Dans / Performance

Th Lng Gdby Tuur Marinus

Het unisono van een multitude

Unisono dansen is een geliefde figuur in ballet en dans: het versterkt de impact van bewegingen. De dans ‘overtuigt’ meer op dezelfde manier als muziek meer overtuigt naarmate je de volumeknop verder opendraait. Doorgaans vraagt dat een strakke discipline. Tuur Marinus vroeg zich af of je zo’n unisono ook zou kunnen laten ontstaan uit een protocol, zonder dat iemand ze oplegt. ‘Th Lng Gdby’ is een overtuigende case daarvoor. 

Th Lng Gdby
Pieter T’Jonck Studio Stuk (Manhattan) Leuven
26 oktober 2022

In het duister klinkt voorzichtig Tsj-tsj hier, en dan ph-ph daar. De korte ademstootjes komen stilaan van overal. Hoe sneller ze elkaar opvolgen, hoe duidelijker ze een aanstekelijk ritmisch patroon vormen. Ik kan mijn voeten niet stil houden. Pas  na wat een eeuwigheid lijkt, werpen spots op de grond licht op een achtergordijn en verschijnen negen dansers als silhouetten in tegenlicht. Ze wiegen heen en weer terwijl ze beatboxen. ‘Th lng gdby’ is begonnen.

De voorstelling heeft de structuur van een concert. Inspiratie haalde Tuur Marinus uit de ‘The Long Goodbye’, een verfilming van het afscheidsconcert van LCD Soundsystem (2012). Na elkaar brengt de groep vele nummers. Telkens combineren ze een nieuw beatbox ritme met een collectieve bewegingsroutine. Net als veel jazz- en soulmuziek begint het altijd eenvoudig, met de expositie van een simpel thema, dat in de variaties een ongewone complexiteit krijgt.

Bij het eerste nummer bijvoorbeeld liggen vier dansers ruggelings op één lijn. Ze zijn aan elkaar geklonken doordat de voeten van de eerste het hoofd van de volgende omklemmen, de voeten van de tweede het hoofd van de derde en zo verder. De anderen laten die gekoppelde lijven over de vloer draaien als de wijzer van een uurwerk of een kompas. Plots, bijna zonder dat je er erg in hebt, breekt de lijn op in twee kortere lijnstukken die naast elkaar gaan schuiven.

In een volgend nummer liggen de dansers op rijen naast elkaar. Ze grijpen elkaars benen en armen, en duwen de anderen zo van zich af of halen ze net aan. Hoe ze dat zo precies synchroniseren is een raadsel, want ze zien elkaar nauwelijks. Misschien ligt het aan het obsederende ritme dat ze ondertussen produceren met hun lippen en tongen. Tsj-tsj-tsj-ph-ph-ph…

Na een paar nummers trekken de dansers allemaal een extra hemd of jack, die al die tijd vooraan het podium lag te wachten, aan over hun plunje. Pas daardoor merk je dat ze per drie een specifiek kostuum dragen. Bij de enen is dat wit met horizontale grijze banen op de broekspijpen, bij de anderen donkergrijs met lichtgrijze verticale strepen op hemd en broek, bij de derde groep beige broek en shirt met grijze, nu schuine en verticale strepen eroverheen. Het extra  hemd of jack voegt daar een sterke kleuraccenten aan toe. Gek genoeg maakt de nadrukkelijke uniformiteit van de kledij ook zichtbaar hoe verschillende dansers zijn: groot en klein, wit en van kleur.

Er is geen logica, behalve dat elke voor de hand liggende logica vermeden wordt.

Die uniformen veranderen de gang van zaken niet wezenlijk, maar benadrukken wel dat er een strikte systematiek moet zitten in het stuk.  Alleen ­ en dat is kenmerkend voor de tongue in cheeck humor ervan ­  heb je er wel het raden naar hoe en waarom die groepen gevormd worden. Daar lijkt in de volgende nummers geen enkele logica in te zitten, behalve dan dat elke voor de hand liggende logica gemeden wordt. Als de dansers per drie een bol van lichamen vormen die over het podium rolt, zijn er bijvoorbeeld telkens twee van één kleur en één van een andere kleur in één kluwen vernesteld. Als ze op het einde op één rij het publiek aankijken staan ze bijna in de ‘juiste’ volgorde, per kleur, maar toch net weer niet.

Het mooie van het stuk is dat de dansers het plezier van dat spel met geluiden en lichaamsfiguren op een lieftallige en onweerstaanbare manier overdragen op het publiek eens ze allen vooraan staan. .Ze hebben dan net tevoren een kamerbreed wit tapijt uitgerold over de zwarte dansvloer. Ze zijn nu niet langer anonieme silhouetten, zoals in de openingsscène, maar definitief mensen van vlees en bloed, elk met zijn of haar eigenaardigheden. In die hoedanigheid kijken ze ons aan. Met kleine wenken en een vriendelijke glimlach laten ze ons weten dat wij het beatboxen van hen moeten overnemen voor de laatste, en moeilijkste ­ dat verwacht je tenminste ­ routine. Het lukt als vanzelf.

Toch volgt er helemaal geen waanzinnige stunt. De dansers gaan alweer per drie op drie parallelle lijnen liggen, en rollen zo naar elkaar toe tot ze een dikke streng van drie maal drie lijven vormen. Daarop laten ze de streng weer ontrafelen en gaan ze naast de toeschouwers, aan de rand van de publiekstribune, mee kijken naar het witte, lege podium. Het is alsof ze zo wilden zeggen dat het podium niets minder is dan een canvas van mogelijkheden om een collectieve figuur te laten verschijnen. Niet als de kadaverdiscipline van pakweg het ballet, maar als een spel met thema en variatie dat zichzelf stuurt. Of hoe relatief simpele dansoefeningen kunnen laten zien dat je ook anders met elkaar kan omgaan. Hoe een groep een eenheid kan vormen zonder dat daar een dwingeland boven staat. Unisono dans als het werk van een multitude. Dat is hartverwarmend.

Genoten van deze recensie?

Vind je het belangrijk dat zulke verdiepende beschouwingen over de podiumkunsten blijven verschijnen, vrij toegankelijk voor iedereen? Steun pzazz als lezer vanaf 1 € per maand.

Wij doen het zonder subsidies. Met jouw bijdrage kunnen we nog meer voorstellingen aandacht geven en onze auteurs, eindredacteurs en coördinator blijven vergoeden. Pzazz is er voor jou, maar ook een beetje van jou.

Steun pzazz

Uw steun is welkom
Pzazz.theater vraagt veel tijd en inzet van een grote groep mensen. Dat kost geld. Talrijke organisaties steunen ons, maar zonder jouw bijdrage als abonnee komen we niet rond als we medewerkers eerlijk willen betalen. Uw steun is van vitaal belang en betekent dat we onafhankelijk recensies over de podiumkunsten kunnen blijven schrijven. Alvast bedankt!

Steunen Login