BAD WOMAN (Confessions of a white girl) Julie Cafmeyer / Wildlife Protection VZW
Who's that girl, running around with you?
In een solovoorstelling van 80 minuten vertelt Julie Cafmeyer over haar liefdesleven en haar zoektocht naar zichzelf. Of is dat een en hetzelfde? Hoe dan ook: ‘BAD WOMAN (Confessions of a white girl)’ volgt een hobbelig, hilarisch, maar ook ontroerend parcours.

Net als haar eerdere voorstellingen is ook dit stuk van Cafmeyer expliciet autobiografisch en intiem, op het exhibitionistische af. Ook de scenografie volgt een bekend patroon. Ze lijkt sprekend op die van ‘Bombastische liefdesverklaring’: Cafmeyer doet het met een bureautafel, een bureaustoel, een projectiescherm en een laptop. Nieuw is enkel dat Cafmeyer hier verschijnt in sexy badpak.
In ‘Tweespraak’ verklaarde ze eerder aan Marijn Lems dat ze het publiek bij dit stuk voor het eerst niet zittend, maar rechtopstaand zou toespreken. Ik verwacht dus een krachtige, eigenzinnige lecture-performance. Die verwachting komt uit: deze keer hengelt Cafmeyer niet naar de mening van het publiek. Ze vertelt zonder al te veel inmenging van hun kant over haar zoektocht naar zichzelf als vrouw.
Die zoektocht kreeg vorm in reizen naar Myanmar, Rwanda en Wit-Rusland. Stereotiepe opmerkingen en ontluisterende, maar ook onthullende ervaringen werden er haar deel. Een man vond dat ze haar tijd verspilde, omdat ze niet zocht naar een man om te huwen en kinderen mee te baren. Haar gids zag haar als een verwend wicht, en vond dat ze best wat minder egoïstisch en aangenamer in de omgang kon zijn. Haar gastvrouw in een Air bnb kamer maakte haar diets dat je niet naar Rwanda hoeft te vliegen om klaar te komen als een fontein. Dat doe je toch gewoon thuis?
Met veel humor en zelfrelativering neemt Cafmeyer ook haar dagelijkse leven en persoonlijke omgeving onder de loep. Pijnlijke uitspraken van familie en vrienden over haar gewicht en seksleven passeren de revue. Haar verhalen zijn erg herkenbaar: het publiek knikt instemmend en soms kan iemand het niet laten luidop commentaar te geven. Gekke streken of gedurfde uitspraken oogsten zelfs vaak spontaan applaus. Ze maakt duidelijk iets los bij het publiek.
Cafmeyer is ondertussen een mediafiguur geworden en daar kan ze niet omheen. Ze kiest er dan ook voor om haar voor- en tegenstanders een plaats te geven in haar verhaal. Ze haalt enkele lezersbrieven boven die haar werden toegestuurd als antwoord op haar columns in De Morgen en vraagt kijkers om deze aan haar voor te lezen. Sommige brieven zijn ronduit onthutsend, andere dan weer ontroerend. Zo komt de mening van de kijker, net als in haar eerdere stukken, toch weer op de voorgrond, zij het via een omweg.
Toch stelt ze zich in deze voorstelling een pak minder kwetsbaar op. Deze keer regisseert ze het publiek volledig. Zij, en enkel zij bepaalt hoe, wanneer en wie haar die brieven voorleest. Zij bepaalt ook wanneer ze toch de hulp van het publiek inroept. Een of andere kijker mag opdraven als ze ‘voor deze scène een klein ideetje had’, om te assisteren bij de uitbeelding van een kunstwerk, een verhaal of fantasietje.
Als kijker cast Cafmeyer de kijkers zo in vele rollen tegelijk. Als ze je deelgenoot maakt van intieme verhalen en gênante gebeurtenissen bombardeert ze je tot vertrouwenspersoon. Maar als ze kritiek op haar handelwijze aankaart word je ook zelf criticaster. In dit stuk voel je je om beurt mama, papa, vriend of vriendin maar soms ook de bemoeial die geen zaken heeft met wat ze doet of laat. Aan de kijker om niet te snel te oordelen maar de complexiteit van het verhaal van een groeiende en twijfelende vrouw te erkennen.
De ellenlange lijst kritieken die ze aanhaalt, toont bovendien aan hoe moeilijk het voor jonge vrouwen is om zichzelf te vinden als iedereen altijd meteen klaar staat met een mening. Daarin kan ze op veel begrip van het publiek rekenen. Maar het blijft een raadsel waarom ze in de opbouw van haar voorstelling zoveel gehoor aan al die meningen blijft geven. Zowel de reële zoektocht als de enscenering ervan wordt er door gestuurd.
Op zoek naar tekens en signalen neemt ze elk advies ter harte, of het nu van een kunstenares, een dokter of een totale vreemde komt. Nooit vormt ze een eigen besluit. Ze gaat volledig af op de meningen en visies van anderen. Pas wanneer mensen haar, volgens haar anekdotes toch, op het hart drukken dat ze normaal en mooi is en de prins op het witte paard heus wel komt, kan ze het ook werkelijk geloven.
Alhoewel. De sensuele, zelfs expliciet seksuele poses die ze doorheen de voorstelling aanneemt zijn daarbij een ambigue voetnoot. Op handen en knieën, met het achterwerk omhoog, grijnst ze af en toe het publiek toe. Een keer giet ze, gezeten op haar knieën, water over d'r haar en boezem. Wat vertelt ze dan? Steekt ze de draak met een pornografisch beeld van de vrouw? Wil ze choqueren, conformeert ze zich aan wat anderen van haar verlangen. Of moeten we dit lezen als een viering van het vrouwelijke en seksuele lichaam?
Zo blijf je achter met de vraag welke rol Cafmeyer echt vertolkt? Staat ze op podium als zichzelf? De persoonlijke verhalen doen denken van wel maar anderzijds lijkt ze tijdens de voorstelling een stuk minder zelfzeker en dominant dan ze zichzelf in de media portretteert.
Dramaturgisch ontstaat hier zo een vreemde spanning. Enerzijds houdt Cafmeyer de touwtjes zelf strak in handen. In badpak, rechtop, gaat ze zelfzeker de confrontatie aan met haar publiek. Maar anderzijds lijkt het zoekende jonge meisje nooit ver weg. Deze besluiteloosheid maakt deze voorstelling voor een heel breed publiek toegankelijk maar ik blijf toch hunkeren naar een verhaal van een sterke, dominante vrouw die wel weet wat ze wil en waar ze heen wil, al is het maar voor even. Ik kijk er alvast naar uit in een volgende voorstelling.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz