Performance

Friction Sophia Rodriguez

Intieme wrijving

                                    Wrijvingen: ze zijn overal. We ergeren ons aan de ene, we haten de andere. Maar we zwijgen. We zwijgen zelfs tegenover onszelf: wat niet kan en waarom, we willen er niet aan. Sophia Rodriguez pakt het beest bij de horens in ‘Friction’. Ergens tussen therapie en theater bevraagt ze onze schaamte tegenover wrijvingen. Wat is er mis met een beetje tegen elkaar op of aan schuren? Die vraag blijft hangen.         
Friction
Pieter T’Jonck Buda Kortrijk, in het kader van het Next Festival meer info download PDF
06 december 2023

Links van het podium staan wat schots en scheef enkele verhoogde vloeren, een wand en een losse plaat, een soort glijbaan. Er zweeft een groot TV scherm boven. Rechts achter hangt er nog zo’n scherm. Op die schermen verschijnen paradijselijke beelden van watervallen, prachtige zonsondergangen en meer van die suikerzoete plaatjes. Je waant je haast in een wellness instituut, was het niet dat er op één verhoog ook een roze paal wacht op een paaldanser. In een tentje opzij van het podium kijken componist Gäsper Piano en scenograaf / technieker Sofie Durnez toe.

Bij de aanvang lijkt ‘Friction’ geen voorstelling, maar een concrete actie. Op de achtergrond masseren de vijf performers, op Rodriguez na, elkaar op een professionele massagetafel. Ze spreken elkaar ook gewoon met hun eigen voornaam aan. Wat we zien is dus een demonstratie van een gedeelde, continue praktijk. Dat loopt door in de volgende scène als Anna Franziska Jäger en Vincent Foquet elkaar betasten om elkaars ‘pijnpunten’ te vinden en te helen. Wie zelf al ooit aan ‘healing’ deed herkent het ritueel.

Rodriguez blaast die softe sfeer bij haar entrée echter compleet op. Poedelnaakt houdt ze een badinerend praatje met het publiek over Buda in Kortrijk en Bourla in Antwerpen. Alsof er niets aan de hand was. Daarna dartelt ze als een jong veulen rond. Ze loopt nog net niet tegen de muren op en laat ondertussen haar borsten met haar handen op en neer flapperen. Iets dergelijks zag ik, denk ik, nooit eerder in een theater.

Rodriguez straalt, ondanks het ongerijmde van de situatie een zo ontwapenende directheid en spontaneïteit uit dat ze iedereen toch op zijn/haar gemak weet te stellen. Toch laat ze de kijkers in dat ene gebaar ook voelen dat hier van comfortabele welvoeglijkheid geen sprake zal zijn. Ze claimt bijvoorbeeld dat ze een moeder is – niet dat je er in haar staat aan zou twijfelen – en daagt daarmee de kijkers uit anders te denken over hoe moeders zijn en hoe ze zich (horen te) gedragen. Moeders kunnen ook een beetje gek zijn, blijkt hier. De schaamte en goede manieren voorbij. Met een portie kitsch waar nodig.

Hoe ver ze daarin wil gaan blijkt in de volgende scènes. Daarin verzamelt Rodriguez de anderen rond zich als een oermoeder. Vincent (Focquet) en Robert (Steijn) hangen, letterlijk, aan haar borsten, Simon (Van Shuylenbergh), Martina (Calvo) en Anna Franziska (Jäger) likken sensueel aan haar vingers en tenen. Dat klinkt bizar, en zo voelt het ook aan, omdat je niet weet hoe je verondersteld wordt om dit te begrijpen. Als een symbolische voorstelling, als een ‘reenactment’ van een reële fysieke uitwisseling tussen de performers, als een ‘performance’? Het is onbeslisbaar.

Er broeit iets dat helemaal niet wollig is. 

Zeker is wel dat er tussen de performers een ongewoon sterk vertrouwen moet bestaan om dit samen te doen. De scène is immers ‘grensoverschrijdend’: ook al is er toestemming, dan nog is het niet evident om te tonen (en daarmee te onderschrijven) dat volwassen mannen en ook vrouwen nog steeds hunkeren naar moederborsten. Tegenover dat beeld zijn de volgende scènes waarin eerst Vincent, en vervolgens Sophia wellustig (samen) rond de paal dansen maar klein bier. Dat is - naar keuze  - gender fluidity of gezellige perversie zoals we het graag zien – omdat we het kennen. Maar wat eraan vooraf ging, dat is alvast op onze podia onverkend terrein. Het neemt me voor de voorstelling in, al moet ik over mijn ongemak met de kitsch en de moederbeelden heen stappen.

De voorstelling komt terug dichter bij bekende voorstellingen en gedachten in volgende scènes. Anna Franziska voerde Sophia dan al af naar het achterplan in een grote kist. Eens de ‘moeder’ weg is, hebben de anderen de ruimte om hun onderlinge spanningen en vetes vrij baan te geven. Te dramatiseren zelfs, zoals dat gaat in dramatherapie. Martina Calvo maakt er gebruik van om een briljante grafitti van een vrouwenlijf onder water te spuiten op de glijbaan. Simon ontploft in razernij – waarover begreep ik nooit helemaal. De ontmaskeringen op laag psychologisch water vliegen heen en weer. Hilarisch, helemaal zoals het gaat als mensen ‘tot de bodem’ gaan en er, in het geval van Vincent, het publiek bij betrekken. Alleen Robert blijft er een beetje buiten. Met een boomstronkje als een wichelroede in de hand loopt hij in boogjes om de uitbarstingen heen.

Dat is best verwarrend: als je deze ontboezemingen optelt bij de nogal wollig teksten die ernstig verhakkeld op de schermen afrollen ga je denken dat ‘Friction’ een persiflage is op technieken als ‘healing’ of bio-dynamica of wat er verder zo nogal bestaat aan manieren om met jezelf in het reine te komen. Toch heb je nooit het gevoel dat het om een persiflage gaat. De onzin lijkt meer een soort excuus om al te lastige gevoelens op voldoende afstand te houden. Maar er broeit iets dat helemaal niet wollig is. De groep richt bijvoorbeeld een brandstapel op rond Vincent. Anna Franziska doet bloedserieus een poging om de stapel in de fik te steken. Het is spel, en het mislukt, maar toch… De performers kotsen ook letterlijk hun slechte gedachten uit, de ene na de andere. Martina Calvo schiet haar pijlen af op al wat beweegt. Onder de oppervlakte zit veel geweld. De soundscape/muziek van Piano laat die af- en aanrollende stroom emoties subtiel oplichten, en bewijst zo dat het hier wel degelijk om een voorstelling gaat, niet om een tranche de vie genre 'het leven zoals het is: de therapieruimte’.

Daarop keert Sophia weer van achter de coulissen. Nog steeds naakt. De anderen stellen haar rol in vraag. Is ze wel de moeder, of eerder degene die als een perverse vader aan de touwtjes trekt? Zij snijdt de anderen echter de pas af door haar ontboezemingen: een geschiedenis van verkrachting en agressie waar je ogen van knipperen. Nog indrukwekkender is de getuigenis van Robert. Hij leek al die tijd een soort MC of een sjamaan die boven de toevalligheden van het leven stond. Plots vertelt hij echter – met de magere symbolische troost van een kaars op een draaiplateau bij de hand -  ‘zijn’ verhaal over ouderlijk misbruik. Of het waar is of niet valt op dat ogenblik niet uit te maken, maar lijkt me net daar ook niet van belang. Het gaat er op dat moment duidelijk over dat mensen bezwaard zijn door dingen waarover ze uit schaamte niet durven spreken, al zou het hen van een zware last verlossen. Hier gebeurt dat wel, in de vorm van een loutering, als uitkomst van een klein uur uitbarstingen van klein en groot geweld.

De voorstelling knoopt daar en dan terug aan bij zijn begin. Allen verzamelen zich rond het lijf van Rodriguez. Ze wringen en schurken tegen elkaar aan. Het is niet lief, het is ook niet vijandig, het is… tegenstrijdig. Alles door elkaar. Wrijving. Intimiteit als wrijving. Contact als conflict en innigheid in één. Het is een spel, het is een vertoning, maar je twijfelt er geen moment aan dat er iets getoond werd dat de werkelijke verhoudingen tussen de spelers maar een heel klein beetje bijkleurde. Op het randje af bühnenfähig. Maar niet helemaal. Op dat twijfelpunt werkt ‘Frictions’. Bijzonder!

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login