Swallow Me Whole Flora Van Canneyt
Ik ben niet gek, jij bent gek
'Swallow Me Whole' van Flora Van Canneyt ontleent zijn verhaal aan de roman ‘Annihilation’ van Jeff VanderMeer. De herwerking die ze schreef met Ans Van Gasse wil zoeken naar de grenzen van wat ze een collectieve verbeelding noemen. Hoe kunnen we ons een plaats inbeelden die er niet is? Hoe vaak kan een personage zijn verhaal veranderen, hoe verwarrend kunnen hun verhalen klinken voor de collectieve verbeelding in duigen valt? Naast die boeiende vragen laten de twee me als toeschouwer onbedoeld een andere ontdekking doen: als het verhaal te onwaarschijnlijk wordt, twijfel je niet meer aan jezelf, maar aan het mentale welzijn van het personage.
Flora Van Canneyt zit op haar hurken in het midden van de zaal, half met haar rug naar het publiek. Ze schrijft wat in een schriftje en lijkt de ruwe muur van de Kaaistudio’s te analyseren. Ze draagt een witte broek en een wit petje. Met die vlekgevoelige kledij vertrekt ze op avontuur. Ze begint met de beschrijving van een plaats die ooit mooi moet geweest zijn, maar nu aan alle kanten rot en in verval is. Area X noemt het personage die plaats, maar voor de toeschouwers is het al snel duidelijk dat het om deze wereld moet gaan, na een finale ecologische ramp.
Doorheen het stuk vertelt ze meermaals waarom ze marien bioloog geworden is. Telkens herinnert ze zich het zwembad in haar tuin uit haar kindertijd, dat zo lang slecht onderhouden werd dat er een heel eigen leven in ging ontstaan. Doorheen haar herhalingen blijft haar verhaal nooit standvastig. Het ene moment beschrijft ze hoe zwarte salamanders er hun leven maken, een andere keer zijn het vissen en kreeften. Zelfs een octopus vestigde er zich, wat zou moeten verwijzen naar de al te populaire Netflix-documentaire ‘My Octopus Teacher’, waarin de Zuid Afrikaanse filmmaker Craigh Foster elke dag uren aan een stuk zijn ‘vriendschap’ met een octopus verfilmde. Ook de grootte van het zwembad verandert bij elke nieuwe iteratie. Soms gaat het om een ‘kiddy-pool’, een klein plastiek opblaasbadje, soms neemt het de proporties van een volwaardig zwembad aan.
Dan ziet Van Canneyt iets vreemds glitteren onder het vloertje waar een deel van de toeschouwers op zit. Ze haalt het podium uit elkaar, waardoor een deel van het publiek een nieuwe plek moet zoeken. Ze ontdekt er wat gloeiende, vaag gekleurde golfjes. Eerst stellen ze volgens Van Canneyt nog paddenstoelen voor. Over paddenstoelen gaat het hier vaak. Zo beweert ze ook hoe mycelium (een netwerk van schimmeldraden) alle levende en dode materie op de planeet met elkaar zou verbinden. Ze vraagt zich af wat het betekent om dood te zijn als de dode organische materie nog lange tijd verder leeft als bouwstenen voor een ander organisme, zoals dat bij planten het geval is. Vanaf welke staat van ontbinding zijn zij, zijn wij echt dood?
Flora Van Canneyt speelt zonder aarzelen en erg overtuigend een vreemde vrouw in een vreemde toekomst. Maar het opzet om de limieten van de verbeelding uit te dagen slaagt niet helemaal.
Even later moet het gloeiend gat in de vloer ook een ondergrondse 'toren' representeren, met wanden opgetrokken uit hersencellen. Terwijl ze in haar verbeelding in de toren kruipt zegt ze: “We can’t trust our senses, perceptions work in large part by expectations” en introduceert zo het tweede thema van de voorstelling. Als publiek word je meegezogen in het verhaal dat een acteur voor je verzint, zonder dat je daar echt bij stil blijft staan. Van die collectieve verbeelding wil 'Swallow Me Whole' net de grenzen opzoeken. Hoeveel kan Van Canneyt veranderen aan haar verhaal, hoe ongeloofwaardig kan het worden voor je als publiek afhaakt?
Dat onderzoek begint al bij de verbeelding die je als toeschouwer moet op brengen. 'Swallow Me Whole' ging door in een klein zaaltje naast het café van de Kaaistudio’s. Op het eerste gezicht lijkt het een onschuldige ruimte: bakstenen wanden met littekens van oude bogen en buitengevels geven net genoeg aanleiding om je ergens concreet aanwezig te voelen. met enige fantasie is het een oude stad. Toch vormt het zaaltje misschien niet de ideale setting voor dit stuk. Aan de ene kant staat er een schouw in de weg, waardoor een deel van het publiek een heel stuk van de voorstelling moest missen. Aan de andere kant had het stuk misschien meer baat gehad bij een steriele theaterzaal zonder historische verwijzingen, een ruimte zo leeg dat de toeschouwer niet anders kan dan ze met zijn eigen verbeelding te vullen.
Area X, het hele verhaal van ondergrondse torens en paddenstoelen blijkt - pas na wat zoekwerk - rechtstreeks uit de roman 'Annihilation' van de Amerikaanse speculatieve fictieschrijver Jeff VanderMeer te komen. Daarin roept hij zeer levendig een wereld op waar een gemuteerde natuur haar rechten terugneemt van de mens. In het verhaal gaat een groepje wetenschappers op onderzoek in Area X, een onbewoond gebied waar de natuur steeds meer de overhand neemt en haar grenzen alsmaar uitbreidt. In dat proces komen de personages een voor een om. Alleen het hoofdpersonage, een marien biologe, overleeft maar vreemde schimmels koloniseren haar lichaam wel. Het verhaal heeft geen eenduidige betekenis, maar geeft je wel een hoogst ongemakkelijk gevoel. Flora Van Canneyt en Ans Van Gasse behielden in hun tekst de elementen en de volgorde van het verhaal, zonder er al te veel uitleg bij te geven. In de monoloog van Van Canneyt lijkt zelfs elke beschrijvende en verklarende passage geschrapt te zijn. In combinatie met een erg snel gesproken Engels en zonder boventiteling, maakt dat het stuk soms erg moeilijk om te volgen.
Flora Van Canneyt speelt weliswaar met vaart en erg overtuigend een vreemde vrouw in een vreemde toekomst. Maar haar opzet om de limieten van de verbeelding uit te dagen slaagt niet helemaal. Van Canneyt beschrijft zo vaak een nieuwe, andere ruimte dat je je al snel niet meer afvraagt of je in haar verbeelde ruimte moet meegaan. Ook de schaalvergrotingen van dat kinderzwembadje doen je niet twijfelen aan je eigen geheugen of wat je je daarbij voorstelt.
Het stuk heeft wel een heel ander, onbedoeld en boeiend effect. In plaats van je individuele verbeelding in vraag te stellen, begin je als toeschouwer door al die verschillende verhalen te twijfelen aan de mentale gezondheid van het personage op scène. De wisselende ruimtes en de schaalvergrotingen doen je twijfelen of de biologe zelf niet helemaal bij haar hoofd is. Des te meer als je de oorspronkelijke tekst van Vandermeer niet kent, en ze op het einde opkomt in een monsterkostuum met haar tot op de grond en vervormde stem. Werd ze volledig overgenomen door paddenstoelen, of slaan bij het personage van Van Canneyt alle stoppen door?
Net als elke krankzinnige brengt ze tussendoor wel boeiende gedachten. Kennis is relatief, poneert ze. Ze verwijst daarmee naar het Münchhausen trilemma, een gedachtenexperiment uit de epistemologie dat – kort gesteld – beweert dat de waarheid altijd op de ene of de andere manier geconstrueerd is, en niet achterhaald kan worden. Daarbij verklaart ze stellig dat mensen niet zouden mogen ingrijpen in de natuur, dat wij geen deel uitmaken van de wereld. Ze bouwt haar argumenten zorgvuldig op, maar toch voelt dit als net iets te kort door de bocht. Hoe je het ook draait of keert, de mens blijft deel uitmaken van de wereld waarin hij leeft, al maakt hij zich graag wijs dat hij erboven staat… Dat bewijst Van Canneyt trouwens ook, als het brein van haar personage overgenomen wordt door de parasieten die zich in haar nestelen. Ongecontroleerd slaat ze tegen de muur, tot ze een kreet slaat die doet denken aan monsters uit het post-apocalyptisch zombiespel ‘The Last Of Us’.
'Swallow Me Whole' wil de limieten van gedeelde verbeelding tarten. Doorheen het verhaal van Area X schetst de voorstelling op zich al een hoopvol beeld van een wereld waar de natuur zijn plaats uiteindelijk wel terugneemt. Maar doordat het personage telkens van verhaal lijkt te veranderen, en het verhaal zelf haast niet te volgen is, toont Flora Van Canneyt nog een andere schoonheid: als de limieten bereikt worden van een opgelegde verbeelding, beschermt je persoonlijke verbeelding je tegen al te veel verwarring.
Genoten van deze recensie?
Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.
Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.
Steun pzazz