Toneel

De paradox van Bertrand Russell Bill Barberis / Peter De Graef / Thomas Janssens / Tanya Zabarylo

De ruiter en de olifant

‘De paradox van Bertrand Russel‘ is een stuk waarbij je het meer dan eens koud om het hart krijgt. Dit stuk van Bill Barberis, Peter De Graef, Thomas Janssens en Tanya Zabarylo vertrekt bij de bizarre levensloop van de Engelse filosoof en wiskundige om uit te komen bij een haast akelig beeld van de manier waarop mensen vandaag met elkaar omgaan in naam van het grote, rationele gelijk. 

Uitgelicht door Pieter T’Jonck
De paradox van Bertrand Russell
Pieter T’Jonck College Oostende, in het kader van TAZ #2022 meer info download PDF
06 augustus 2022

De paradox’ gaat nogal vrij om met de historische werkelijkheid. Dat merkte ik toen ik Bertrand Russell googlede. Deze Nobelprijswinnaar literatuur was uiteraard een vooraanstaand filosoof en wiskundige. Als wiskundige hebben we aan hem de ‘paradox van Russel’ te danken. Hij toonde aan dat de ‘naïeve’ verzamelingenleer, die stelt dat elke verzameling ook zichzelf bevat, logisch inconsistent is. Over die specifieke paradox gaat het echter niet in dit stuk. Het gaat over die andere paradox die bevat zit in het gezegde dat de weg naar de hal geplaveid is met goede voornemens. Van die goede voornemens liep Russel, net als zijn tweede, 22 jaar jongere, vrouw Dora Black over, maar toch was zijn persoonlijk leven een behoorlijke puinhoop.

Russell had namelijk een rotsvast geloof in logica en rationaliteit als basis voor een ethisch bestaan. Om die reden streed hij onverdroten tegen oorlog en richtte hij, samen met Black, een school op die kinderen een verlichte educatie zou bieden. Dora Black was zelf een onversneden activiste avant la lettre. Ze streed voor vrouwenrechten, en in het bijzonder voor het recht en zelfs de plicht tot anticonceptie. Het echtpaar kreeg een paar kinderen, waarvan de oudste, John, later als schizofreen zou gediagnosticeerd worden.  Die John kreeg op zijn beurt drie kinderen met ene Susan Doniphan Lindsay. Het derde kind; Lucy, kwam onder de hoede van grootvader Bertrand toen bleek dat haar ouders de zorg ervoor ­ naar zijn mening toch ­ niet aankonden. Ondanks de voorbeeldige opvoeding die het kreeg pleegde het echter op 26-jarige leeftijd zelfmoord door zichzelf in brand te steken.

In de voorstelling staat John, een rol van Bill Barberis centraal. Hij opent de voorstelling met een lofzang op een in zijn ogen perfecte vrouw. Die perfectie heeft nochtans zijn nadelen, want die geliefde, gespeeld door Tanya Zabarylo, heeft een dwangmatige drang om alles ‘anders’ en ‘beter dan de rest’ te doen. Het begint er al mee dat ze pleit voor een open huwelijk, iets waarvan John de zin niet meteen kan vatten. Al snel blijkt dat di soort vooruitstrevende gedachten vooral een alibi zijn voor een over-ontwikkeld zelfbewustzijn, dat haar doet geloven dat haar daden altijd en overal de wereld moeten redden.

Dat opgeblazen ego krijgt een narcistisch en wreedaardig trekje in haar omgang met haar kind Lucy. Eerst onthoudt ze het aandacht, omdat het zo d’r persoonlijkheid zou trainen. John heeft moeite met de redenering, maar laat haar begaan. Kort daarop besluit ze dat het beter is om de zuigeling meteen te steriliseren. In het licht van de klimaatcrisis is het immers, volgens haar, niet meer gepermitteerd om nog kinderen op de wereld te zetten. Als John tegensputtert zegt ze botweg dat het te laat is om van gedacht te veranderen, omdat er al een cameraploeg besteld is die het gebeuren zal filmen. Plots rijzen zo nogal wat vragen over haar ware intenties.

Dit personage is zeker deels geïnspireerd op Dora, en veel minder op de echte vrouw van John, die, net als John zelf, mentaal instabiel was. Die Dora was er, net als Bertrand Russell, van overtuigd dat haar handelwijze en overtuigingen zuiver rationeel waren. Toen ze op basis van haar rationeel-libertijnse opvattingen kinderen kreeg bij een vriend, leidde dat echter toch, na veel gehannes, tot een breuk tussen Russell en Black. Hun verlichte denken botste dan plots op emoties en noden die niet te rationaliseren vallen.

Het opmerkelijke is echter: de spelers vertalen dillema’s en vraagstukken uit de periode rond WO II naar vraagstukken van vandaag. Dat zullen ze bij herhaling doen, ook als Bertrand Russell zelf erbij komt. Het is een indrukwekkende rol van Peter De Graef. De grote filosoof met de open, rationele geest verschijnt hier als een naargeestige, bekrompen man, die geen ander standpunt dan het zijne kan aanvaarden. Het begint er al mee dat hij zijn zoon op de rooster legt over zijn gebrek aan daadkracht. ‘Wat doe jij nu eigenlijk de hele dag?’ De zoon geeft aan dat hij werkt aan een boek, gebaseerd op ideeën van de Amerikaanse psycholoog Jonathan Haidt. Die stelt dat rationaliteit lijkt op de ruiter die een olifant bestuurt. De olifant staat voor emoties en passies. Het is die olifant die bepaalt welke kant het op gaat. De ruiter doet alleen alsof hij de baas is, maar rationaliseert alleen achteraf wat de olifant koos te doen. (Overigens: ook dit is een anachronisme van formaat, want Haidt is pas geboren in 1963). Op een schokkende, extreem kwetsende manier veegt de vader alles van tafel: ‘Een Amerikaanse psycholoog, dat is een tautologie, of anders een ander woord voor kwakzalver’. Op dezelfde ongevoelige manier duwt hij zijn zoon langzaam richting psychiatrie, uiteraard op louter rationele gronden, en gooit hij zijn schoondochter het huis uit. Hij neemt de voogdij over Lucy over.

Het verhaal stoomt van daar af in sneltreinvaart naar zijn conclusie. De kleine Lucy, een dubbelrol van Zabarylo, is een schattig kind, maar verliest zich als tiener in drank, drugs en seks met vreemden. Russell kan het niet verdragen en onterft haar, net als zijn zoon. Allemaal rationeel, denkt hij toch. De notaris die hij raadpleegt (De Graef roept het personage op in een telefoongesprek) wijst er hem echter op dat testamenten niet dienen om de levenden in het gareel te houden, en ook niet bij elke gril kunnen wijzigen. Maar Russell blijft doof voor wat de notaris hem diets maakt. Tot dan het bericht komt dat zijn kleindochter zichzelf in brand gestoken heeft.

Ik kreeg het meer dan koud van het personage dat De Graef hier neerzet. Zijn hoge, wat schorre en scherpe stem snijdt als een mes de weerloze zoon aan stukken. Het is verbluffend hoe De Graef de verblinding waaronder de filosoof leidt tastbaar maakt. Je zou hem bijna willen smeken om er asjeblieft mee op te houden. Maar hij gaat door, en door en door. Tot de zoon woedend begint te brullen en zijn ukelele, waar hij troost uit haalt, aan stukken slaat. Op dat moment wordt ook Barberis, die tot dan toe eerder terughoudend speelde, een personage van vlees en bloed. Ook Zabarylo is, als de navelstaarderige moeder en geliefde, soms haast schrikwekkend in haar meedogenloze narcistische logica.

‘De paradox van Bertrand Russell’ groeit zo uit tot een prangend beeld van de valkuilen van rationeel denken. Wat als het een alibi is voor gloeiend narcisme? Het geeft voedsel aan Jonathan Haidt’s parabel van de ruiter en de olifant.

Blijft over: de intrigerende vraag waarom de makers van dit stuk (de tekst is van Thomas Janssens, i.s.m. Peter De Graef) zo vrijpostig omgaan met de feitelijke historische data die je met enige moeite kan terugvinden (o.a. in dit interessante artikel https://brickmag.com/the-reasoning-heart/ ). Waarom worden de klimaatcrisis, de Brexit en veel andere hedendaagse hete hangijzers in het verhaal verwerkt.

Ik heb zo’n vermoeden dat de makers met dit stuk op een verkapte manier een commentaar formuleren op de woke rage: de curieuze drang om alles wat historisch fout gelopen is of nu fout loopt meteen, sito presto, en hardhandig recht te zetten in naam van een verlicht denken. Dat blijkt maar al te vaak op zijn eigen grenzen te stoten als aannames ongegrond blijken, voortreffelijke gedachten dubieus van oorsprong en rationele conclusies onwenselijk of onmogelijk. De wereld is geen mechaniekje dat je precies kan afregelen, en relaties tussen mensen zijn dat nog veel minder. De wereld, en zijn menselijke bewoners, barsten van de paradoxen. De paradox van Russell was dat hij die paradox niet kon aanvaarden. Maar doen wij het zoveel beter? 

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Abonneren Login