elkaar te confronteren. Hij verrijkt het kleurenpalet van het symfonisch orkest daarom ook met de klanken van de qanûn, de duduk en de ud. Voor dit verhaal vol dramatische momenten – een pogrom, een slavenmarkt, een brandstapel- koos hij voor een muzikale taal vol opwinding.

Hij ging voluit voor een symfonische aanpak, vol tegenstellingen. Er zijn schetterende trompetten en soms verpletterend slagwerk, naast lange melodische frases, vaak toevertrouwd aan de cello’s. Waar heeft deze partituur een diepe verwantschap mee? Zeker niet met een laat-modernisme dat verder bouwt op Schönberg. De warmbloedige klank en de dramatische spanningen, gestoeld op een rijke orkestratie, soms met filmische dramatiek, doen veeleer denken aan de muzikale wereld van Engelse generatiegenoten zoals James McDonald. Het is een hedendaagse stijl die niet op zure dissonanten uit is. De manier waarop Henderickx het orkest laat schitteren is zonder meer het sterkste element van deze nieuwe opera.

Daarbij komt dat Hendrickx ook goed voor stemmen schrijft. De hoofdrol van de bekeerlinge is een mooie, maar moeilijke opdracht, al was het maar omdat  het personage bijna de volle drie uur op het toneel blijft. De jonge sopraan Lore Binon vertolkt ze echter met verve. Toch bleef ik daar soms wat op mijn honger zitten, omdat Henderickx zo sterk op het verhaal inzet dat hij vaak uitkomt bij korte melodische lijnen, die even vaak op een open, hoge noot eindigen. Ik hoopte op grote lyrische momenten, maar die zijn zeldzaam.

Al even meeslepend zijn de verschillende koorpartijen – waarbij Henderickx het professionele operakoor vermengt met het kinderkoor en het stadskoor (met een verwijzing naar sociaal-cultureel werk). Deze bezetting komt vooral in het afsluitende kaddisj tot zijn recht, en verleent de opera een innig, muzikaal einde.

Er is maar één woord voor deze nieuwe partituur: ze toont een componist die een sterke greep heeft op het muzikaal materiaal. Hij demonstreert ook een gezonde dosis lef: wie durft het nog aan om een avondvullende opera te schrijven, met alle ingrediënten van het traditionele genre. Het resultaat is bij Henderickx een boeiende muzikale avond.

De rolbezetting dient Henderickx echter niet altijd even goed als sopraan Lore Binon. Er zijn enkele zeer degelijke zangers aan het werk. Sopraan Amel Brahin-Djelloul heeft een stralende stem. Luvuyo Mbundu is een imponerende Rabbi Obadiah, met een sonore, diepe stem. Anderzijds is Daniel Arnaldos in een paar belangrijke rollen zowel theatraal als vocaal ondermaats. Hij zorgt telkens voor een zwak moment.

Naast de opmerkelijke partituur is er echter ook de enscenering en regie van plastisch kunstenaar Hans Op de Beeck. Hij bedacht een toneelbeeld waarin zo’n vijftien beschilderde doeken de verschillende locaties aangeven. Hij gebruikt de koorleden als toneeltechnici die de verschillende rekwisieten – een doopvont, een partij rotsen, en stoelen aan- en afvoeren. Een techniek uit het Japanse Bunraku theater was daarvoor klaarblijkelijk de inspiratiebron.

Op De Beeck benadrukt ook graag dat we hier theater zien, bijvoorbeeld door kaptafels duidelijk in beeld te brengen. De cocktail die hij zo bekomt overtuigt echter nauwelijks. Het verbazende is dat je bij het opgaan van het doek onmiddellijk de indruk hebt dat je naar erg ouderwets theater kijkt. Die indruk wijkt nooit in de loop van de avond.

Ook de personenregie kan niet overtuigen. Het is een opeenstapeling van vondsten – een pruik speelt een rol, een pop als dubbelgangster is prominent aanwezig- vondsten die, als puntje bij paaltje komt, niet werken (en over de dubieuze kwaliteit van de kostuums heb ik het dan nog niet gehad.) Door de korte scenes wordt er veel op en af gegaan. Het levert talloze momenten zonder spanning op. Je kan zeggen dat je naar een demonstratie zit te kijken van hoe het niet moet.

Zo verlaat je de zaal met gemengde gevoelens: de stof is zo gereduceerd dat het bijna als een naïef verhaal wordt. De vormgeving voldoet niet en laat ons geen interessante regisseur ontdekken. Alleen de muzikale rijkdom, met zijn vertellende kracht is het werkelijk positieve onderdeel van de avond. Hopelijk wordt de partituur van De Bekeerlinge elders opgepikt, want het werk van Henderickx verdient een overtuigende visuele tegenhanger.

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login