Dans

Traptown Wim Vandekeybus

Een stroef huwelijk van film en theater

In ‘Traptown’ schetst Wim Vandekeybus een groots epos over een stad die verscheurd wordt door twisten tussen twee bevolkingsgroepen. Aan de hand van die hedendaagse mythe kan hij het hebben over de problemen waar superdiverse steden vandaag mee kampen. Een onderneming die een maat te groot blijkt. 


Traptown
Pieter T’Jonck
11 november 2018

In ‘Traptown’ schetst Wim Vandekeybus een groots epos over een stad die verscheurd wordt door twisten tussen twee bevolkingsgroepen. Aan de hand van die hedendaagse mythe kan hij het hebben over de problemen waar superdiverse steden vandaag mee kampen. Een onderneming die een maat te groot blijkt. 

In grote lijnen gaat het in ‘Traptown’ hierover: in deze grootstad zwaait één bevolkingsgroep, de ‘Odinese’ de plak sinds ze ooit de controle over de honingproductie verwierf. Een andere groep, de Mythricians, zijn tweederangsburgers. De grens tussen de twee groepen is echter onzuiver door vele onderlinge huwelijken. Murdak, de zoon van burgemeester Jerry Killick komt in opstand tegen dat onrecht, geïnspireerd door zijn liefde voor Themis, een rol van muzikante Trixie Whitley. Curieus detail: Murdak wordt hier vertolkt door een vrouw, Tanja Fridjonsdottir. De actie van Murdak heeft noodlottige gevolgen. Er vallen doden als hij betrokken raakt in een bomaanslag. Dat komt hem niet enkel op een reprimande van het gezag te staan. De tragiek is dat ook de ‘Mythricians’ hem met stenen bekogelen en doden. 

Wim Vandekeybus inspireerde zich op oude mythes en sagen, om met een omweggetje, maar tamelijk onverbloemd, conflicten aan te wijzen als latent racisme, sociale uitsluiting en uitbuiting… Hij doet dat niet voor het eerst. Het recente ‘Mockumentary for a contemporary Saviour’ was ook al zo’n somber sf-verhaal. Pieter Debuysser werkte Vandekeybus’ idee hier uit tot een toneeltekst. Dit is dan ook eerder een theater- dan een dansvoorstelling. Maar zo’n verhaal van grote volksopstanden laat zich niet zo makkelijk vertellen op een podium. Het leent zich eerder tot een epische film. Precies wat Vandekeybus doet: hij verweeft film met live theater, met een portie dans erbovenop als de passies op het podium hoog oplaaien. De acteurs op het podium gaan daarbij rechtstreeks in dialoog met die in de film. Ook dat procedé paste hij al eerder toe, bijvoorbeeld in ‘Monkey sandwich’ of ‘Puur’. Enkele cruciale personages, zoals de burgemeester of Themis zie je trouwens enkel in die film. 

Een onderneming die een maat te groot blijkt

Vandekeybus vond een prachtige locatie voor de ‘Traptown’ film: het labyrint dat het architecten- en kunstenaarsduo Gijs Van Vaerenbergh uit staalplaten maakte voor C-Mine. Op die plek liet hij wel 250 figuranten los. De grauwe staalplaten, met hun verwarrende doorkijkjes roepen door de zwart-wit fotografie treffend een grauwe grootstad op die zich eindeloos uitstrekt. De camera wisselt voortdurend van standpunt: nu eens raast hij door de kamers van het labyrint, dan weer laat hij van bovenaf zien hoe mensen als ratten gevangen zitten in dit bouwwerk. Jerry Killick speelt er de rol van de cynische burgemeester met verve. Jason Quarles en choreografe Kylie Walters zijn de realpolitici uit zijn entourage die Murdak de les spellen. Trixie Whitley, die enkele nummers speciaal voor ‘Traptown’ schreef, verschijnt echter niet in deze ruimte: als we haar zien is het haast altijd alleen, in een wat dromerige sfeer. De film doet dan meer aan een videoclip denken. Ze gaat zelfs al eens door de lucht zweven. Haar personage is zo minder een wezen van vlees en bloed dan een soort fee. 

De voorstelling worstelt, net door de sterkte van de film, met een huizenhoog probleem. De podiumactie kan er niet echt tegen op. Nochtans bedacht Gijs Van Vearenbergh een slimme scenografie om de podiumactie kracht bij te zetten. Aan de ene kant van het podium steken geplooide vlakken, als het ware een op zijn kant gezette uitsnede van het labyrint in C-Mine, uit de achterwand. Aan de andere kant staan enkele hoge volumes. Dat geeft de spelers de kans om als het ware tegen de muren op te lopen en vanop grote hoogte te spelen. Het is soms bijzonder spectaculair. 

Maar de cast op de vloer kan zelden overtuigen. Het zijn eerder dansers dan acteurs. Ze zijn dan ook op hun best als ze zich kunnen laten gaan in heftige, gevaarvolle confrontaties, maar slagen er zelden in hun personages daarnaast leven in te blazen. Vooral Fridjonsdottir kan haar personage nauwelijks kleur geven. Als idealistische tegenpool van de cynische vader opent ze het stuk met vreemde bokkensprongen en stuiptrekkingen . Het moet haar verwarring zichtbaar maken, maar haar gespartel  voelt geforceerd aan. Onhandig toneel spelen. Dat blijft het hele stuk zo. Ze is gewoon geen partij voor Killick of Whitley. Komt daarbij dat de groepschoreografieën zelden of nooit meer worden dan een optelsom van duetten. Het gitaargeweld van de band ‘Phoenician Drive’ probeert daar wel iets van te maken dat ‘bigger than life’ wordt -en dat is toch de ambitie van dit stuk- het pakt je niet in. 

Daardoor vallen de zwaktes van het verhaal steeds sterker op. Vandekeybus en Debuysser raken zeker wel maatschappelijke pijnpunten aan, maar de tegenstelling die hier geconstrueerd wordt tussen cynisch realisme en roekeloos idealisme is iets te schril en schetsmatig. Zo wordt geen echt belangwekkend inzicht gegeven in kwesties waar stedelijke samenlevingen vandaag mee worstelen. 

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login