Muziektheater

TWO. is not a solo Lisa Verbelen, Hendrik Lasure / Het Zuidelijk Toneel & BOG

Twee is niet per se beter: een concertvoorstelling

Er is al veel geschreven over deze concertvoorstelling sinds ze in september 2022 in première ging. Heel positief, en minder ook - terecht. De beloftes in het programma: een begaafde jonge jazzmuzikant en een getalenteerde tekstschrijver/actrice samen op het podium. Maar iets blijft steken in goeie ideeën. Terwijl de muziek noodgedwongen het onderspit delft tegenover de filosofisch geconstrueerde gedachten, belet de tekst, in het Engels, een echte trip in het fluïde universum dat de makers wilden creëren. Als muziekperformance wat te schriel, als tekstvoorstelling moeilijk te volgen. Gelukkig kreeg je de tekst na afloop mee naar huis.

TWO. is not a solo
Elie Agniel TWO. is not a solo
Mia Vaerman De Beursschouwburg, Brussel op 14 september (Mia Vaerman)
STUK, Leuven op 22 september (Elie Agniel)
meer info download PDF
26 september 2023

Een klein vierkant verhoog van een goeie twee meter op twee, zo’n vijftig centimeter hoog bovenop de speelvloer. Podium op podium. Daarop dan nog eens een hoge tafel waarop twee synthesizers, een mengtafel, laptop, en drie microfoons. Vol. Naast de tafel, ook nog op het platform, een staander met microfoon. Heel veel kabels overal doorheen. Alles klaar voor een stevige jamsessie, zo lijkt het. Achteraan in het halfdonker een buffetpiano, een elektrische en een akoestische gitaar, die later even zullen bespeeld worden. 

De voorstelling zet in met een rookmachine. Lisa Verbeelen en Hendrik Lasure komen op in glitter en glamour kostuum, met donzige blauwgrijze mutsen over de ogen. Schuilen voor het grote, beangstigende begin - een van de thema’s van de voorstelling. Regisseur Suze Milius koos voor een muzieksetting, de vibes moeten de tekst in het gareel houden. Die muziek is knap, maar erg gedeisd. Bij momenten zet Lasure synths in die doen denken aan jaren ’90 pop, maar dan experimenteler. Op andere momenten neigen ze meer naar de muziek van filmcomponist Angelo Badalamenti, of lijkt de muzikant net hetzelfde melodisch spel te zoeken als de muziek van Chet Faker, al helemaal als Lasure meezingt. Verbelen vervormt daartussen haar stem zodat ze hol, vol echo of net heel scherp klinkt. Het wordt magisch als Lasure zijn hoge stem aanzet met Lisa die haar lage stem warm laat zoemen. Muzikaal speelt zij vooral mee door woorden te herhalen of zinnen te vormen die grammaticaal helemaal niets betekenen, maar wel een ritme neerzetten. 

Flarden van gedachten blijven hangen, zoals in alle rechttoe rechtaan popconcerten, maar het geheel ontglipt aan een gedegen begrip. 

De tekst is lang en veel, en moeilijk te volgen. Nee: onmogelijk te volgen. Daardoor mis je goed begrip, maar ook de verrassende wendingen die Lisa Verbelen welgemikt in haar Nederlandse theaterteksten dropt. Neem nu die nieuwste BOG-voorstelling, 'BOG.2': haar interventies grijpen je naar de keel, met haar vlijmscherpe details en de doffe ongerijmdheden van het doordeweekse bestaan. De vervlechting van tekst en muziek werkt hier niet, niet echt. Naomi Velissariou lukte dat wel (Zeker in 'The Permanent Destruction, The SK concert' uit 2018, waar ze de doorwrochte teksten van Sarah Kane tot een theatraal concert omvormt). Wat als Verbelen in het Nederlands had gezongen en gerapt? Misschien kwam het gezochte ongemakkelijke denken en zoeken dan wél tot over het voetlicht? 

Als je achteraf de tekst naleest, besef je dat de thema’s zeker interessant zijn. Jezelf vinden als genderfluïde persoon, daar gaat het vooral om. Met al wat erbij komt kijken: eenzaamheid, verliefdheid, de vraag naar de zin van liefde, het opgeven van je innerlijk kompas - zoals dat hoort bij liefde, zoals het niet anders kan bij genderfluïditeit, … Onzekerheid als levensmotto, en in plaats van begin en einde, en alle andere extremen, veeleer voor het midden kiezen. Liever ergens tussenin dobberen. Zo zingt ze bijvoorbeeld ‘Maybe it’s more easy to show others the way and if none of us knows, we’ll follow our heroes or we can follow a random dog.’ 

Existentiëler wordt het niet. Boeiend uitgangspunt, al zeker om dat zoekende te mixen met jazzy en speels wroetende muziek. Dat moet toch klikken? Alleen begrijp je de tekst in de concertvoorstelling niet genoeg om er bij stil te staan tijdens de performance zelf. Flarden van gedachten blijven hangen, zoals in alle rechttoe rechtaan popconcerten (hoe vaak luisteren we echt naar waar het smachten precies over gaat?), maar het geheel ontglipt aan een gedegen begrip. Ik betrap me er ook op dat ik in de muziek en de swing constant op zoek ga naar een coherentere, vibrerende concertklank. Precies dat is wat de voorstelling moeilijk te genieten maakt: dat ongemakkelijke schipperen tussen tekst en muziek. Sommige stukken tekst zijn heel sterk, net als de muziek. Maar de flow blijft uit… 

Wat zeker niet helpt is het indrukwekkend hoog aantal kostuumwissels. Zij begint met die dikke, donzige muts, en een lange cape, met plooitjes als een kanten gordijntje. Daaronder draagt ze een groene glitterbroek en een groen hemd. Die verhult een glittertopje. Ze doet nog een ander doorschijnend hemd aan, en dan een kostuumvest. Hij heeft aan het begin dezelfde dikke muts op, en een cape die meer lijkt op een oud gehaakt tafellaken. Zijn broek glittert ook, maar in zilver. Hij wisselt doorheen het stuk zijn hemd voor een kostuumvest, die kostuumvest voor een simpele T-shirt, en uiteindelijk voor een dikker hemd. Misschien omdat de tekst niet altijd even makkelijk te begrijpen is, voelt de hele kleerkast te betekenisloos om theater te zijn. 

Ook het net iets té ingenieuze lichtplan heeft hetzelfde probleem. Achter de twee spelers hangt een podiumhoog doek, dat langs achteren belicht wordt door een felle theaterlamp. Vlak voor deze lamp staat een systeem dat traag maar gestaag transparante en gekleurde folies doet voorbijrollen, waardoor de kleur van het licht en de sfeer veranderen. Halverwege het stuk valt dat tussendoek weg, en schijnen lamp en folieconstructie recht de zaal in. Hier geen clublicht dus, wel een theatrale verlichting. Bovendien komt het kleine verhoog meer over als een poppenkast waar je vanop afstand naar kijkt. Het is pas als de actrice van dat plateau stapt, voor het publiek komt staan en (in het Nederlands, oef!) begint te spreken dat ze de ruimte helemaal inneemt. Fysiek en emotioneel. 

Het is beslist een boeiend idee: gevoelens onderzoeken met muziek op een podium, en concerten geven met een theatraal verhaal. Maar noch tekst noch muziek zijn rauw of glamoureus genoeg om te spetteren in een taal die niet van de makers is, noch die van het gros van de toehoorders. Gemiste kans of ‘en dan nu in het Nederlands?’  

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login