Toneel / Performance

J' ai une épée Léa Drouet

The betrayal of innoence and credulity

The stage of ‘J’ ai un épée’, a new work by Léa Drouet is occupied by giant, glittering frosted sugar-cubes and a swoop of silver lamé lain out on the floor like a rippling river. These shimmering elements, dappled in ‘My Little Pony’ lilac, pink and cool blue lighting are the set in which she recounts, in a lulling but matter-of-fact way, assorted, far from fairy-tale stories of children and childhood. (NL vertaling onder)

Uitgelicht door Oonagh Duckworth
J' ai une épée
Oonagh Duckworth Théâtre National, in het kader van Kunstenfestivaldesarts meer info download PDF
21 mei 2023

The true-life event of police arresting 10-year-olds for incitement to terrorism is interwoven with childhood fantasies and fears. The lamé lake is briefly lifted up and transformed, first as a scary phantom then as a royal robe: minute gestures that immediately time warp us back to when our own realities and imaginations merged into one.

The result is a stereograph in reverse: the more you peer the more blurred the lines of narrative become. In contrast, Drouet’s actions are deliberate and measured; she calmly navigates a large circle around the sugar-cubes-cum- building blocks, walls or school benches. Her gestures are minimal: an occasional clenched raised fist, one lifted finger requesting to pose a question like the children’s line drawing she’s describing.

Her voice emanates from the small round speakers, perched at different levels on spikes in the space. The altering of its direction and timbre are hypnotising. We’re simultaneously being soothed by the sensation and shocked by the content.  

The grotesque treatment that the children in her stories suffer at the hands of adult authority

In ‘J’ai une épée’, truth, fiction, sensation and recollection seem to slide into each other: contradictions lie side by side, experiences and states-of-being overlap. The sugar-cubes are soft and pliant, the stories are appalling and mostly made up but nevertheless ring true. Despite Drouet’s factual and non-theatrical relating of the various events, J’ai une épée’s plot is not linear. What hovers in the air is a sensation of unease: the grotesque treatment that the children in her stories suffer at the hands of adult authority, the accentuated bewilderment as innocence and credulity is betrayed.

The multi layers within this work feel equal to the complexity of the issues it probes. To tackle the fundaments of our psyche and society, our childhoods, aesthetically on stage is a gauntlet that few artists would risk taking up. Drouet and her artistic team do this, and, despite the pastel hues, J’ai une épée’s leaves a bitter taste — it’s a challenging experience but one that gets all my applause

 

(NL vertaling)

Het podium van ‘J’ ai une épée’ wordt ingenomen door reusachtige, glinsterende suikerklontjes en een golf zilverlamé die als een kabbelende rivier op de vloer ligt. Deze glinsterende elementen zijn ondergedompeld in het suikerstok lila, roze en koelblauw licht van 'My Little Pony'. Ze vormen het decor waarin Léa Drouet op een sussende maar nuchtere manier allesbehalve sprookjesachtige verhalen over kinderen en de kindertijd vertelt.

Zo is er de waar gebeurde geschiedenis van de politie die tienjarigen arresteert wegens aanzetten tot terrorisme. Die wordt verweven met fantasieën en angsten uit de kindertijd. Drouet tilt de poel van lamé even op en verandert zo van gedaante. Eerst wordt ze een eng spook, daarna draagt ze de stof als was het een koninklijk gewaad. Het zijn minieme gebaren die ons onmiddellijk terugvoeren naar de tijd waarin onze werkelijkheid en verbeelding versmolten tot één geheel.

Het resultaat is als een omgekeerde stereografie: hoe meer je kijkt, hoe waziger de verhaallijnen worden. De acties van Drouet daarentegen zijn weloverwogen en afgemeten; ze navigeert rustig in een grote cirkel rond de suikerklontjes die bouwstenen, muren of schoolbankjes kunnen worden. Haar gebaren zijn minimaal: af en toe een gebalde opgeheven vuist, met een opgeheven vinger die toestemming vraagt om een vraag te stellen zoals de kindertekening die ze beschrijft.

Haar stem klinkt uit de kleine ronde luidsprekers, die op verschillende niveaus op statieven in de ruimte staan waardoor de richting en het timbre ervan op een hypnotiserende manier alterneren. We worden tegelijkertijd gesust door die ervaring en geschokt door de inhoud.

In ‘J'ai une épée’ lijken waarheid, fictie, gewaarwordingen en herinneringen  in elkaar te schuiven: contradicties volgen elkaar op, ervaringen en bewustzijnstoestanden overlappen elkaar. De suikerklontjes zijn zacht en buigzaam, de verhalen zijn gruwelijk en doorgaans verzonnen, maar klinken niettemin waar. Ondanks Drouets feitelijke en niet-theatrale relaas van de diverse geschiedenissen is de plot van ‘J'ai une épée’ niet rechtlijnig. Wat in de lucht zweeft is een gevoel van onbehagen: de groteske behandeling die de kinderen in haar verhalen ondergaan door het volwassen gezag, de geaccentueerde verbijstering als onschuld en goedgelovigheid worden verraden.

De vele lagen in dit werk lijken de complexiteit van de onderwerpen die erin aan de orde komen te evenaren. Slechts weinig kunstenaars durven zo’n uitdaging aan om de kindertijd, het fundament van onze psyche en samenleving, esthetisch het hoofd te bieden op het toneel. Drouet en haar artistieke team doen dit. Ondanks de pasteltinten laat ‘J'ai une épée’ een bittere nasmaak achter. Het is een uitdagende ervaring, maar een waarvoor ik voluit applaudisseer. 

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login