Please Don’t Laugh Tristero
Een lach en een banaan
‘Please Don’t Laugh’ balanceert exact op het evenwichtspunt tussen doen glimlachen en laten knarsetanden. Als je de zaal instapt bij toneelgezelschap Tristero weet je al dat je licht absurdistisch theater wacht. Dat geeft een heel specifiek plezier: achteroverleunen en stil de onvolmaakte mens observeren. Dat zorgt niet voor grote lachsalvo’s, maar het werkt wel louterend.

Op een verder leeg podium loopt een groot wit scherm dat over de speelvloer naar de zaal toe breder uitloopt. Op dat scherm verschijnt eerst tekst, in Nederlands en Frans. Rustig, zin voor zin. Alsof ze de jachtige toeschouwer eerst en vooral tot zichzelf moeten doen komen. Velen haastten zich naar hier, op een doordeweekse donderdagavond, in de regen en langs trams en auto’s door een drukke straat in Schaarbeek. Om goed te kunnen kijken, moet je eerst vertragen.
“In tegenstelling tot wat men vaak denkt…” verschijnt telkens op het canvas met daarna een uitspraak. Eerst een reeks feiten over memes, gevolgd door een resem contra-intuïtieve wetenswaardigheden over …de banaan.
Dan komt Youri Dirkx op en meet op z’n dooie gemak de achterwand, in zijn zo typische stijl. Ik-speel-dat-ik-niet-speel. Zwarte pet, zwarte broek, blauw werkmanvestje. Terwijl het publiek nog meer overpeinzingen en weetjes leest, schroeft hij behoedzaam een houten kist open. Een tweede identiek geklede klusjesman, acteur Egon Schoelynck, verschijnt en klikt laserapparatuur op een uitschuifbaar statief. Ze bestuderen nauwgezet de handleiding die bij de kist hoort, meten de exacte plek op, en plakken dan met de allergrootste zorg – als betrof het een fragiel kunstwerk – met duct tape een banaan tegen de witte muur. Alles gebeurt uiterst langzaam. Tergend langzaam, zeg maar. Zoals het er in het echt aan toegaat, allicht. Geen versneld gespeelde scène. Bij het Brussels gezelschap gaat het hem net daarom: tonen wat normaal weggemoffeld wordt. Of het nu gaat om het manipuleren van een banaan of om de wereld te laten zien zoals hij is. En dan opeens hangt ze daar, als een icoon: de fameuze ‘Comedian’, een echte banaan en een kunstwerk van Maurizio Cattelan. Of toch een perfecte kopie ervan.
Die eerste scène vormt de aanzet voor een hele reeks wetenswaardigheden rond de bekende gele vrucht. Om er maar twee van te verklappen: de banaan is het meest gegeten fruit ter wereld. Jaarlijks worden er 250 miljard van geconsumeerd. Meteen krijgen we ook de donkere kant ervan meegedeeld over kapitalistische uitpersing, zwaar pesticidegebruik en andere politiek dubieuze verhalen. Ook die feiten verschijnen uitgeschreven of als videobeelden op het scherm.
Maar het gaat Tristero niet alleen om die bananen. Achter de gele bes (de banaan is een bes! leren we ook) poken ze een andere heikel thema op, dat van de humor. Hoe zit het daarmee, vragen ze zich af, in de zwarte tijden waarin we leven? Kan humor onze angst of woede nog enigszins ontwapenen? Mag een schaterlach nog uitbarsten? Durven we nog grinniken om polariserend gekissebis?
Hoe verwoed de acteurs ook blijven zoeken naar lichtheid, telkens weer botsen ze op de zelfkant van hun grollen.
Bij elke nieuwe poging om het publiek aan het schateren te brengen, vertrekt de lach in ‘Please Don’t Laugh’ zich telkens weer tot een weifelende grijns. Je beseft ongemakkelijk dat je nooit stilstond bij het onrecht dat verbonden is met de teelt van zo’n vrucht. Alle bezwaren die terecht tegen de vleesindustrie aangedragen worden -– het gaat om een vernietigende business – gelden evengoed voor de banaan, blijkt. Alleen hebben zij hun vrolijke, ecologische en gezonde imago mee. Een beetje zoals de eekhoorntjes die we omwille van die lieflijke pluimstaart schaamteloos onderscheiden van dat ander ongedierte, de vieze ratten.
Hoe verwoed de acteurs ook blijven zoeken naar lichtheid, telkens weer botsen ze op de zelfkant van hun grollen. Een bananenballet moet de sombere gedachten op de speelvloer oplichten. Weer zo typisch Tristero. Alleen al om hun aandoenlijke antihelden als personages wil je die voorstellingen zien. Drie mannen of a certain age -Peter Vandenbempt komt er nu ook bij - huppelen doodernstig rond in de mooiste bananenkostuums ooit: drie wat overrijpe en dus her en der bruinig kleurende zacht gelige kromme worsten, met hun steeltje langs onder en naar voren uitstekend. Reddeloos knullig. En daarmee menselijk, al te menselijk.
Wat kan je nog aanpakken met humor in deze tijden van oorlog, ecologische dreiging, en Trump als president van de V.S.? Wat mag je nog uithalen om je publiek aan het lachen te maken? Het zijn serieuze vragen. Het smeuïge en groteske bananenverhaal over de verkoop van Cattelans kunstobject komt aan de orde, maar verklap ik hier niet. Tussendoor regent het obligate bananengrappen, maar opvallend genoeg valt ook daarbij moeilijk te lachen. Al hadden we er best zin in. En terwijl de bekende ‘Banana Boat Song’ van Harry Belafonte weerklinkt, rakelt Tristero het gitzwarte verhaal op van de slavenarbeid waarnaar het verwijst. Nee, lachen valt heus niet mee vandaag.
Rest de klassieke bananenschil. In reuzenversie. Grappig is alvast hoe élke toeschouwer ze na afloop even wil betasten. Alsof we niet kunnen geloven dat het geen echte is. De hele voorstelling verloopt al bij al wat te traag - misschien omdat er zoveel tekst te lezen valt. Maar nadrukkelijkheid vraagt om tijd, zodat je niet snel-snel over de materie heen glipt. En dat je toch buitenkomt met de glimlach ligt aan het gevoel dat je de wereld alweer een tikkeltje beter doorziet. Onwetendheid is pas echt een gladde basis.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz