Peekaboo Maxime Dreesen / De Studio
Op cruisetocht naar publiek genot
Hoe ziet een wereld eruit waarin seksualiteit vrijuit kan bloeien, niet geremd door sociale conventies? Is zo’n wereld mogelijk of is het maar een droom? Maxime Dreesen verkent die vraag in ‘Peekaboo’, een theaterervaring die sensualiteit en humor versmelt tot een provocerend schouwspel. Dreesen nodigt de toeschouwers uit om seksualiteit publiek te ervaren en de grenzen ervan te verkennen. Het resultaat is een uitdagend én uitnodigend werk dat balanceert tussen performancekunst, theater en erotisch onderzoek.

De seksuele revolutie van de jaren zestig heeft de westerse wereld onmiskenbaar veranderd. Taboes rond seksualiteit werden doorbroken en individuele vrijheid kwam centraal te staan. Desondanks bleef seksualiteit grotendeels een private, afgeschermde aangelegenheid. De publieke beleving van seks is zeldzaam. Schaamte en bestraffing zwaaien de scepter. ‘Peekaboo’ schuift die beperkingen terzijde en gaat verder ‘where we left off’. De voorstelling maakt seksualiteit publiek en meervoudig – een gedeelde ervaring die even mateloos lieftallig als agressief kan zijn.
De narratieve structuur van ‘Peekaboo’ is een soort dubbele raamvertelling. Twee vertellers scheppen een elk een kader dat het publiek zicht biedt op een tafereel. Aan de ene kant is er Jules, een voice-overgids die het publiek op een hypnotiserende ASMR-trip meeneemt. ASMR of autonomous sennsory meridian response is een tintelend gevoel dat sommige mensen ervaren bij zachte knisperende geluidjes. Sommigen noemen het ‘braingasm’, en dat zegt het wel. De stem van Jules spreekt de toeschouwers direct aan en brengt ze naar een schemerzone tussen waken en dromen. De stem propageert een bijna etherische versmelting van subject en object van verlangen, een seksuele ervaring die de individualiteit overstijgt en een appel doet op wat een collectieve ervaring van seksualiteit zou kunnen zijn.
Nadat het publiek in deze elektriserende doch ontspannen staat is gebracht, neemt Dreesen het zelf bij de hand. Die komt voorzichtig tevoorschijn vanachter één van de opgeblazen vruchten die het decor vormen. Die draagt een molensteenkraag (een kraag van kantstof die als een molensteen heen en weer geplooid is rond de hals, en door de Spanjaarden in de mode kwam tijdens de late renaissance). Die debiteert diens tekst met rijm en ritme. Is die een soort bard, een figuur als Shakespeare? Of een Hieronymus Bosch met een glitterbroek en kniehoge laarzen? De ambigue verteller brengt alleszins een raamvertelling, een verteltechniek die vaak gehanteerd werd in de renaissance. De figuur van Dreesen deelt met enige ironie mee dat ‘je’ vandaag niet kan cruisen. Opnieuw: door het publiek aan te spreken als ‘je’ transformeert Dreesen ‘Peekaboo’ tot een collectieve seksfantasie.
Onmiddellijk daarna ontkent de bard echter dat cruisen niet meer kan: het mag en kan niet, maar je wil wel en dus… doe je het toch gewoon! Vervolgens roept die ‘Peekaboo’ . Dat woord tovert meteen een schijnbaar lieflijk tafereeltje tot leven. Dat is de cruisetocht: een zoektocht naar vluchtige, vaak anonieme seksuele ontmoetingen in publieke ruimtes, zoals parken, toiletten of parkeerplaatsen. De praktijk draait om subtiele signalen zoals de ‘handy code’, een sjaaltje dat seksuele voorkeuren aangeeft. Er heersen stilzwijgende afspraken en het draait om de spanning van het onverwachte. Cruisen vervangt expliciete communicatie door een gedeelde code, een spel van blikken, gebaren en nabijheid. Ingewijden herkennen die codes onmiddellijk in ‘Peekaboo’.
Drie performers (Drag Couenne, Courtney May Robertson, en Birame) verkennen hun seksuele fantasieën. Hun gezamenlijke cruiseavontuur begint als een onschuldig kinderspel – na het eerste spelletje ‘peekaboo’ schakelen ze over naar schaar-steen-papier. De winnaar wordt door de anderen telkens getrakteerd op een kietelpartij. De aanrakingen zijn aanvankelijk erotisch en symbolisch. Gaandeweg maken die aanrakingen plaats voor meer zintuiglijke en fysieke uitingen, die steeds ruwer worden. Zo ruw dat ze bij een kijker soms zelfs afschuw oproepen, bijvoorbeeld wanneer de performers plezier scheppen in elkaar te bespuwen of pretenderen elkaars uitwerpselen met smaak te verorberen. Dat alles schept een fascinerend spanningsveld: terwijl de performers op het podium opgaan in hun steeds extremere verlangens vervreemden ze zich tegelijk van het publiek door de aard van die verlangens en de afstand die de vertelling schept. Toch zijn die verlangens de onze… want ja, ze zijn aan onze fantasie ontsproten. Deze voorstelling heeft de afstand en nabijheid van het publiek nodig om de seksuele fantasieën aanvaardbaar te maken op de scène. Een spel van aantrekken en afstoten, zo je wil.
'Peekaboo' is een subtiel pleidooi voor nieuwsgierigheid, opwinding en experiment.
Muziek speelt een cruciale rol om zowel die afstand én verbinding te scheppen. De performers verbreken af en toe de stilte om in gezang uit te barsten. Birame zingt bijvoorbeeld op aandoenlijke wijze ‘We’re just aliens who want to be touched’. Via de liedteksten geven de performers dus stem aan het verlangen naar verbinding. De muziek zorgt voor lichtheid en luchtigheid in de dynamiek van de voorstelling. Die lichtheid zit ook in zinspelingen als "Anusthing is pussible". Het noodzakelijke zoete laagje dat de expliciete inhoud van sommige getoonde handelingen op scène onder bloemetjes en bijtjes bedekt.
De scenografie van ‘Peekaboo’ roept associaties op met Bosch’ Tuin der Lusten. Vruchten worden gepenetreerd en penetreren terug, personages zijn speelse wezens die vreemd maar herkenbaar zijn. ‘Peekaboo’ is echter tegelijk een nostalgische terugblik naar een verloren paradijs dat nooit bestaan heeft én een visioen van een utopische toekomst die niet helemaal wenselijk is, waarin erg diverse seksuele verlangens vrijuit worden geuit en gevierd in de openbare ruimte. Die ambiguïteit ten opzichte van het gepresenteerde tafereel kenmerkt kortom de hele voorstelling.
Net wanneer de utopie op zijn extreemst is en het publiek door de voice-over naar een orgasme geleid wordt, maakt de komst van een politieagent – een rol van dj Benne Dousselaere – de spanning voelbaar. Dit dreigende element, dat de symbolische onderdrukking van seksuele vrijheid representeert, wordt echter op kolderieke wijze omgebogen. De agent wordt verleid. In plaats van een einde te maken aan het feest, voegt hij zich bij de performers in een absurde scène. Het ondermijnt de autoriteit en zet het idee van controle volledig op zijn kop.
Maxime Dreesen toont in deze voorstelling opnieuw diens vermogen om seksualiteit met speelsheid en nuance te benaderen. ‘Peekaboo’ is een meesterlijk collectief onderzoek naar de grenzen van openlijke seksuele beleving, naar manieren om het te presenteren en te representeren in het theater. Het is tegelijk een subtiel pleidooi voor nieuwsgierigheid, opwinding en experiment. Met ‘Peekaboo’ slaagt Dreesen er alleszins in om het publiek weer dat tikkeltje meer seksueel geletterd te maken en te laten reflecteren op de eigen grenzen, oordelen en verlangens. Met de kinky fysieke comedy, camp musical, en lijfelijke poëzie, plaatst Dreesen zich als een unieke en klare stem in het hedendaagse theaterlandschap.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz