Quichotte Gwenaël Morin
Theater op de dool
Op het Festival van Avignon ontdek je elk jaar wel een paar uitzonderlijke voorstellingen, maar diepe teleurstellingen zijn ook een occupational hazard op dit festival. ‘Quichotte’ van Gwenaël Morin was er zo één. Hij is één van die Franse theatermakers die het theater wel zouden willen ‘vernieuwen’ door een nieuwe ‘eenvoud’, een terugkeer naar de essentie, maar zo verknocht (of geketend) lijkt aan de traditie dat zijn missie lijkt op die van een honderdjarige die per se de dans wil leiden op een raveparty. Zelfs een topactrice als Jeanne Balibar brengt dan geen soelaas.Het is uiteraard niet niets om de zowat duizend bladzijden die de ‘Don Quichotte’ van Miguel de Cervantes (1605) telt in te dikken tot een voorstelling van zo’n twee uur. Morin prent het ons in met een wand waarop de hele tekst in fac simile, bladzijde per bladzijde, gekleefd is. Hij maakte het zich nog moeilijker door afstand te doen van quasi alle mogelijkheden van de klassieke scène. De voorstelling speelt zich af in de tuin van het ‘Maison Jean Vilar’, het hart van het festival. Daar moet hij het doen met een tentzeil, een lichtmast en een hoop kartonnen attributen die Jeanne Balibar omtoveren van een vrouw in nachtkleed tot een gekke dolende ridder.
De voorstelling opent veelbelovend. Marie-Noëlle, een non-binaire acteur met lang wit haar, komt ons op bijna verontschuldigende toon vertellen waar het deze avond over zal gaan. Hun doet alsof hun zelf maar half thuis is in de materie, want hun moet regelmatig spieken van een tekstbrochure. Als om te zeggen dat dit verhaal gewoon te gek is voor woorden. Het lijkt op de manier waarop Maatschappij Discordia of tg Stan misschien met zo’n tekst zouden omgaan. Later speelt hij ook halfhartig de rol van Rossinante, de knol van Don Quichotte.
Geestig is zeker de manier waarop Balibar daarna haar rol opneemt. Ze stort zich met een uitzinnige blik in de rol van de verlopen edelman die zich een kostuum van dolende ridder in elkaar flanst met kartonnen dozen en stokken. Thierry Dupont, een opmerkelijk kleine, gedrongen man met wilde krullen vervoegt hen als de Sancho Panza van dienst. Hij treft het karakter van het personage perfect: de wat opportunistische, maar goedhartige pachter die met stijgende verbazing en onrust ziet dat zijn nieuwe baas een halve gek is. Léo Martin (die Morin zelf verving op de avond die ik volgde) is de ezel van Sancho Panza en manusje van alles.
Ze zijn steeds minder acteurs die hun personage bevragen, en steeds meer de kapstok waaraan een mooi versierde tekst opgehangen werd.
Het vreemde is dat de acteurs na korte tijd haast als vanzelf verglijden in een vertolking à la française van de personages van Cervantes, zij het met minimale middelen. Ze zijn steeds minder acteurs die hun personage bevragen, en steeds meer de kapstok waaraan een mooi versierde tekst opgehangen werd. Typisch is bijvoorbeeld het verschil tussen de manier waarop Thierry Dupont en Marie-Noëlle de klassieke trope van de terzijde inzetten. Met Thierry Dupont, als Sancho Panza, zitten we in het genre van het melodrama als hij het publiek aanspoort om te molenwieken, om zo de arme Don Quichotte af te leiden van groter onheil. Marie-Noëlle gebruikt/misbruikt de figuur dan weer voor een oeverloze meta-reflectie over de laat-hoofse Spaanse ridderromans die Don Quichotte het hoofd op hol brachten.
Hoewel beiden dat met verve doen ontgaat je steeds meer wat Morin ons diets wil maken, of waarom dit verhaal nog steeds onze aandacht zou verdienen. Het programma legt dan wel uit dat Cervantes toont hoe woorden de werkelijkheid vertekenen en zo veel ellende veroorzaken (overigens geen bijster originele gedachte), maar deze gedachte, noch enige andere, dringt zich tijdens het spel onontkoombaar op. Zelfs de fascinerende strapatsen van Balibar konden zo niet verhinderen dat ik me stierlijk ging vervelen. Jammer.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz