Dans / Performance

contr (a / o) vers (e / u) s Âmok/Âmok

Uitputtingsslag met borden

In de voorstelling 'contr (a / o) vers (e /u )s' richten de twee leden van het beginnend gezelschap Âmok/Âmok een fysieke uitputtingsslag aan met en tegen stapels borden. Performer Lore Borremans en componist Adam Vincent Clarke tonen zo dat vrijheid altijd zijn tol eist.

contr (a / o) vers (e / u) s
Jasper Delva Troubleyn Theater
Love at First Sight festival
03 oktober 2020

De voorstelling begint meteen als je de zaal betreedt. Het is er donker. Lore Borremans staat al op het podium. Ze draagt een wit, loszittend jurkje en witte sokken. Ze wordt omringd door hoge stapels borden met daarnaast een paar eveneens witte schoenen. Haar blik treft meteen. Ze staart voor zich uit, geconcentreerd, alsof het binnenkomende publiek haar niets doet. Toch hangt er ook een zekere fragiliteit over haar verschijning: Je voelt dat ze deze voorstelling misschien niet ongeschonden zal overleven.

Adam Vincent Clarke, de muzikale wederhelft van Borremans, is ondertussen al aan het musiceren. Hij zit weggemoffeld zitten naast het podium, maar toch is zijn muziek indringend aanwezig. Onverstaanbaar gefluister van mensen vult de ruimte. Een donkere, angstvallige sfeer hangt als een donderwolk boven de zaal. Het zorgt voor een bedrukkend en ongemakkelijk gevoel.

Dat is de stemming waarin Lore Borremans begint te bewegen. Onopvallend, alsof we het niet mogen merken. Haar schouders en voeten wiegelen wat ongemakkelijk, zonder dat ze van haar plaats komt. Alsof ze geen blijf weet met zichzelf en haar lichaam. Ondertussen blijft het gefluister de ruimte vullen. Gaat het over haar? De stemmen worden luider en luider. Lore Borremans trekt ongemakkelijk aan haar kleed. Haar bewegingen worden nu groter. Ook al blijft ze nog aan de grond genageld, haar armen bewegen doorheen de ruimte. Hoofd en heupen volgen. Ze komt los, terwijl de stemmen naar de achtergrond verdwijnen. Als strijkers de ruimte vullen worden haar gebaren wilder, onverhoedser.

Dan zakt ze door haar knieën tussen de stapels borden. Ze kruipt traag, wat krampachtig vooruit, de blik op de grond. Iets lijkt haar te bedrukken. Haar been kruipt nu over haar arm. Zet ze zichzelf klem? Misschien, maar toch lijkt ze te willen uitbreken uit de benauwde ruimte tussen de borden. Ze baant zich een weg naar de vrijheid voor, achter en naast de stapels borden. Meteen worden haar bewegingen wilder en losser. Maar haar lichaam sputtert tegen: het schudt en trilt tot ze weer op de grond belandt.

Op dat moment verdwijnt ook de klank van strijkers, en hoor je geluiden die uit het Regenwoud lijken te stammen. Horen we daar het gefladder van vogels? Lore Borremans kruipt naar de achterkant van het podium. Ze ontwijkt daarbij behendig de stapels borden en veert recht. Soepel laat ze haar armen en benen nu uitwaaieren, en zo waagt ze zich weer tussen de borden, minder angstvallig dan tevoren. Ze laat zich weer zakken op de grondt en schuift niet langer krampachtig over de vloer. Het is alsof ze zich niet meer laat tegenhouden, haar dansinstincten de vrije loop laat. Maar ook nu weer verstart ze, en trekt ze zich terug tussen de borden. Is dat gangenstelsel van borden een veilige haven misschien? Als dat zo is, waarom keert dat bedrukkende gefluister dan terug?

Dan volgt een nieuwe wending: Borremans gaat zitten op op een stapel borden, en gesticuleert zo wild met haar armen en benen alsof ze weer wil uitbreken. Dat loopt niet goed af: ze schuift weg en eindigt weer op de grond. ‘Crazy He Calls Me’ van Billie Holiday weerklinkt. Licht overspoelt plots het podium, alsof een nieuwe dag aanbrak. Lore Borremans staat op en beweegt rustig doorheen de stapels borden. Ze omarmt ze en gaat erop liggen. Daarna trekt ze haar schoenen aan om op de stapels borden te stappen. Eerst doet ze dat rustig aan, zodat de stapels niet omvallen. Al gauw versnelt haar tred, en springt ze springt van stapel naar stapel. Die tuimelen één na één om en breken. Borremans krijgt het zo steeds moeilijker als de vloer bezaaid is met scherven. Het gekletter ervan overstemt alles. De scherven bemoeilijken Boremans’ bewegingen steeds meer, tot de dans een gevecht tussen lichaam en scherven wordt.

Borremans komt niet ongeschonden uit die strijd. Bij de afloop likt ze letterlijk haar wonden. Ze schopt haar schoenen uit, en terwijl het licht weer wegdeemstert Op weemoedige muziek doorwaadt ze op haar witte sokken met wijde passen en armzwaaien, als een ballerina, de ruimte rond de scherven. En dan keert ze ernaar terug. Terneergeslagen. Dat is de terugkerende dynamiek van de voorstelling. Afwisselend komt de danseres los van alles en iedereen rond haar, dan weer verzeilt ze in een situatie die haar beklemt.

Ze eindigt met een van de laatste stapels borden vast in haar handen. De borden vallen. Het gekletter van de scherven vult de ruimte. Is dit een zoveelste daad van verzet? Een zoveelste poging tot loskomen? Ze spreekt ons toe: “I went to the zoo hear to hear the birds sing”. Ze blijft de woorden herhalen, twijfelend. Een onzichtbare kracht lijkt haar lichaam over te nemen. Haar hoofd gaat met een ruk naar achter, haar bewegingen verkrampen, alsof gal recht uit haar maag omhoogschoot. Op de duur lijkt ze gek te worden. Ze raast heen en weer als een dolleman, terwijl ze steeds weer diezelfde woorden uitschreeuwt. Een rode lamp gaat aan boven de borden. Lore Borremans zijgt neer op de borden, eenzaam en alleen. Haar lichaam is op. verloor ze dan de strijd? De rode lamp dooft weer. Er klinkt melancholische muziek. De uitputtingsslag is afgelopen.

Volgens de makers verbeeldt ‘contr (a / o) vers (e / u) s’ het gevecht tussen het individu en zijn context. Het samenspel tussen danser, componist en borden zet je inderdaad aan het denken: Ligt vrijheid in het losbreken van je context? Heb je een sociale context nodig om vrij te kunnen zijn? Kan je daar überhaupt uit losbreken? Blijf je dan niet verweesd achter? De fysieke uitputtingsslag die Lore Borremans levert tussen, op, langs en met de borden laat haar niet ongeschonden en verbeeldt zo op indringende wijze dat vrij zijn altijd een tol vereist. 

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login