Innocence Kaija Saariaho / Sofi Oksanen / Simon Stone / Susanna Mälkki
Zwijgen of spreken? Schuld of onschuld?
Toptalenten bij de creatie van ‘Innocence’, een nieuwe opera van de Finse Kaija Saariaho op het Festival d’ Aix-en-Provence. Saariaho geeft een verontrustend verhaal van Sofi Oksanen een prachtige muzikale vertaling. Susanna Mälkki dirigeert geëngageerd de uitgebreide cast die presteert op hoog niveau. Simon Stone is hier als regisseur op zijn best. Al bij de première voelde je dat dit werk een grote toekomst wacht.
De Finse componiste Kaija Saariaho schreef met
‘Innocence’ haar meest ambitieuze opera. Het kostte haar zeker vijf jaar
maar ze zag het dan ook groot. Het werk, in vijf bedrijven, vereist een orkest van
tachtig muzikanten en naast de dertien solisten is er ook een groot koor.
Het libretto van ‘innocence’ is van Sofi
Oksanen, één vande belangrijkste Finse schrijfsters. Het verhaal sluit aan bij haar
andere werk, dat het steeds weer over geschonden levens heeft. Hier komt een
verzwegen pijnlijk verleden weer boven om in te breken in het heden. Ze
verweeft dat gegeven met politieke thema’s zoals de Fins-Russische verhoudingen
tijdens en na het communistisch tijdperk.
Inspiratie haalde Oksanen uit een waar gebeurd
verhaal, maar documentair theater is dit niet. In een internationale school richt
een student met een geweer een slachting aan. Tien jaar later huwt zijn broer met
het Roemeense meisje Stela, vertolkt door een aandoenlijke Llian Farahani. We
zijn getuige van het huwelijksfeest.
De keuze van de broer voor een buitenlandse
vrouw is geen toeval: omdat ze geen lid is van deze gemeenschap weet ze niet
hoezeer die nog altijd gebukt gaat onder de gevolgen van het drama. Maar kan je
zoiets wel verzwijgen? De moeder (Sandrine Piau) wil de bruid op de hoogte
brengen van de tragedie, maar haar man (Tuomas Pursio) wil ze vergeten. Het grote
thema van de avond is daarmee gegeven: schuld en onschuld, opbiechten of verzwijgen.
Parallel met het huwelijk krijg je ook het
verhaal mee van de meid Tereza (Magdalena Kozena). Ze verloor haar dochtertje Markéta
(Vilma Jää) in de slachtpartij van tien jaar eerder, maar moet nu ongewild opdienen
in een familie die ze haat. Ook via dit personage stelt het libretto vragen over
verantwoordelijkheid en schuld. De vader leerde zijn zoon al vroeg met wapens
omgaan, stelt de meid. Dat is de wortel van het kwaad volgens haar. Had hij dat
niet gedaan, dan was e schietpartij er nooit geweest. Dus draagt ook de vader
schuld.
Uiteindelijk bekruipt de schuldvraag elk
personage in het stuk. Deed ik wel genoeg om het drama te vermijden, is de
bange vraag die zich als een olievlek uitbreidt. Dat geeft de titel, ‘Innocence’
een erg wrange bijsmaak. Als het stuk,
in een flash back, terugkeert naar het moment van de schietpartij, blijkt dat
die vraag zich toen al opdrong aan vele betrokkenen. Een student vroeg zich
toen al af of hij niet tussenbeide had kunnen komen?
De Franse vriendin (Marina Dumont) van de schutter
is even bezwaard. Ze vertelt over zijn radicale overtuigingen, hoe hij omwille
van zijn bloedhekel aan de Finse samenleving een verwoestende politieke daad
wou stellen. Zij was daarvan zozeer in de ban dat ze deel wou nemen aan de
aanslag. Maar dat mocht niet van hem. Dat was mannenwerk. Maakt dat haar minder
schuldig? Hier verbindt Sofi Oksanen het persoonlijke met het politieke.
Oksanen gaf deze morele problematiek de allure
van een thriller. Bij het huwelijk komt bijvoorbeeld aan het licht dat de dader
net ontslagen is uit zijn gevangenschap. Meteen is suspense door de vrees dat
hij zal opduiken op het feest, al gebeurt dat niet. Belangrijker is dat ze zo
spaarzaam de details van het drama van tien jaar tevoren vrijgeeft dat de
werkelijke toedracht ervan pas helemaal op het einde blijkt. Het is het bekende
recept van de Scandinavische roman noir : de ‘hele’ waarheid komt altijd boven, maar liefst
pas in de slotscène.
Dan pas blijkt immers dat de bruidegom medeschuldig
is. Uit bewondering voor de radicale visie van zijn jongere broer stond hij hem
bij op zijn dodentocht. Hij was de medeplichtige waar het steeds weer over
gaat, maar die nooit bij de lurven gevat werd. Het verontrustende is dat de
broer bekent dat hij nog altijd van zijn jongere broer houdt. Hij neemt niet
volledig afstand van zijn daden.
Nog onheilspellender is dat een geradicaliseerde vriendin hem verwijt een lafaard te zijn, omdat hij het op een lopen zette. Het gedachtengoed dat tot zoveel lijden voerde blijkt dus springlevend. Die onthulling heeft dramatische gevolgen: de dominee (Jukka Rasilainen), die dan wel van zijn geloof afviel, maar steeds gelooft dat liefde alles overwint, druipt af. Vader en moeder vinden geen woorden. Stela, de bruid, die beseft in welk wespennest ze verzeilde, blijft alleen en radeloos achter.
De ‘hele’ waarheid komt altijd boven, maar liefst pas in de slotscène.
Bij deze tragedie laat Sofi Oksanen het niet. Ze
laat ook zien hoe de andere studenten verging na de moordaanslag. Ze gingen elk
hun eigen weg. Een van hen bekent dat ze door de aanslag tot het besef kwam wat
ze met haar leven wilde aanvangen. Ze werd arts. Een andere studente gooide
zich op de atletiek, huwde en kreeg kinderen, ondanks de paniekaanvallen die ze
nog steeds heeft. De les is hier dat uit kwaad toch nog goed kan voortkomen.
Een tweede levensles zit in een slotscène. De
meid praat met haar vermoorde dochter Markéta (Vilma Jää) : het meisje geeft
haar de raad een streep onder de smart
te trekken en verder te gaan met het leven. (Ik moest daarbij denken aan ‘Let
it be’ van Paul Mc Cartney. Ook een boodschap van een overleden moeder aan haar
zoon).Dat is de politieke dimensie van de opera: hoe overwin je een
terroristische daad? Deze gelaagde epiloog voelt zo niet aan als een makkelijk
happy- end, maar als een gebaar van troost, als verweer tegen het absolute
kwaad.
Bij deze rijke stof schreef Kaija Saariaho een
even rijke partituur. Haar idioom is niet agressief, maar kleurrijk; met een rijke
schakering aan emoties. Het orkest levert constante commentaar op de actie. Ze heeft scherp getekende dramatische frases geschreven. Omdat het verhaal zich deels afspeelt
aan een internationale school, gebruikt ze negen talen, zowel gesproken als gezongen.
Sommige rollen, zoals die van de Franse
studente, zijn hier inderdaad gesproken. Opmerkelijk is het stemgebruik van Markéta.
Zij dwaalt rond als een geest, met een ijl en heel kwetsbaar stemgebruik dat
ontleend is aan Finse volksmuziek. De oudere lerares (Lucy Shelton) gaat dan
weer van spreken over in zingen. Saariaho mengt deze verschillende idiomen zo
subtiel dat het steeds als volledig organisch overkomt. Het koor – het Estonian
Philharmonic Chamber Choir met koordirigent Lodewijk van der Ree) bevindt zich
achter het toneel. Het is een grote partij, die voortdurend de emotionele kleur
van de situaties aanbrengt. Ook dat is muzikaal én theatraal schitterend.
Zo is Saariaho ’s opera een feest van de stem.
Maar ook een opgave voor de Finse dirigent Susanna Mälkki. Ze kwijt zich
uitstekend van haar taak. De vocale bezetting is van een hoog peil, maar dat verwondert
niet met Magdalena Kozena of Sandrine Piau in belangrijke rollen. De jonge zangeres
Vilma Jää met haar fragiele stem uit de volksmuziek is één van die vele verassende
intrigerende kleuren uit de partituur.
Doorslaggevend is echter de regie van Simon
Stone. Hij weet de complexe plot, met sprongen heen en terug in de tijd -van het
huwelijksfeest naar het drama tien jaar eerder- en de vele bekentenissen en getuigenissen
én boeiend én duidelijk over te brengen. Het is dan ook een kolfje naar de hand
van deze regisseur. Hij stapelde diverse locaties van het verhaal op elkaar,
alsof ze zich in één gebouw bevonden. Onderin de huwelijksfeestzaal, daarboven
een klaslokaal. Er is ook een heuse hotelkeuken, een trap en enkele kamers. Dat
alles staat op een draaitoneel, zodat alle scènes naadloos in elkaar
overvloeien. Dit voor Stone typische decor leent zich bovendien net zo goed
voor groepsacties als voor intieme scenes. Af en toe toont hij beide tegelijk,
wat intrigerende contrasten oplevert. Hij wist alle spelers, van de zangers tot
de vele jonge figuranten, tot een overtuigende, realistisch aandoende
vertolking te brengen. Ook daar zie je de meester aan het werk.
Als je de zaal verlaat blijft het verhaal in je geest rondspoken – je hebt mensen in nood ontmoet, je werd ook gewezen op je sociale verantwoordelijkheid. Ook voel je droefheid omdat je vooral geconfronteerd wordt met de psychologische verwoesting waarmee iedereen in het reine moet komen. Het is een werk dat rechtstreeks tot onze realiteit spreekt. Deze ‘Innocence’ is daarmee een zeldzaam hoogtepunt in het hedendaagse operaleven. Geen wonder dat de opvoering op een warm applaus werd onthaald, met gejuich voor zowel de componiste als de regisseur, die een avond eerder boegeroep moest trotseren na bij zijn ‘Tristan und Isolde’.
Gelukkig zal de voorstelling zijn weg naar een
heel breed publiek vinden, want heel wat operahuizen zijn erbij betrokken. Zo
zal deze productie te zien zijn in Finland, Nederland, Londen en San Francisco.
Ondertussen wordt het werk gestreamd bij Arte concert op 10 juli en blijft hij
later daar nog te zien. Mis deze nieuwe opera niet.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz