Dans

Change of plans Femke Gyselinck / Platform K

Die olijke blik van de danser

Choreografe Femke Gyselinck maakte op uitnodiging van inclusief dansgezelschap Platform-K ‘Change of plans’, een voorstelling die bewegingen en intenties telkens weer onverwachte richtingen uit stuurt. Pianist Hendrik Lasure en saxofoniste Adia Vanheerentals ondersteunen dat met een bijzondere muziekscore. Gyselinck gaat er met Zanne Boon en Oskar Stalpaert alsmaar uitbundiger in op. Het echte plezier barst pas tegen het einde van de voorstelling los, maar de trage opbouw erheen is de zit meer dan waard.

Change of plans
Mia Vaerman Viernulvier Gent, Domzaal meer info download PDF
19 april 2023

De dansvloer in ‘Change of plans’ bestaat uit tegen elkaar aan geschoven podium-tafels van verschillende hoogtes. De lagere tafels dienen als trappen. Grijze, bruine, en beige rechthoeken van linoleum zien we. Aan drie kanten van de constructie staat een tribune het publiek op te wachten. Voor de vierde wand hangen felgekleurde kleren op aan een lange kapstok die van het plafond naar beneden hangt. Deze sobere scenografie van Aslı Çiçek is aanvankelijk leeg.

Links vooraan en rechts achter (ik kijk vanaf de middelste tribune) zetten de muzikanten zich aan het spelen naast de bühne. Dan verschijnen de dansers. Ze maken eerst ongecompliceerde, trage bewegingen. Aanvankelijk zelfs wat ongewoon stroef. Ze lopen over het podium en presenteren zich telkens even voor de verschillende tribunes. Eerst ieder voor zich, later ook in duo of trio. Het lijkt wat op een modeshow. Als Stalpaert steil voorovervalt - schrikken! - stopt de muziek en veranderen hun bewegingen. Als bij ‘mugshots’ komen ze nu telkens even recht voor en in profiel staan, afhankelijk van waar je zit. Zo bespelen ze de drie kanten van de dansvloer. Zanne Boon steekt zeker een kop boven Femke Gyselinck en Oskar Stalpaert uit. Een wat koddig zicht dat je elk van hen aandachtiger doet observeren.

De titel ‘Change of Plans’ verwijst naar een strofe uit de Billie Eilish-song ‘My Future’. De Amerikaanse singer-songwriter kijkt daarin terug op haar verleden om dan hoopvol naar een toekomstige transformatie van haar leven te blikken. Transformeren, daar gaat het in de voorstelling ook over, en het gevoel dat daarbij komt kijken. Hier geen woorden maar danstaal, natuurlijk. De veranderingen voltrekken zich lichamelijk en muzikaal.

Een rode draad daarbij zijn de vele kostuumwissels. De tenue van de dansers wordt eerst almaar grauwer, tot zwart, om dan kleur steeds feller te laten zegevieren (spetterende ontwerpen van Nel Maertens en Veronika Vimpelova). Maar ook de ‘dansplannen’ van elke danser muteren dus constant en doorkruisen daarmee achteloos die van de anderen. Een spel waar zij en wij (toeschouwers) wat beduusd van worden. Patronen zijn moeilijk te volgen. Ook bij de vorige show van Gyselinck, Letters 2 dance (2022), wist ik de bewegingen niet te kaderen. Achteraf pas begreep ik dat het om een gedanst alfabet ging (niet slim van me, want het stond al in de titel aangekondigd). Hier kan ik de danspatronen evenmin herkennen. Ik besluit om elk zoeken naar interpretatie los te laten. Gewoon kijken. 

Een bende jonge, speelse makers en makkers die er schik in hebben

Oskar Stalpaert zag ik voor het eerst in ‘The Goldberg Variations’ (2020), de remake die Michiel Vandevelde maakte van de roemruchte dansimprovisaties van Steve Paxton. Hij maakte toen grote indruk door zijn enorme gedrevenheid. Was zijn toonaard dan (gepast) ernstig, hier zie je hem met gul plezier de dansvloer en de zaal innemen. Hij kijkt het publiek aan. Een fijne afwisseling is dat met die apathische blik waarmee dansers in vele performances de toeschouwers bejegenen. Dat oogcontact is ook wel echt iets van Gyselinck. Haar ‘Lachrimae or Seven Tears’ (2015) was ook al een voorstelling waarin ze bewust oogcontact zocht met het publiek, net zoals Stalpaert dat hier doet. Met zijn stevige lichaam danst Oskar Stalpaert dezelfde danspartituur als de twee andere dansers, maar zijn charismatische uitstraling en dat direct contact met de toeschouwer maken een verschil. Ook telkens als hij zich zo ongeremd voorover laat vallen, verrast hij weer. Durfal.

De twee muzikanten halen alles uit hun piano, keyboard en twee saxen. De dansers haken er gretig op in. Pianist Lasure stapt tijdens de voorstelling over van ijl pianospel op compleet andere klanken - opeens hoor ik zelfs beats uit de toetsen komen… De compositie voor het dansstuk creëerde hij samen met sax-speelster Vanheerentals. Zij bespeelt afwisselend een sopraan- en een tenorsax. Ze doet dat heel beheerst, met een ademtocht die wel eindeloos lijkt. Geen uitbundig gesticuleren voor haar. Hun rijke mix van muziekstijlen is een genot op zich. Ze krijgen er ook alle ruimte voor.

Het dansen zelf omschrijven valt moeilijk: de drie dansers vertrokken bij de repetitie vanuit improvisatie. De choreografe merkt in een korte video erover op dat Oskar Stalpaert en Zanne Boon een ruimer arsenaal aan beweging hebben dan zij meestal inbrengt. Stalpaert is daarbij ook veel theatraler, en daar maakt ze bewust gebruik van.

Als de dansers achteruit gaan stappen vraag ik me gespannen af hoe ze het aanpakken om niet van de dansvloer te donderen? (één keer zie ik twee dansers de derde opvangen achteraan het podium). Er wordt veel gestapt en gesprongen, gelopen, gehuppeld. Gewone speelse bewegingen. Handen en armen komen wel steeds meer tot leven, het dansen wordt alsmaar luchthartiger en feller. Ook Femke danst krachtig met haar frêle lijfje. En als een stel stoeiende kinderen, trekken ze om de zoveel tijd andere kleren en kleuren aan. Stalpaert komt op in een lange jurk. De bewegingen worden ook ingewikkelder, met duetten en trio’s, en met de ene danser die een opeenvolging van passen en gebaren van de andere overneemt. Soms verplaatsen ze zich samen als één orgaan over het hele podium.

Dan breekt er opeens iets zachts door in de algehele atmosfeer. Licht, sax, piano: alles wordt lichter, luchtiger. In oranje, witte, en blauwe tinten trippelen, draaien en wiebelen de dansers - als drie eencelligen in een petri-schaaltje. Mooi hoe Zanne Boon opeens achter haar eigen handen lijkt aan te lopen. Alles gaat crescendo. Trilspinnen zie ik nu. Een vrolijk gevoel gonst door de hele ruimte. Oskar Stalpaert maakt een hartje met zijn handen en stuurt het de zaal in, en als afscheid gooit hij nog een kusje naar de hemel. Als ze met z’n vijven uitgelaten komen groeten, zie ik een bende jonge, speelse makers en makkers die er schik in hebben. En na het applaus kruipen de toeschouwers houterig en kromgebogen de tribunes af. Dat contrast! 

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login