Performance

Funeral Ontroerend Goed

Oefenen voor het einde, zonder troost of tranen

‘Funeral’ van Ontroerend Goed begint met het oefenen van het einde. Dat einde hoort bij het leven, maar het went nooit. In het stuk gaat afstandelijkheid hand in hand met gevoel. De acteurs van Ontroerend Goed reiken ons houvast aan, maar ook niet meer dan dat. De troost en de tranen mag het publiek zelf aanvullen, niets is verplicht.

Funeral
Marina Kaptijn Theater Rotterdam, in het kader van 'Feeling Curious' meer info download PDF
07 oktober 2022

Net zoals uitvaartleiders die nabestaanden uitnodigen een rij te vormen om goed georganiseerd langs een lijkkist te lopen voor een laatste groet blijven de acteurs tijdens de performance tegelijkertijd sereen, plechtig en afstandelijk, maar toch hartelijk. Er wordt voorgedaan, en voorgegaan, en het publiek doet mee.

Regisseur Alexander Devriendt voert ons binnen in een soort re-enactement van hoe het einde kan zijn. Joris Blanckaert voegt daar stemmige muziek aan toe. Verspreid over het publiek zijn de acteurs (het zijn er meer dan tien) soms wel en soms niet herkenbaar als iemand die bij de voorstelling hoort. Zoals de laatste tijd wel vaker gebeurt krijgen we ook hier als publiek eerst instructies voor we de zaal in gaan. We zijn tot niets verplicht, is een van de dienstmededelingen. Vervolgens oefenen we samen het lied dat aan het eind van de voorstelling gezongen zal worden.

Een actrice stapt vervolgens op een stoel met een megafoon en leest een tekst voor over ergens tussen geboorte en dood zijn. Het eerste contact tussen publiek en performers is meteen gelegd, en de toon voor de rest van de avond is gezet al voor we de ruimte en de wierookgeur instappen.

Hoe gedraag je je in tijden van crisis? De actualiteit van het hier en nu is door heel de voorstelling aanwezig, vooral omdat we als publiek ook steeds ‘in het moment’ moeten stappen en meedoen: er worden handen geschud, houtblokken doorgegeven, namen genoemd en een lied gezongen. Vooral die twee laatste ingrediënten van deze performance maken van mij een deelnemer, door de brok in mijn keel die dan niet meer weg te slikken is.

Tegelijkertijd voel ik me ook een tikkeltje in de maling genomen, omdat het voelt alsof mijn emotie en persoonlijke ervaringen gebruikt worden, terwijl ik bij de acteurs geen spoortje emotie kan ontwaren. Ook niet wanneer ze huilen, omdat het eerste deel van de voorstelling zich afspeelt in het halfduister, achter een gordijn van zwart gaas dat doet denken aan rouw voile dat een gezicht bedekt.

Ik ben bang om met veel lawaai om te vallen

Het publiek wordt wel uitgenodigd om mee te huilen, samen met de acteurs. Een van hen, Josse de Pauw, gaat rond met een potje Vicks. Heel zorgzaam doet hij dat, ’niet teveel, niet te dicht op de ogen, hoog op jukbeenderen smeren’. Mijn huid brandt een beetje onder de vettige zalf. Ik moet me al concentreren om te blijven zitten op het wiebelige blok hout, ben bang om met veel lawaai om te vallen en de serene sfeer te verpesten, net als tijdens een echte begrafenisdienst. Er komen geen tranen.

De acteurs in het publiek vullen elkaars teksten aan, hun stemmen komen vanuit verschillende hoeken in het donker. Ik hoor een opsomming van voorwerpen die over zouden kunnen zijn gebleven uit een inboedel, een mensenleven. Potjes Vicks, zakdoekjes, een theepot, mét deksel. Het leven voorgesteld als een reeks gebeurtenissen en voorwerpen die bij elkaar komen en uiteindelijk ook weer uit elkaar vallen.

‘Funeral’ herinnert ons eraan dat alles eindig is, de cirkels die we samen in de zaal lopen zijn tegelijkertijd een nieuw begin. Allemaal zijn we hier, op dit moment tussen geboorte en sterven. Allemaal hebben we al dierbaren verloren. Hoewel het eindbeeld, een uitdovend vlammetje, niet veel aanleiding geeft voor hoopvolle gedachten komt er na het applaus toch nog een moment van gezelligheid, net als na afloop van een crematie of begrafenis wanneer we proosten op het leven van onze overleden dierbaren.

Maar niet te lang, want er moet ruimte gemaakt worden voor de volgende dienst, de volgende voorstelling van de avond. ‘Een collectief ritueel over de eindigheid van de dingen’, zo beschrijft het gezelschap hun nieuwe stuk. De voorstelling komt niet binnen met een harde dreun, maar de zorgvuldige afstand die gecreëerd wordt tussen toeschouwen en meedoen zorgt wel voor een mooie, gedeelde ervaring tussen vreemdelingen in een hyperindividualistische wereld.


Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login