Toneel

Mooie jaren Het Nieuwstedelijk

De pletwals van de geschiedenis

Tussen 1966 en vandaag veranderde de wereld totaal, en heel wat nog levende mensen maakten die geschiedenis bewust mee. Om op één avond, in één toneelstuk, te schetsen hoe de provincie Limburg in die periode evolueerde lijkt alleen al daarom een zelfmoordopdracht: de zaal zit vol mensen die je op fouten kunnen betrappen. Nochtans was dat de vraag die de UHasselt bij haar 50-jarig bestaan stelde aan het Nieuwstedelijk. Wonder 1: het gezelschap hapte toe. Wonder 2: Stijn Devillé en Els Theunis schreven een volkomen geloofwaardig, historisch accuraat stuk. Klap op de vuurpijl: Devillé en Christoph Aussems brachten dat met een ensemble van tien acteurs even geloofwaardig op de planken. In krap drie uur. ‘Mooie jaren’ is een theatrale hattrick van belang.

Uitgelicht door Pieter T’Jonck
Mooie jaren
Pieter T’Jonck Opek Leuven meer info download PDF
20 december 2023

‘Mooie jaren’ zit dan ook heel vernuftig in elkaar. De eenvoudige, maar doeltreffende scenografie van Bart van Merode vormt het kader: een grijze wand die op zo’n twee meter boven de vloer zweeft bakent het speelveld af tegenover de coulissen en het achtertoneel. Die staan propvol attributen en kapstokken voor de talloze kostuumwissels waar Joëlle Meerbergen voor tekent. Je weet dus meteen dat iedereen hier heel veel rollen zal spelen.

Tegen dat decor wachten de spelers je op. Ze bekijken het publiek zoals het publiek hen bekijkt. Ze staan net iets te ver uit elkaar om van een familieportret te spreken, maar op een manier waar je moeilijk de vinger op kan leggen lijken ze dan al een hechte groep te vormen. Meteen valt ook op dat één van de spelers, Kris Cuppens, al een personage uittekent. Hij draagt een hospitaalhemd en steunt moeizaam op een looprek. Verward vraagt hij Matthias Van de Brul, die hij benoemt als zijn broer Jackie, en Sara Vertongen in welk jaar hij aanbeland is. ‘2023? Dan ben ik al drie jaar dood’.

Dat is slim, want zo krijg je als toeschouwer op een vanzelfsprekende manier mee hoe je naar deze acteurs moet kijken: ze zullen elk één of – zo blijkt later – meer personages spelen van hun jeugdjaren tot hun oude dag, ongeacht hun werkelijke leeftijd. Een lichaam draagt één levensverhaal. Het kostuum, en kleine, maar treffende, variaties in de toon van het spel verraden telkens in welke levensfase ze zitten. En kostuumwissels zijn er in overvloed. Wat je ook meteen registreert: dit is een groep verwanten: vrienden, echtparen, familieleden. Een kleine wereld waarbinnen kleine en grote historische omwentelingen resoneren.

‘Mooie jaren’ neemt even de tijd om die groep te schetsen. We ontmoeten Bobbie (Michaël Pas), die je onmiddellijk herkent als het alter ego van Steve Stevaert en Laura (Sara Vertongen), het liefje waar hij altijd mee zal blijven sollen. In een volgende scène brandt de actie los. 1966-1970 verschijnt op de achterwand: de traumatische periode waarin duidelijk werd dat de mijnen tot verdwijnen gedoemd waren. Kris Cuppens is Luckieluk, leider bij de eerste mijnstakingen. Zijn jongere broertje Jackie (Van den Brul) volgt hem enthousiast en ontwikkelt zich zo tot fotograaf en journalist. En dan zijn er de copains, zoals de zwarte mijnwerker ‘Sneeuwwitje’ (Prince K. Appiah) en Emile (Tom Van Bauwel). In de rand duikt ook Danielle (Alejandra Theus) op, de latere vrouw van Jackie en de eerste die als arts afstudeerde in Diepenbeek.

In de periode 1973-1979 verliest Limburg helemaal de vaste grond onder de voeten door de mijnsluitingen. Later verdwijnt ook Ford Genk en Philips, maar dat ook dat onvermijdelijk is beseft nog niemand. In deze episode verschijnen nog wat nieuwe personages, zoals Julia Sporken (Simone Milsdochter), de eerste vrouwelijke professor in Diepenbeek. Het personage heeft veel weg van Julia Creemers, die medische ethiek aan de hand van controversiële thema’s als euthanasie en abortus op de agenda plaatste.

Er is ook Stella (Joëlle Francis), de dochter van ‘Sneeuwwitje’ die doodgeschoten werd bij de stakingen. Ondanks haar afkomst schopt ze het tot arts. Het is een belangrijk verhaal: ze ontwikkelt multiple sclerose en specialiseert zich in onderzoek op dat terrein. Het stuk kaart zo haast terloops aan dat de universiteit een sociale promotiemachine werd én excelleerde in het onderzoek naar MS. Even belangrijk is Yassine (Rashif El Kaoui), een getalenteerde voetballer met een flink stel hersens, die botst op de opkomende vreemdelingenhaat en de denigrerende houding van Vlaamse leraren tegenover Marokkanen. Om zijn universitaire studies te bekostigen neemt hij een baantje aan in een aardappelfabriek. Dat bekoopt hij ei zo na met zijn leven. Het zet ook definitief een punt achter zijn voetbalcarrière, maar met onwaarschijnlijk veel wilskracht begint hij een tweede carrière als coach van ‘gedesocialiseerde’ jongeren zoals de broer van Stella. Door hen de discipline van het voetbalspel bij te brengen krijgt hij ze weer op het goede pad. Zo trekt hij ook de aandacht van Bobbie, die ondertussen pijlsnel politiek carrière maakt. Jackie vervelt van journalist tot rechterhand van Bobbie.

    Zo rollen we door de hele geschiedenis van Limburg en van de wereld, met de lotgevallen van deze personages als een kapstok.     

Zo rollen we door de hele geschiedenis van Limburg en van de wereld, met de lotgevallen van deze personages als een kapstok. Net na de korte pauze gaat het stuk helemaal in overdrive. De acteurs stappen geagiteerd kriskras over het podium terwijl ze alle grote gebeurtenissen na de val van de Berlijnse Muur en het Oostblok opsommen.

Daarna zakt het tempo echter terug tot het ritme van de reële, menselijke beleving, voorbij het steeds opdringeriger regime van de mediale actualiteit. Het levert ontroerende, maar ook navrante scènes op. Laura stelt vast dat haar activisme op niets uitdraaide, net zoals haar verhouding met Bobbie. Een verloren leven. Luckieluk schopt het tot arbeidsjurist maar wordt getroffen door een kwaadaardige vorm van MS en besluit tot euthanasie. Het huwelijk van Jackie en Danielle loopt op de klippen. Bobbies politieke carrière raakt in het slop. Ook hier echoot de ‘grote geschiedenis’ na in de lotgevallen van deze personages. Dat merk je als je achteraf het programmablaadje leest.

Alle verhalen komen samen bij het doodsbed van Luckieluk, de man die het stuk opende. Het is een moment van terugkijken in verwondering naar die ‘mooie jaren’. Ze brachten niet alleen vreugde, maar ook, zelfs heel veel, teleurstelling. Maar op één of andere manier sloegen al deze personages zich erdoor. Ze bleven overeind. Het is een zowel hoopvol als melancholisch, misschien zelfs tragisch einde. Iedereen wilde het beste, iedereen zette zich in zoveel hij/zij het kon. Maar de geschiedenis, groot of klein, is een pletwals. Ons enige verweer is het verhaal vertellen en nog eens vertellen. Daar is dit stuk een bijzonder mooie voorzet toe.

Het stuk kaart bovendien, voor wie dicht op het theater betrokken is, een brandende kwestie aan. Een voorstelling als ‘Mooie jaren’ is maar mogelijk met een sterk ensemble, in dit geval bovendien ook nog een zeer divers ensemble. Ook daarin is dit stuk een voorzet: na decennia van los-vaste samenwerkingen en miniatuurensembles is het wellicht tijd om te overwegen wat daarbij gewonnen werd of verloren ging. Wat is de artistieke waarde van een hechte acteursgroep? Die vraag stelt ‘Mooie jaren’ ook. Met nadruk zelfs. 

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login