Toneel

Lawrence of Arabia - zevenentwintig scenes die nog misten in de film Sadettin Kirmiziyüz & Marjolijn Van Heemstra

Wil de echte T.E. Lawrence nu opstaan?

‘Lawrence of Arabia’, met de toen nog onbekende Peter O’Toole in de hoofdrol, is een monument van de filmgeschiedenis. Maar ook een monument van geschiedvervalsing. Dat onthullen Sadettin Kirmiziyüz en Marjolijn van Heemstra in hun toneelversie. Deze sarcastische parodie werpt een heel ander licht op de Britse acties in het Midden-Oosten tijdens WOI. Maar in hun ijver om de waarheid te tonen struikelen de acteurs wel eens over die ene grap teveel. 

Lawrence of Arabia - zevenentwintig scenes die nog misten in de film
Pieter T’Jonck Monty, Antwerpen
26 oktober 2019

Het decor van deze enscenering is een grap op zich. Doeken met gestileerde afbeeldingen van de woestijn hangen losjes voor elkaar op het podium, als houtje-touwtje coulissen. De spelers kunnen er van links, rechts of in het midden tussen opduiken. Even knullig zijn de kostuums: ze zijn in elkaar geflanst met lakens, karton en ready-made stukken zoals bodysuits met een Palestijns motief of een broek met camouflagekleuren. Het ziet er uit als een stel kinderen die voor de lol de film naspelen.

Zo begint ook het stuk: je ziet een persiflage op de filmscène waarin de trein van Damascus naar Medina overvallen wordt, een cruciaal moment in de strijd van de Arabieren tegen de Ottomanen. Pip Lucas, Giovanni Brand en Alidtcha Binazon -de ene uitgedost als Lawrence, de twee anderen als zijn Arabische tegenhangers in de film, geven er in krom Neder-Engels een even kromme uitleg bij.

Kirmiziyüz zet echter -als leider van dit trio jonge acteurs- de puntjes op de i. Hij doet dat veel ernstiger, zelfs verontwaardigd. Die film, zo legt hij uit, is een mystificatie, die uitsluitend het Britse perspectief op de Arabische bevrijdingsstrijd tegen Turken en Duitsers tijdens WO I weergeeft.

Dat moment laat voor het eerst de eigenaardige evenwichtsoefening tussen parodie en bloedige ernst zien die het hele stuk kenmerkt. Want wat Kirmiziyüz beweert klopt helemaal: de Britse (en Franse) bemoeienissen met de Arabische bevrijdingsstrijd legden de basis voor de ellende die het Midden-Oosten nog steeds teistert.

Het was zelfs vooral het westen dat de kiemen zaaide voor het fundamentalisme dat we nu aan de Arabische wereld en de Islam toeschrijven. Er zijn dus heel andere perspectieven mogelijk op het verhaal van T.E. Lawrence, en die klinken veel minder fraai of zelfs maar heldhaftig.

Dat gaan de vier acteurs nu dus een aantonen, in een reeks alternative takes. 27 worden het er, die telkens met een cijferbordje, als bij een filmopname, aangekondigd worden. Vandaar de titel van het stuk: 'Lawrence of Arabia: zevenentwintig scenes die nog misten in de film'. Omdat we nu eenmaal in tijden leven die door het wazige begrip ‘identiteit’ behekst lijken moet het echter eerst ook even gaan over de ‘identiteit’ van de spelers zelf.

Er zijn heel andere perspectieven mogelijk op de 'bevrijdingsstrijd' van T.E. Lawrence

Lucas komt uit het Oosten van Nederland, maar blijkt later 54% Scandinavische genen te hebben. Binazon werd geboren in Bilthoven, maar haar ouders kwamen uit Benin. Brand stamt dan weer van woonwagenbewoners af. En Kirmiziyüz, weten we sinds zijn vorige solovoorstellingen, worstelt al zijn leven lang met zijn gemengde Turks-Nederlandse identiteit. Zelfs de cast biedt dus al aanleidingen te over om ‘anders’ te kijken naar het verhaal van ‘Lawrence of Arabia’ dan de film het zou willen. Om niet te zeggen: de voorstelling wil de film, met zijn ééndimensionale kijk op de geschiedenis van het Midden-Oosten ridiculiseren. Vandaar: zowel grappen en grollen als bloedige ernst.

Het goede is: je komt heel wat te weten over deze geschiedenis. Hoe de avonturier-journalist Lowell Thomas van Lawrence een held maakte (en daar zelf schatrijk van werd). Hoe Lawrence intieme relaties onderhield met Dahoum, maar hem dan toch maar mooi liet stikken. Hoe de Britse Gertrude Bell een doorslaggevende rol speelde in de overwinning van Arabieren en Britten, maar achteraf naar de coulissen van de geschiedenis verwezen werd. En tenslotte: hoe het verdrag van Sykes-Picot de Arabieren na de strijd tot speelbal van de koloniale mogendheden reduceerde.

Het nadeel is: alles wordt in een rotvaart verteld, ten koste van historische nuance. Bovendien vertroebelen 'persoonlijke' bedenkingen van de spelers het verhaal. Brand wil bijvoorbeeld met alle macht het perspectief van de kameel binnen brengen. Hilarisch, maar niet zo pertinent als het kort ervoor ging over truffelboeren die door IS afgeslacht werden, alleen maar omdat ze zich op de verkeerde plek -de Syrisch-Iraakse grens- bevonden. Kirmiziyüz wil het dan weer hebben over de gêne die hij als kind ervoer na het zien van de film, waarin Turken de slechterik zijn.

Een consistent verhaal over de desastreuze impact die WO I op de Arabische wereld had wordt deze voorstelling daardoor niet. Toch heeft ze haar verdiensten. Ze stipt aan dat het laatste woord over die geschiedenis niet verteld is. Maar vooral toont ze aan hoe moeilijk het is om zich daartoe nog te verhouden in een diverse samenleving als de huidige West-Europese, met zijn kakafonie van ‘verhalen’, ‘overtuigingen’ en ‘identiteiten’ die elke heldere begripsvorming in de weg staan.

Dit gaat -ook- over de verwarring waar (jonge) mensen in het Westen onder lijden. Er is een schuld, zoveel is duidelijk. Maar wiens schuld is dat dan eigenlijk? Wat heb je daar zelf mee te maken? Wiens kamp kies je? Wat is finaal de ware toedracht?

Die verwarring wordt precies geduid in de laatste scène. Kirmiziyüz vertelt over een miljardenproject dat de Arabische woestijn tot een mega-pretpark moet omtoveren. Over de vele anonieme lijken heen die daar onder het zand liggen. Dat is de situatie: alles wordt entertainment. Hoe kan er dan nog een einde komen aan de helse cyclus van moord en doodslag die sinds WO I zijn spoor trok door het Midden-Oosten?

Die vraag had met wat meer precisie en wat minder grappen gesteld kunnen worden. Maar ze is gesteld. 

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login